Tekst TLNT Johanna van Waardenburg
Foto Louis Meulstee, video: MATR1 Jord Verheij
Juichen om overwinningen, zwijgen over verliezen
“Iets moet mij beschermd hebben. Want volgens alle wetten en regels zou ik allang dood moeten zijn”, zegt de 94-jarige marineveteraan Maurits Goudeketting. Ruim 70 jaar geleden diende hij als boordschutter tijdens de D-Dayperiode. 70 Oorlogsvluchten heeft de toenmalige sergeant-majoor op zijn naam staan. Samen met 7 andere Nederlandse marineveteranen van het 320 Squadron woonde hij op 6 juni de D-Dayherdenking in het Franse Normandië bij. “Ik heb ondergedoken, ben gevlucht, heb familie verloren en heb met trots gediend.”
Een levensverhaal dat haast onwerkelijk lijkt. Makkelijk praat Goudeketting over zijn indrukwekkende oorlogsverleden. “Als Joods gezin gingen wij in het begin van de oorlog op de vlucht. We kwamen in Frankrijk terecht. Daar kregen we te horen dat we snel weg moesten. De Duitsers kwamen”, vertelt de marineveteraan. Hij kreeg het advies om naar Spanje te gaan. Daar zou het veilig zijn. Zijn vader was te zwak om mee te reizen en zijn broer wilde afscheid nemen van zijn vrouw. Goudeketting vertrok alleen naar Spanje. “Ik zie mijn vader en broer nog staan. Ik keek naar hen vanuit de bus. Die herinnering is in mijn geheugen gegrift. Het was de laatste keer dat ik ze zag.”
Tijd om de vijand aan te pakken
Op blote voeten en met een dunne winterjas trok Goudeketting door de Pyreneeën. Tot op de dag van vandaag weet hij niet hoe hij dat heeft overleefd. “Het bleek dat ik 30 kilometer aflegde. Ik herinner me niet alles meer.” In Spanje pakte hij de eerste beste trein naar Barcelona. “Daar aangekomen was het alsof ik in een nieuwe wereld belandde. De drukte, de mensen. Het was levendig en anders dan ik de jaren ervoor had gezien.” Via de ambassade is hij gevraagd om in dienst te gaan. Hij zou naar Londen overvliegen en kon als boordschutter aan de slag. “Ik wilde dat maar al te graag. Ik had mijn vader en broer verloren en was ruim 3,5 jaar aan het vluchten en onderduiken. Het was tijd om mijn bijdrage te leveren en de vijand aan te pakken.”
Kruitgeur in cockpit
In een eetzaal op een Engelse kazerne hingen lijsten met vluchten. Daar zag de toenmalige sergeant-majoor zijn naam staan. Zijn tijd om daadwerkelijk te dienen was aangekomen. “Ik ben pas vanaf 10 juni gaan vliegen. Vanuit de lucht zag ik op zee heel veel stippen. Allemaal schepen. Ze stonden klaar om Europa te bevrijden.” Angst had hij niet. Wel kwam er spanning bij kijken. “Ik kan me de kruitgeur in de cockpit nog herinneren. Dan wist je dat het bijna raak was. Maar we gingen door. Ik heb nooit getwijfeld aan onze kansen op overwinning. De vijand was afgezwakt.”
Boekje
Goudeketting hield iedere actie bij in een boekje. Tot op de dag van vandaag heeft hij dit bewaard. “Iedere vlucht die ik gevlogen heb, staat hierin.” In de tussentijd kreeg hij ook te horen dat zijn moeder en schoonzusje in Brussel waren teruggevonden. “Ik ging op verlof om ze op te zoeken. Het was een bijzonder emotionele ontmoeting. Ik kan me de woorden van mijn moeder nog herinneren: ‘Gelukkig, ik heb er eentje terug!’.”
Stuiptrekking
Dit was voor Goudeketting een reden om aan zijn commandant aan te geven dat hij wilde stoppen met de vluchten. Het was zijn verplichting om nu voor zijn moeder te zorgen. Na 70 oorlogsvluchten en een behoorlijk afgezwakte vijand, was het volgens de marineveteraan wel genoeg geweest. Hij kreeg toestemming. Op het vliegveld in Londen kreeg hij nog de laatste stuiptrekking van de oorlog mee. “Ik lag op een grasveldje te wachten op mijn vlucht naar Brussel. Ik zag opeens een vliegtuig aankomen. Ik zag nog het gezicht van de piloot. Een aantal secondes erna begon hij met schieten. Ik was ongedeerd. Dit was weer een gelukmomentje.”
Dansen
“Toen de oorlog echt voorbij was en Europa vrijgevochten, hebben we in Breda gefeest. De sfeer was geweldig. Gewoon onbeschrijfelijk. Op straat werd er gezongen. Iedereen was vrolijk. Ik heb heel de dag en nacht gedanst met meisjes”, zegt Goudeketting lachend. “De oorlog was een nare periode. Ik heb veel familieleden verloren. Ik besef tot op de dag van vandaag dat ik ontzettend veel geluk heb gehad.”
D-Day veteraan Norbert Macaré (1922) woonde ook de D-Day herdenking in Arromanches bij. Hij voltooide tot het eind van de oorlog bijna 50 gevechtsmissies, waarvoor hij het Vliegerkruis kreeg uitgereikt.