DE VLIEGENDE HOLLANDER 24-09-2025

Dit artikel hoort bij: Specials 01

Even oplijnen met…

Vakgroepadviseur Vliegtuigonderhoud, luitenant-kolonel Ben Schadron

x
Leestijd: 4 minuten

In een tijd waarin veel militaire veranderingen plaatsvinden, staat uiteraard ook het CLSK bol van de uitdagingen. Daarom kijken we in iedere uitgave van de Vliegende Hollander hoe het ‘ergens’ in de organisatie gaat. Even oplijnen dus, deze keer met luitenant-kolonel Ben Schadron, Hoofd Sectie Export Control, maar daarnaast ook Vakgroep adviseur Vliegtuigonderhoud.

“Van origine ben ik een vliegtuigtechnicus. Ik was vijftien jaar onderofficier en sleutelde aan helikopters: Alouettes, Bölkows en Apaches. Nadat ik mijn HBO-avondstudie afrondde, werd ik technisch officier. Nu zit ik op mijn laatste functie als Hoofd Sectie Expert Control. Ik vind werk waar je energie van krijgt erg belangrijk. De combinatie van mijn functie en de neventaak vakgroepadviseur vind ik ideaal. Naast het uitvoeren van export control-werkzaamheden blijf ik door die neventaak nauw betrokken bij vliegtuigonderhoudsprocessen. Werken aan vliegtuigen heeft mij altijd geïnteresseerd. De voorliefde voor helikopters is nooit verdwenen. Ik hou ervan om in het veld werken en te improviseren met beschikbare middelen om de klus met een team te klaren.”

‘Vakgroepadviseur vliegtuigtechniek worden? Ik zei meteen ‘ja, dat doe ik graag’’

Onderofficier horen

“Ik begon als vliegtuigtechneut, werd vervolgens Hoofd Bedrijfsbureau en later Hoofd Technische Dienst bij het 301 Squadron. Daarna stapte ik over naar COMMIT als senior engineer voor de Apache. Ik ben lid geworden van de Vakgroep Vliegtuigonderhoud. Toen de vakgroepadviseur aangaf dat hij ging stoppen vanwege een nieuwe functie en vroeg of ik zijn rol wilde overnemen, zei ik meteen ‘ja, dat doe ik graag’.
Op ieder onderdeel heb ik contactpersonen die deelnemen aan het vakgroepoverleg. Het zijn voornamelijk onderofficieren met wie ik samenwerk. Ik vind het belangrijk dat hun stem gehoord wordt en dat ik weet wat er speelt. Die informatie neem ik mee en kan ik gebruiken in overleggen. Dat is niet alleen fijn, maar ik vind dat essentieel. Er zit verschil tussen wat via de lijn naar boven komt en wat er op de vloer leeft. Ik weet dat uit eigen ervaring omdat ik deze lagen ken. Ik vind het leuk om betrokken te blijven bij wat er speelt binnen het vliegtuigonderhoudsdomein. Dat ik hierbij in contact blijf met oud-collega’s is natuurlijk ook fijn. Binnen de vakgroep bespreken we problemen, maar kijken we vooral naar oplossingen.”

Schadron is sinds twee jaar Hoofd Sectie Export Control, maar is daarnaast belangenbehartiger van het vliegtuigonderhoudspersoneel.

Alternatieven

“Niet verrassend, voldoende instroom van personeel is een zorg. Op dit moment bestaat het domein vliegtuigonderhoudstechniek (VOT, red.) uit zo’n vijftienhonderd mannen en vrouwen. Een best grote groep, waarvan nu dertig tot veertig procent vacatures openstaan. Vroeger kwamen alleen mensen met een vliegtuig-technische vooropleiding binnen, gemiddeld vijftig per jaar. Dat is nu niet meer voldoende om de tekorten aan te vullen en in 2030 een gevulde en inzetbare onderhoudsorganisatie te realiseren.
Er zijn nu alternatieve opleidingstrajecten aangemaakt om vliegtuigonderhoudstechneut te worden. Een voorbeeld hiervan is het VOT Studenttraject. Toekomstige collega’s worden aangesteld als militair, gaan drie jaar betaald naar school en krijgen dáár praktijkuren én op hun toekomstige werkplek. Deze pilot loopt nu anderhalf jaar in Lelystad. Het effect op de instroom merken we over anderhalf jaar als de eerste klas klaar is. De insteek is dat dit veertig extra vliegtuigtechneuten per jaar oplevert.”

