Tekst Jack Oosthoek
Foto sergeant Cinthia Nijssen
Hoe redden de topsporters zich?
De militaire (top)sporters hebben door de coronacrisis op het sportieve vlak een stevig tandje moeten terugschakelen. Hoe redden zij zich? De Defensiekrant sprak met wielrenster en triatleet eerste-luitenant Wenda Zuiddam en sportinstructeur sergeant Bauke Visser.
Wielrenster en triatleet eerste-luitenant Wenda Zuiddam is gewend om dagelijks te trainen voor het grote werk als militaire (wereld)kampioenschappen. Dat doel is door corona echter flink veranderd. Zuiddam benut sport momenteel vooral als mentale uitlaatklep. In haar tijdelijke job in onder meer een verpleeghuis met corona-patiënten beleefde ze een intensieve periode.
Defensieatleet Zuiddam werkt in het dagelijks leven als zorgondersteuner in de Van Ghentkazerne in Rotterdam. Dat doet ze onder de vlag van het Eerstelijns Gezondheidsbedrijf van de Defensie Gezondheidsorganisatie. Aangezien Defensiepersoneel meehelpt om corona te bestrijden, was ze een poos werkzaam in het Reinier de Graaf Ziekenhuis in Delft en een verpleeghuis in Amsterdam.
Stuk bezinning
Zuiddam probeert de bizarre ervaringen die ze vooral in het verpleeghuis opdeed zoveel mogelijk met sporten een plek te geven, wat aardig lukt. “Als verpleegkundige in het voormalige Havenziekenhuis in Rotterdam, maakte ik heftige dingen mee, zoals patiënten die overleden. Je weet dat dit kan gebeuren en het hoort bij het leven. Maar als mensen door corona zo snel en met zovelen in zeer korte tijd overlijden, zoals ik het verzorgingshuis zag, dan doet dat écht wat met je. Tijdens het sporten merk ik dat de mentale stress die daardoor bij mij ontstaan is, omlaaggaat. Sporten beschouw ik op dit moment als bezinning. Na een training voel ik me mentaal fit en blijf tegelijkertijd lichamelijk in conditie. In de toekomst hoop ik namelijk zeker weer aan wedstrijden mee te doen.” Zuiddam traint vooral voor en na werktijd. Ze wil graag meer, maar beseft dat ze militair is en geen fulltime topsporter. “Het werk gaat voor.”
Natuurtalent
Zuiddam begint haar sportieve loopbaan met ‘steppen’, een sport waarin ze diverse keren wereldkampioen wordt. In dienst van Defensie raakt ze geïnteresseerd in wielrennen en triatlon. Kennelijk is ze een natuurtalent, want al snel pakt ze de nationale militaire titel (2018). Zuiddam is intussen ook lid van de militaire triatlonequipe. “Ik voel me aangetrokken door de afwisseling en de diversiteit van beide sporten. Ik heb er veel plezier in.”
Sportsergeant Bauke Visser van de vliegbasis Woensdrecht bedacht een ludiek plan om in de coronamisère fit te blijven. Omdat hij op zijn werk en bij een sportvereniging nauwelijks aan de bak kan, huurde hij privé een ‘trainingshindernis’. Ook in slechte tijden moet een militair volgens Visser in blakende conditie blijven. Hij kan zomaar in actie moeten komen.
Visser huurde ‘de bok’, bijnaam voor de hindernis, samen met zijn broer bij een particulier bedrijf. Bij gebrek aan ruimte bij hem thuis, staat het gevaarte in de tuin van zijn neef. Sportman in hart en nieren Visser is tevreden over zijn 1ste ervaringen. “Ondanks dat ik niet kan trainen zoals ik gewend ben, blijf ik op een goed niveau fit. De allergrootste winst is dat ik specifieke oefeningen kan doen die voor anderen op dit moment door corona niet mogelijk zijn.”
Ultieme krachtproef op de trainingshindernis is een horizontale ladder, bijgenaamd monkeybar, waarlangs je van de ene naar de andere kant ‘klautert’. Daarbij de handen telkens ompakkend. Aan een andere balk hangen klimtouwen van allerlei maten, soorten en gewichten. Ook zo kan de gebruiker zich van de ene naar de andere kant worstelen, en eventueel touwklimmen.
Supermooi
Op de trainingshindernis (4 bij 4 meter en 3 meter hoog) kunnen maximaal 4 man terecht. Meer mag vanwege het coronaregiem op dit moment niet. Visser: “Het zou supermooi zijn als de luchtmacht van dit apparaat profiteert. Door corona is hij op dit moment echter alleen voor privégebruik bestemd. Maar wanneer we sporten weer mogen opstarten, ga ik het liefst toch graag weer lesgeven op Woensdrecht. Ik mis ik mijn werk.”
Op de Brabantse basis houdt Visser met zijn collega-sportinstructeurs de conditie van de leerlingen van onder meer de Algemene Militaire Opleiding, de Elementaire Militaire Vlieger Opleiding (EMVO), de brandweer en de VEVA-opleiding op peil. Dat gebeurt met oefeningen in onder meer kracht en uithoudingsvermogen; met zwemmen; trainingen op de hindernisbaan; met voetballen en basketballen. Te veel om op te noemen.
Weinig thuis
Vissers’ persoonlijke voorkeur gaat uit naar survivalruns, hardlopen, crossfit, fietsen, snowboarden, boulderen (klimmen op een klimwand) en zwemmen. “Vooral de uitdagingen in de sport trekken me. Ik vind dat het altijd sneller, verder, langer en hoger kan.” Sport en daarin lesgeven loopt ook als een rode draad door het privéleven van de sergeant, die tevens trainer-coach van de atletiekploeg van de luchtmacht is. “Ik ben heel weinig thuis.”