landmacht 01-12-2020

Dit artikel hoort bij: Specials 02

Mijn Uitrusting – de corona-sneltester

Tekst KAP Jaap Wolting
Foto René Verleg

Iedereen heeft zijn eigen uitrusting. Enig idee wat collega’s met zich meezeulen? Welke ‘gereedschappen’ voor hen onmisbaar zijn? Maandelijks vertelt een landmachter over de essentiële benodigdheden waarmee hij zijn opdrachten uitvoert. Deze keer corona-sneltester korporaal David.

COVID-19 houdt Nederland al maandenlang in zijn greep. De krijgsmacht ondersteunt waar nodig. Zo helpen militairen mee om corona-sneltesten af te nemen op verschillende locaties in het hele land. Die extra handen verhogen de doorstroom en verminderen de druk op andere testlocaties van de GGD. Defensie zet in de straten niet-medisch militair personeel in, dat eerst intern een training krijgt op de Korporaal Van Oudheusdenkazerne in Hilversum.

Laptop + scanner

Een goede administratie kan bij een operatie als deze letterlijk van levensbelang zijn. Bij aankomst kijkt de tester eerst wie de persoon is die de test wil laten afnemen. Kloppen alle gegevens, scant hij de barcode op het buisje met buffervloeistof zodat de persoon daar meteen aan wordt gekoppeld. In voorkomend geval gebruikt de tester de laptop ook om handmatig mensen mee toe te voegen.

Schort

Mondkapje en spatscherm beschermen het hoofd, het schort de rest van het lichaam. Stuk lichter dan het scherfvest dat de infanterist op uitzending draagt, maar moet wel veel vaker vernieuwd worden om hygiënisch te kunnen blijven werken.

Spatscherm

Een transparant stuk plastic dat komt als bouwpakketje. Iedere tester stelt het scherm af op zijn eigen hoofd. Niet te strak, om striemen in je voorhoofd te voorkomen, niet te los omdat je absoluut niet wilt dat het scherm afzakt terwijl je net een wattenstaafje uit iemands neus haalt.

Mondkapje

Bestaat uit 3 lagen – inclusief bacteriefilter – en is gemaakt van stof, elastiek en een stukje metaal. Die strip buig je om de bovenkant van je neus zodat het perfect afsluit. Zeker handig voor brildragers, om beslagen glazen te voorkomen. Elke keer dat de tester van positie verandert in de teststraat, doet hij een nieuw kapje op.

Wattenstaafje

Brengt de tester in via de neus van de patiënt. Gaat ongeveer 10 centimeter naar binnen, om met het uiteinde de huig aan te kunnen tikken. Dat is namelijk de plek waaraan veel bacteriën zich hechten. Het staafje is flexibel en heeft een breekrandje in het midden. Slechts het gewatteerde deel gaat namelijk in het buisje met de vloeistof.

Buffervloeistof

Buisje met buffervloeistof die zich vermengt met het slijm en de bacteriën op het wattenstaafje. Doordat er een vochtige substantie ontstaat kan de tester daarvan druppels op de teststrip laten vallen. Op het buisje zit een barcode die is gekoppeld aan een naam en burgerservicenummer.

Teststrip

Een rechthoekig, dun staafje zo groot als je wijsvinger. De tester laat er 5 druppels vloeistof uit het buisje op vallen. Verschijnt er vervolgens alleen bij C een streepje heeft de onderzochte persoon geen corona. Dat is wél het geval als zowel C als T een streepje krijgen. Zo heel af en toe levert de test geen resultaat op omdat er bijvoorbeeld te weinig druppels zijn gebruikt. In dat geval laat alleen T een streepje zien.

Handschoenen

Komen zowel in het bruin en het blauw, in verschillende maten. Iedere keer als een tester een wattenstaafje in iemands neus heeft geduwd, trekt hij nieuwe handschoenen aan. En krabt hij even achter zijn oor omdat hij jeuk heeft? Nieuwe handschoenen. Na de pauze? Nieuwe handschoenen. Iedere tester gebruikt er dus dagelijks tientallen.

Korporaal David

Corona-sneltester

A-cie, 17 Pantserinfanteriebataljon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene

“Waar ik nú stand-by voor sta is natuurlijk totaal andere koek dan mijn dagelijkse werk binnen een snipergroep. Maar ook al is het compleet anders dan bijvoorbeeld oefenen op het Infanterie Schietkamp, ik vind het mooi om in tijden van crises als deze mijn steentje te kunnen bijdragen.

Zelf heb ik deze lessen weken geleden al ondergaan. Vandaag is min of meer een herhalingsdag. Alle handelingen weer een paar keer uitvoeren, werken met de verschillende materialen. Het is afwachten wanneer we nu echt mogen beginnen. We staan op een notice to move van 24 uur dus als er op de knop wordt gedrukt kunnen we een dag later al aan de slag.

Het lastigste aan dit werk is dat je iedere keer rustig en geconcentreerd precies hetzelfde moet doen en een wattenstaafje niet rücksichtslos in iemands neus ragt. Ook al heb je al tientallen tests afgenomen, iedere persoon die zich laat testen heeft er recht op dat wij netjes, verantwoordelijk en secuur blijven werken. Als we straks daadwerkelijk aan de bak moeten, staan we trouwens niet de hele dag op dezelfde plek. Er zijn verschillende stations. De mensen moeten natuurlijk eerst opgevangen worden en hun namen gecontroleerd. Daarnaast zitten er collega’s in het veldlab, zijn er bij die het afval afvoeren en hebben we meerdere ‘handjes’. 

Al met al blijft het bizar. Toen ik mijn handtekening onder een contract bij Defensie zette had ik nooit gedacht dat ik in 2020 coronatesten zou gaan afnemen onder de Nederlandse bevolking.”