Tekst KAP Jaap Wolting
Foto SM Dave de Vaal
'Hier ben je simpelweg niet op voorbereid'
Tientallen militairen namen vanaf eind juli deel aan de repatriëringmissie in Oekraïne. De landmacht ondersteunde de missie op diverse vlakken. Zo controleerden 2 CBRN-specialisten in Charkov alle stoffelijke resten op de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen en staan mortuariumspecialisten nog dagelijks in Hilversum voor een haast onmogelijke taak. In deze editie bijzondere verhalen over unieke opdrachten na het verschrikkelijke drama.
Opperwachtmeester Howard May (landmacht): “Onze speciale responseenheid CBRN (Chemisch Biologisch Radiologisch Nucleair) werd na de verschrikkelijke ramp met MH17 gelijk gebeld door het Landelijk Team Forensisch Onderzoek (LTFO). Het LTFO wilde dat we meedachten over de actie die er in Oekraïne aan zat te komen; het gereedmaken van de slachtoffers voor de terugvlucht naar Nederland. Nadat we hadden aangegeven wat onze capaciteit was, werd duidelijk dat Nick en ik in Charkov aan de slag moesten.”
Levensbedreigende waardes
Sergeant-1 Nick de Windt (luchtmacht): “Bij aankomst in Charkov hebben we meteen de treinwagons doorgemeten. In de lucht troffen we, zoals verwacht, voor de gezondheid schadelijke waardes aan. Nadat we de treinstellen goed hadden geventileerd en collega’s adviseerden om beschermende kleding te dragen, werden de body bags klaargemaakt en naar de loods vervoerd. Hier was een keten ingericht. Bij ons ‘station’ scanden we de zakken op de aanwezigheid van gevaarlijke radiologische en chemische stoffen. Omdat de lichamen al een tijd in het veld hadden gelegen, en vliegtuigen gevaarlijke stoffen zoals kerosine vervoeren, was dit noodzakelijk. Pas als wij iets veilig hadden verklaard, ging het naar het volgende station. De collega’s van de Explosieven Opruimingsdienst Defensie. Ook zij voerden hun controles uit. Vervolgens werd alles geregistreerd. Daarna sealden collega’s de zakken, voordat ze met de grootste voorzichtigheid in kisten in een koelwagen werden geplaatst.”
Enorme wilskracht
Opperwachtmeester May: “We werkten samen met Maleisiërs, Oekraïners, Zwitsers, Duitsers, Engelsen, Amerikanen en Australiërs. Iedereen in die loods heeft zijn schouders eronder gezet. Het maakte niet uit waar je vandaan kwam of wat je achtergrond was. De wilskracht was enorm. We hadden maar één doel; de slachtoffers die in de trein lagen zo snel mogelijk op een waardige manier klaarmaken om de reis naar huis te beginnen.”
Voortdurend spiegelen
Sergeant-1 De Windt: “Van tevoren hebben we met z'n tweeën uitvoerig gesproken over de situatie die we aan zouden treffen. Hoe benaderen we dit nu? Hier ben je simpelweg niet op voorbereid. Je hebt tijdens uitzendingen misschien iets meegemaakt op dit gebied, maar het is absoluut niet te vergelijken. We spraken af om meteen aan de bel te trekken als er iets was op persoonlijk vlak. Tijdens de lange dagen hebben we voortdurend lopen spiegelen. Gelukkig overheerste het gevoel dat je dit eervol wilt doen voor de slachtoffers en hun families. Dat was de drive die je op de been hield. Je wilt de slachtoffers terugbrengen naar Nederland. Wat me het meest bijblijft? De spanning die het wachten op de trein met zich meebracht. Op de laatste werkdag in de loods kwam minister Timmermans op bezoek met zijn Australische collega. Zijn zorgvuldig gekozen woorden bezorgden mij kippenvel. Hij zag met eigen ogen wat we hadden gedaan. In een steengoede speech in meerdere talen uitte hij zijn waardering. Dat was precies wat iedereen nodig had. Al wisten we heel goed waar we het voor deden, het werd door Timmermans nog maar eens bevestigd.”
Moeilijke momenten gedeeld
Opperwachtmeester May: “Vooral de waardige manier waarop het allemaal is gegaan, is me het meest bijgebleven. Mijn motivatie haalde ik uit het feit dat families straks eindelijk aan hun rouwproces kunnen beginnen. Ik heb zelf jonge kinderen en dat schoot soms door mijn hoofd. Door dit werk samen te doen, heb ik met collega’s een band voor het leven opgebouwd. Wij hebben hetzelfde meegemaakt, moeilijke momenten gedeeld ook. Mede dankzij hen heb ik stoom kunnen afblazen. Iets wat echt moest, want anders ging je eraan onderdoor. Al met al ben ik tevreden dat wij hebben kunnen bijdragen aan de waardige terugreis van de slachtoffers.”