KL in 't kort [1/2]

Innovaties binnen vuursteun

“We zijn klein, maar wél zeer gericht op innovatie. Zo is de Pantserhouwitser de modernste vuurmond”, aldus kolonel Marc van Ockenburg, commandant Vuursteuncommando.

Eind juni lieten ruim 100 belangstellenden zich in ’t Harde bijpraten over de laatste innovaties binnen de vuursteun en het belang daarvan. Het evenement was met name gericht op de integratie tussen doelopsporing en doelbestrijding. “We zien dat de inzet van vuursteun essentieel is tijdens het grootschalige gevecht, en vooral tijdens de uitvoering van de ‘diepe’ operatie zelfs van doorslaggevend belang kan zijn”, voegt Van Ockenburg toe. “De laatste jaren waren vooral gericht op stabilisatie-operaties. We moeten meer naar combat.”

Eremetaal voor Mali-militairen

“Wij zijn het kannetje smeerolie binnen MINUSMA”, aldus kapitein-ter-zee Jan van den Broeke eind juni in Mali. Daar werd op Kamp Castor de VN-medaille uitgereikt.

Als waardering voor hun taken in het Afrikaanse land kregen meer dan 100 Nederlandse militairen van het Joint Support Detachment en het contingentscommando een medaille. Eén exemplaar was voor een agent van de United Nations Police. “Want”, aldus Van den Broeke: “met z’n allen vervullen we voor de Verenigde Naties in het algemeen en voor MINUSMA in het bijzonder, een belangrijke rol. Korporaal-1 Trouwborst werd verrast met het gevechtsinsigne. Hij kreeg het eremetaal voor gevechtshandelingen in Kidal tijdens een eerdere uitzending.

Internationale luchtverdedigers oefenen in Vredepeel

Gemakkelijkere, verbeterde en efficiëntere luchtverdediging. Dat is de ‘opbrengst’ van de grootste en meest geavanceerde luchtverdedigingsoefening in Europa: Joint Project Optic Windmill (JPOW).

 Tijdens JPOW oefenden de internationale deelnemersgroep (van Spanje tot Denemarken) met grondgebonden en maritieme wapensystemen de verdediging tegen ballistische raketten. Ook nog in ontwikkeling zijnde wapensystemen deden mee, evenals gesimuleerde vliegtuigen. "de van tevoren ontwikkelde luchtdreiging werd aangevuld met een dynamisch deel, verzorgd door piloten achter computers in Vredepeel, thuisbasis van het DGLC.

De deelnemers testten bestaande en nieuwe doctrines en procedures in een netwerkomgeving. Daarbij maakten ze gebruik van de kennis van internationale bedrijven en wetenschappelijke instituten, waaronder TNO. 

C-LAS bezoekt CBMI in Erbil

Luitenant-generaal Leo Beulen bracht in juni samen met commandant 11 LMB brigadegeneraal Kees Matthijssen een bezoek aan de Capacity Building Mission Iraq (CBMI). Ze spraken in Erbil met de uitgezonden militairen over de trainingen. Ook de Nederlandse ervaringsopbouw en de mogelijke toekomst van de missie kwamen aan bod.

Senior National Representative luitenant-kolonel Ouwehand presenteerde de huidige situatie in Iraaks Koerdistan met de meest recente ontwikkelingen. Door de vorderingen van de door de coalitie getrainde strijders tegen ISIS werd er vooruit gekeken naar een post-ISIS tijdperk. Hierbij kwam ook het gevecht in Mosul ter sprake waar dusdanig zwaar werd gevochten dat de stad nooit meer de oude zal zijn. Lees hier meer over de Nederlandse inbreng in de missie.

Landmacht in de race voor Computable Award

De KL is genomineerd voor een Computable Award, in de categorie ICT-project bij de overheid. De nominatie is te danken aan Milsenz (Military Sensor), een modern detectiesysteem in de vorm van een tennisbal, dat geluid, beweging, warmte en licht waarneemt in het veld.

Een moderne manier om inlichtingen te vergaren en te benutten dus. De landmacht werkt hiervoor samen met KPN en Internet of Things. Milsenz brengt met sensortechnologie vijandelijke activiteiten in beeld. Het juryteam roemt de samenwerking van de 3 partijen, die de theoretische en praktische invalshoek bij elkaar brengt. Het zou de jury niet verbazen als het systeem internationale belangstelling zou oproepen.

De Computable Awards zijn de belangrijkste ICT-prijzen van Nederland en worden op 31 oktober uitgereikt. Stemmen kan tot en met 8 oktober via www2.computable.nl/computableawards/stem

Limburgse ereplaats in Noord-Brabant

In Noord-Brabant is nu een stukje Limburg te vinden. Dit klinkt misschien apart, maar het monument van 42 Pantserinfanteriebataljon Limburgse Jagers is sinds vandaag officieel in Limburgse handen.

De gedenkplaats staat op de generaal-majoor De Ruyter van Steveninck Kazerne in Oirschot, al jaren de thuisbasis van 42 BLJ. Maar Oirschot is Brabant, géén Limburg en dat is toch een beetje raar voor een eenheid met Limburgse wortels.

Daarom werd gezocht naar een nieuwe invulling van de sterke band tussen eenheid en ‘moederprovincie’. De eindstand is dat de 2 provincies en Defensie ervoor hebben gekozen dat Limburg officieel eigenaar is van het monument. Met toestemming van Brabant dat eigenaar is van de grond. Deze constructie wordt opstalrecht genoemd.

“Het idee ontstond enkele jaren geleden toen de laatste kazerne in Limburg sloot”, vertelt luitenant-kolonel Ralf Goossens, commandant van de Limburgse Jagers. “Hierdoor stond ons monument niet langer op Limburgs grondgebied.” Met steun van de Limburgse gouverneur werd bekeken of Brabant een stukje grond bij wijze van spreken zou willen ‘afstaan’.

Dat was makkelijker gezegd dan gedaan. Door regelgeving en bureaucratische processen duurde het nog 2 jaar voordat de zaak was beklonken. Maar vanmiddag was dan uiteindelijk de officiële ceremonie, in het bijzijn van de Gouverneur van Limburg, de plaatsvervangend Commissaris van de Koning in Brabant en de mannen en vrouwen van het Regiment Limburgse Jagers.