Opereren in het hoogste geweldsspectrum
“Iedereen die nu deelneemt, snapt dat hij het niet voor spek en bonen doet, maar dat hij ook volgende week naar het oosten kan gaan om met echte raketten te schieten.” Volgens hoofdinstructeur majoor ‘Mids’ is de Weapons Instructor Course (WIC) altijd serious business, maar met de huidige oorlogen en dreigingen in de wereld is de opleiding dit jaar misschien wel noodzakelijker dan ooit.
Tekst: Jopke Rozenberg-van Lisdonk | Foto’s: sergeant-majoor Jan Dijkstra
Wie de hoog aangeschreven internationale opleiding tot wapeninstructeur mag volgen, heeft het ver geschopt binnen zijn discipline. Elke editie zijn het er slechts enkelen. Begin deze maand ontvingen 25 WIC-cursisten hun certificaat. De deelnemende Belgen, Nederlanders en Noren leerden in zes intensieve maanden geïntegreerd opereren in het hoogste geweldsspectrum. Onder hen jachtvliegers op de F-35 en F-16, vliegers en sensor-operators van de MQ-9, luchtgevechtsleiders, inlichtingenofficieren en Patriot-operators. Begin deze maand sloten de cursisten hun opleiding af met een grootschalige oefening boven de Noordzee en in het militaire luchtruim boven het noorden van Nederland, zowel overdag als ‘s avonds.
Geïntegreerd samenwerken
“De laatste Weapons Instructor Course was in 2021”, vertelt F-35-vlieger majoor ‘Mids’. “Dat was dus vóór de Russische inval in Oekraïne. Sindsdien is de focus op Hoofdtaak 1 (het beschermen van ons eigen en het NAVO-grondgebied, red.) komen te liggen. Onze F-35 is daarvoor bij uitstek geschikt, maar zelfs voor dit uiterst geavanceerde platform geldt dat er ondersteuning nodig is. Het bereiken van bepaalde missiedoelstellingen lukt vrijwel alleen maar als alle domeinen geïntegreerd samenwerken. Dan heb ik het over lucht, land, zee, cyber en space.”
Hieronder delen vier WIC-deelnemers hun ervaringen.
“Het is voor het eerst dat ik met zoveel verschillende disciplines zó nauw samenwerk”, vertelt de enige Nederlandse cursist luchtgevechtsleiding kapitein Felix. “Samen met het internationale karakter van de opleiding is dat super waardevol.”
In de rol van Tactical Director stuurt hij tijdens de eindoefening de luchtgevechtsleidings-crew aan. Die bestaat uit een kleine vijftien collega’s, die speciaal ter ondersteuning van de oefening zijn overgekomen vanuit het 710 Luchtgevechtsleidingssquadron van het Air Operations Control Station Nieuw Milligen. “Dagelijks komen we met de overkoepelende planningscel bij elkaar. Daarin zijn cursisten van alle disciplines vertegenwoordigd. We bepalen de tactiek en welke rol alle spelers hebben. Iedereen bespreekt het plan vervolgens met zijn eigen discipline.” Voor luchtgevechtsleiders is de hoeveelheid informatie waarmee ze moeten werken enorm. Dat weet ook Master Controller majoor ‘Monk’ maar al te goed. Tijdens de oefening is hij tevens de detachementscommandant van de luchtgevechtsleiding. “Wij ondersteunen vanaf de grond het luchtgevecht. We moeten dus goed de rol van iedere vlieger kennen.”
Van improvisatie tijdens het gevecht is zo weinig mogelijk sprake, mede door het vele oefenen en grondig evalueren. “We bedenken tijdens de planning veel ‘what if’-scenario’s waarop we kunnen terugvallen”, legt ‘Monk’ uit. Behalve dat Felix van de instructeurs veel opsteekt, doet hij dat ook van zijn medecursisten. “De Belgen en Noren doen dingen soms net wat anders dan wij Nederlanders. We leren van elkaar en kunnen daardoor handelingen optimaliseren. Ook raken we beter op elkaar ingespeeld. Dat is superfijn, aangezien we partnerlanden zijn.” Tijdens de opleiding maakte de kapitein ook een aantal fouten. “Op die momenten baal ik stevig,” zegt hij. “Maar tegelijkertijd zijn het leermomenten die ik niet meer zal vergeten.” “Dat is de kracht van fouten maken,” vult ‘Monk’ aan. “Het zit niet alleen in het resultaat dat wordt behaald, maar vooral ook in de lessen die je ervan leert.” Bovendien: het perfecte plan bestaat niet; beamen beide heren.
De Belgische luchtmacht neemt als enige deel met drie F-16-cursisten. De laatste drie, verwacht de Belgische Viper Divisiecommandant vlieger Gert-Jan ‘Dude’ van Cauwenbergh.