‘Je kunt militair-reservist zijn, maar ook een burgerreservist’

“Daarnaast is er ook het VOT Delta-traject, bestemd voor mensen met een afgeronde technische opleiding, zonder specifieke vliegtuigkennis. Na het intakeproces worden ze als militair aangesteld en doen ze praktijkervaring op in een van de vijf luchtmacht VOT-leerdocks.
Om schaalbaarheid te creëren, wordt ook de inzet van burger- en militaire reservisten binnen vliegtuigonderhoud onderzocht. Op Vliegbasis Woensdrecht wordt nu bekeken of daar reservisten kunnen worden ingezet. Waarom specifiek daar? Nou, je kunt militair-reservist worden, maar ook burgerreservist. En civiele vliegtuigonderhoudsbedrijven zitten daar aan de andere kant van het hek. Er moet nog een aantal zaken worden geregeld worden, maar de eerste proef gaat wel van start.”

‘Zonder tekenbevoegde techneut wordt geen vliegtuig vrijgeven na onderhoud’

Pleisters

De belasting van ervaren personeel met tekenbevoegdheid, de Certifying Staff, is een groot zorgpunt. Deze is hoog en dat heeft enerzijds te maken met begeleiding van minder ervaren personeel op de werkvloer. Anderzijds is er de controle en vrijgave van onderhoud dat door andere techneuten is uitgevoerd. De ervaren groep heeft soms zoveel neventaken dat ze zelf minder kunnen sleutelen wat noodzakelijk is om hun vrijgavebevoegdheid te behouden.
Het traject om vrijgavebevoegd vliegtuigtechneut te worden, is een van de langste opleidingstrajecten binnen onze organisatie. Het duurt zeven tot acht jaar om van startbekwaam tot vrijgavebevoegde VOT-techneut te worden. De financiële waardering tussen civiele en militaire vrijgavebevoegden is groot. Zonder vrijgavebevoegde technici, wordt geen vliegtuig vrijgeven na onderhoud en mag het dus niet vliegen. Voldoende en goed opgeleid personeel beschikbaar hebben, is essentieel voor inzetbaarheid van onze wapensystemen.
Bij het oplossen van knelpunten binnen VOT worden vooral pleisters geplakt en dan verschilt dat ook nog eens per onderdeel; de commandant bepaalt. Dit geeft binnen het vakgebied VOT enige reuring. De waardering verschilt per locatie. Daar moeten we dus hard aan sleutelen.”

‘Het ei van Columbus dat zorgt voor 100% vulling in 2030, is er helaas niet’

Maatschappelijke ladder

“Maar gelukkig gaat er veel goed. Belangrijk is sowieso dat de positie van de militair op de maatschappelijk ladder is gestegen. Dat merk je bijvoorbeeld aan gestegen animo vanuit de jeugd die iets wil betekenen voor de bv Nederland. Ook het gestegen startsalaris is een positieve ontwikkeling. De drang om binnen de civiele luchtvaart te gaan werken omdat je daar veel meer verdient, is minder geworden.

Of we er met alle maatregelen gaan komen? Dat is wel de insteek, ja. Maar het ei van Columbus dat zorgt voor honderd procent vulling met gekwalificeerde techneuten in 2030, is er helaas niet. We zijn goed op weg met werven, maar ik vind dat we eigenlijk te weinig doen om mensen te behouden. Ik zou het mooi vinden als er een structurele toelage voor Certifying Staff is ingeregeld, zoals we deze ook kennen bij het vliegerdomein. Dit zou een mooie nalatenschap zijn aan het VOT-domein als ik over een paar jaar afzwaai.”

Wil je zelf ook een keer oplijnen om je verhaal te vertellen? Neem contact op via redactie@vliegendehollander.nl. De rubriek staat open voor iedereen, ongeacht rang of functie.