Dynamic Mirage: maritieme oefening op het droge
Stel je eens voor: een NAVO-oefening met een groot internationaal vlootverband waarvan de schepen volgens het scenario een grootschalige ‘strijd’ op zee voeren. Normaal gesproken een enorme operatie, maar tijdens Dynamic Mirage 2025 blijven de schepen in de haven. Britse, Canadese, Duitse, Italiaanse en Noorse marinecollega’s nemen daar op hun schip achter computers plaats. Drie collega’s blikken terug op de volledig digitale exercitie.
Tekst: luitenant ter zee 2OC (SD) Djenna Perreijn | Foto's: eigen foto’s en Gerben van Es
Tijdens de tweede editie van de commandovoerings-oefening Dynamic Mirage bedreigt een fictief land in het oosten de Europese noordflank. Vanuit de Rotterdamse haven vertrekken koopvaardijschepen met extra militair materieel. Om onder dreiging van onderzeeboten, oppervlakteschepen en vliegtuigen veilig Noorwegen te bereiken, escorteren NAVO-marineschepen het civiele transport. In dit scenario komen alle maritieme aspecten aan bod: het bestrijden van oppervlakteschepen, luchtdreiging en onderzeeboten. Ook Elektronische Oorlogvoering (EOV) - het verstoren of uitschakelen van vijandelijke signalen en communicatie - passeert de revue.



‘Er wordt niemand zeeziek’
Geen zeeziekte
In het virtuele maritieme scenario voert de Maritime Battle Staff (MBS) van het Commando Zeestrijdkrachten het bevel. Vanuit een nagebootste commandocentrale in het Duitse Wilhelmshafen staat de staf in contact met NAVO-collega’s op allerlei plekken in de wereld. “Er zit een aantal grote voordelen aan oefenen op deze manier”, stelt operatieofficier kapitein-luitenant ter zee Lourens. “Het is eenvoudiger te organiseren dan een training op zee. Dankzij beveiligde netwerken kan niemand meekijken en bovendien bespaart het tijd, brandstof en personeel. Real life assets, zoals schepen, zijn schaars en kosten veel geld.”
Ook collega’s van het multipurpose fregat Zr.Ms. Van Amstel reisden naar Duitsland om te trainen. Onder hen Assistent Commandocentrale Officier sergeant-majoor Sybren. “De commandocentrale-simulator is ideaal om beter in je werk te worden. Zo kun je oefeningen op zee op een hoger niveau 'wegzetten'.” Een ander voordeel vindt Sybren het ontbreken van het ‘draaiende’ schip. “Zo zijn we niet afhankelijk van voortstuwing vanuit de Technische Centrale wanneer we een keer flink tempo moeten maken. Ook wordt niemand zeeziek.”
Aan elkaar knopen
Tijdens gesimuleerd live trainen kan zo nu en dan de pauzeknop worden ingedrukt. Sybren: “Bijvoorbeeld om een oefening te herhalen, het niveau bij te stellen of even de tijd nemen om samen te evalueren. Dat heeft écht meerwaarde.”

Volgens de ‘spelers’ heeft virtueel oefenen veel weg van gamen. “Ook dat kan van over de hele wereld. Het voelt even realistisch als aan boord. Een schip dat fysiek in de buurt ligt, kan je op zee evengoed op je scherm bekijken in plaats vanaf bijvoorbeeld de brug. Ook de technologie en kretologie blijven hetzelfde.” Toch voelt het té serieus om over gamen te spreken, vult Sybren aan. “We zijn serieus en gefocust. Ik houd het op ‘serious gaming’.”


'Het kost tijd om alles aan elkaar te knopen'
Haperingen
Verbeterpunten zijn er ook, merkt de liaisonofficier van de oefening, luitenant-ter-zee der eerste klasse Erik op. “De NAVO-systemen sluiten niet vanzelfsprekend op elkaar aan. Het is een uitdaging om iedereen op zijn of haar beeldscherm in real time dezelfde simulatie te bieden. Het kost tijd om alles aan elkaar te knopen, maar gelukkig was dat de week vóór de oefening al afgerond.”
De US Navy heeft intussen grootschalige ervaring met de manier van oefenen als in Dynamic Mirage. Lourens: “Het grote verschil is dat zij hun systemen bij dezelfde producent kopen. We hanteren dezelfde procedures, maar elk land beslist zelf welke systemen ze kopen.”
Ruimte voor verbetering dus, maar al met al zijn de mannen ook op technisch vlak tevreden: Erik: “Waren er vorig jaar tijdens Dynamic Mirage veel meer haperingen, nu hebben de technische systemen vijf dagen stabiel gedraaid. Alleen het communicatiesysteem wankelt soms door storingen. In dat geval schakelen we over naar de chat.”

Eén bubbel
De drie deelnemers benadrukken dat zij dankzij de oefening als NAVO-partners met hun netwerken beter op elkaar zijn ingespeeld. Sybren: “Op dag één stoeide elk land nogal in de eigen bubbel met de techniek. Op dag twee kwam de samenwerking op gang. Op dag drie stond die als een huis en vormden we samen één bubbel.”
‘Nederlanders durven knopen door te hakken’
Lourens: “In een ‘snelkookpanmethode’ als bij Dynamic Mirage 25 komen ook cultuurverschillen naar boven. Zo zijn collega’s uit bepaalde landen gewend beslissingen aan hun baas over te laten. Nederlanders zijn daarin wat eigengereider; wij durven sneller zelf knopen door te hakken. Wanneer je elkaar opdrachten geeft moet je gevoel bij de cultuurverschillen hebben. Deze oefening leende zich goed om van elkaar te leren en naar elkaar toe te groeien. Dat is ook de kracht van NAVO.”