Begin volgend jaar ontvangen de zuiderburen hun eerste F-35. Het omscholingstraject voor het toestel is onlangs gestart op Luke Air Force Base in Amerika. Tijdens de WIC oefenen de Belgen zij aan zij met Noorse en Nederlandse F-35-vliegers. “Met de F-16 kun je tegenwoordig alleen in het hoogste geweldsspectrum opereren als je dat samen doet met de F-35”, weet Dude als wapeninstructeur. De F-35 is nodig om grond-luchtsystemen te onderdrukken of uit te schakelen, zodat een bewapende F-16 toegang krijgt tot het gebied waar het doelwit zich bevindt. De F-16 thuislaten is in veel gevallen geen optie. “Zolang we in de hele coalitie niet genoeg F-35’s hebben, zullen we nog F-16’s nodig hebben voor onze inzetten.”
Trainen doen ze tijdens de WIC aan de hand van oefenscenario’s gebaseerd op praktijksituaties uit onder meer Oekraïne. “Voorgaande jaren trainden we vooral met ‘what if’-scenario’s. Dat we nu met dit soort realistische scenario’s oefenen, zorgt voor de nodige ernst en besef. We moeten klaar zijn om in te grijpen met het hoogste kennisniveau dat we aan de dag kunnen leggen.” En om alvast voor te sorteren op de komst van de F-35 binnen de eigen luchtmacht, nemen de commandant en zijn cursisten dan ook gretig alle F-35-kennis op. “Behalve dat we veel leren van de nauwe samenwerking met de F-35-divisie hier, steken we ook veel op van de kennis die de Noren en Nederlanders delen over hoe zij de omslag naar de F-35 gemaakt hebben. De leerpunten en zaken waar zij tegenaan liepen, zijn voor ons van grote meerwaarde in ons transitietraject.”
Met een MQ-9-vlieger en -sensoroperator neemt 306 Squadron dit jaar voor het eerst deel aan de WIC. “Het is de eerste keer dat we in zo’n grote oefening met zoveel verschillende disciplines meedraaien”, vertelt kapitein-vlieger ‘Dany’.
Voor de twee cursisten draaide het dan ook vooral om de integratie met alle andere deelnemers, het met elkaar leren en kunnen opereren. “Je moet aan veel zaken denken, want je vliegt niet alleen. Samen bereid je een missie voor en bepaal je wie welke taak heeft. Veel taken hebben we als MQ-9-eenheid weleens beoefend, maar als onderdeel van een geïntegreerd optreden is dat toch anders. Zo moesten we in een gevechtsscenario inlichtingen verzamelen voor een F-16 die op basis daarvan een doel kon uitschakelen. Ondertussen creëerden F-35’s samen met andere jachtvliegtuigen tijdelijk luchtoverwicht. Daardoor konden we met z’n allen de missie goed en relatief veilig uitvoeren. In een ander scenario hadden we ter ondersteuning van een transportvliegtuig een heel andere taak, namelijk het scannen van de landingszone vooraf. Wat dat betreft kan de inzet van de MQ-9 heel uiteenlopend zijn.”
De twee cursisten ervaren tijdens de oefenmissies dus ook om te opereren in gebieden waarbij ze niet per definitie het luchtoverwicht hebben. Heel leerzaam, vindt de vlieger, want tot nu toe opereerden ze met het inlichtingenplatform alleen in gebieden waar dat wél het geval was. “Mijn dagelijks werk bestaat uit het uitvoeren van missies, daarnáást trainen we. Bij de andere vliegende eenheden is dat precies andersom. Tijdens de WIC draaide mijn eenheid gewoon door met de operaties vanuit Roemenië.”
Een van de inlichtingenofficieren vertelt dat zijn gereedstelling sterk verbeterd is door de WIC. “Ik werd tot het uiterste uitgedaagd.”
“In de dagelijkse gang van zaken trainen we niet zo vaak of intensief geïntegreerd samen, terwijl dat juist wel enorm belangrijk is. Het samenwerken tijdens de WIC zorgt ervoor dat iedereen enorm veel leert over elkaars werkwijze, capaciteiten en wat je van elkaar kan verwachten. Hierdoor ben je een stuk beter voorbereid wanneer we gevraagd worden om geïntegreerd op te treden in een daadwerkelijk conflict.”
Volgens de inlichtingenofficier worden studenten niet alleen de beste versie van zichzelf, maar wordt heel de luchtmacht een stuk parater door de WIC. “Iedere geslaagde wordt de leider in zijn of haar vakgebied en gaat innoveren, anderen opleiden en voorop in de strijd.” De specialist benadrukt dat niet alleen de geleerde kennis en kunde waardevol zijn, maar juist ook het leggen van onderlinge contacten. “Zeker binnen het inlichtingenvakgebied is het kennen van de juiste mensen enorm belangrijk. De WIC zorgt ervoor dat je bij meerdere coalitiepartners al contacten hebt. Dit maakt het opzetten van toekomstige trainingen een stuk makkelijker en zal erg waardevol zijn wanneer je de krachten moet bundelen in een echte operatie.”