Tekst ritmeester Jessica Bode
Foto sergeant-majoor Hille Hillinga, Paul Smulders en ANP

Militairen aan de bak bij zorginstellingen

Twintig militairen hebben de afgelopen weken ondersteuning geboden in twee Brabantse zorginstellingen. Het hoge ziekteverzuim en de enorme werkdruk is ook daar vanwege het coronavirus een probleem. Dankzij de defensiehulp konden de vaste medewerkers weer even op adem komen. 

Gevechtspak en kistjes uit, zorgtenue aan en bewoners uit bed halen en verschonen. Koffie zetten, helpen met eten, een neus die gesnoten moet worden of mensen weer lekker instoppen voor een middagdutje. De twintig militairen van 13 Lichte Brigade uit Oirschot die zijn ingezet in een zorginstelling in Hoogeloon en een woonzorgcentrum in Bergen op Zoom, zijn nergens te beroerd voor. 

Korporaal Danique zet een bril recht van een bewoner van De Zorgvilla’s in Hoogeloon.

 “Het is wel even anders dan ons werk bij Defensie, maar veel van ons hebben een zorgachtergrond. Dus de werkzaamheden hadden we zo onder de knie”, benadrukt korporaal Danique. Normaal gesproken is ze voertuigcommandant op een Boxer ambulance en de afgelopen weken ontpopte ze zich als ondersteuner in de Hoogeloonse ouderenzorg. Weliswaar onherkenbaar als militair, want ze droeg het tenue dat de vaste staf ook aan heeft. “Dat is vertrouwder en prettiger voor de bewoners”, legt ze uit. 

Aanpakken!

Daar waar een inwerkperiode van hooguit twee dagen normaal gesproken een no go is, konden de geüniformeerde krachten in mum van tijd aan de bak. “Knap om te zien hoe snel deze jonge 'aanpakkers' schakelen en meewerken. Terwijl het bij ons toch om intensieve zorg gaat voor een groep zeer demente ouderen”, vertelt coördinerend verpleegkundige Inge van De Zorgvilla’s in Hoogeloon.

Dankzij de defensiehulp kon niet alleen de verzorging doorgaan, maar was er ook meer tijd voor persoonlijke aandacht voor de bewoners.

Nog niet hersteld

Deze kleinschalige zorginstelling kreeg de afgelopen maanden te maken met twee corona-uitbraken, waarbij de tweede keer ook 11 van de 19 medewerkers ziek werden. Daarvan is nog niet iedereen volledig hersteld. Inge vertelt: “Maar je moet wel door. Wekenlang holden we achter de feiten aan. Dat heeft er ingehakt. Je kunt je voorstellen hoe blij je dan bent met een adempauze. Die paar weken maken een wereld van verschil. De militairen zijn getraind om te handelen in crisissituaties, maar onze mensen zijn opgeleid om ouderen een fijne oude dag te bezorgen. Dat is echt iets anders. We kunnen ervan leren.” 

In woonzorgcentrum Het Nieuwe ABG in Bergen op Zoom raakten vorige maand 85 van de 160 bewoners, allemaal met een fysieke of mentale beperking, besmet. Ook vijftig medewerkers moesten in quarantaine. Gelukkig kon de defensiehulp snel worden geboden. “Eén keer voordoen en ze wisten het”, reageert verpleegkundige Astrid enthousiast. “Met die hulp kon niet alleen de verzorging doorgaan, maar was er ook meer tijd voor persoonlijke aandacht voor de bewoners.”

Bewoners en medewerkers van Woonzorgcentrum Het Nieuwe ABG in Bergen op Zoom werden vorige maand hard getroffen door het coronavirus.

Terug naar de kazerne

Inmiddels is de rust in beide (inmiddels coronavrije) zorginstellingen weer wat teruggekeerd. De laatste werkdag van de extra krachten zit erop en de militairen zijn terug naar de kazerne. Korporaal Rob, normaal gesproken voertuigcommandant afvoer, kijkt er met een goed gevoel op terug. “Als er weer zo’n inzet nodig is, sta ik vooraan. Het is mooi om deze mensen te helpen. En dan niet alleen te verzorgen, maar ook een luisterend oor te bieden. Sommige bewoners hebben vier medebewoners aan corona verloren. Dat betekent vier lege plekken aan de eettafel. Die impact is groot. Dan is het fijn om er voor de mensen te zijn.” 

En zien de militairen, na een paar weken ervaring opdoen, een toekomst in een zorginstelling? De meesten niet. Korporaal Rob reageert: “Traumazorg is meer mijn ding. Ik ga graag terug naar het groene nest!”