Dit artikel hoort bij: Landmacht 09
Het Nationaal Militair Museum (NMM) opent pas 11 december de deuren voor het grote publiek, maar bezoekers van de Veteranendag Koninklijke Landmacht kregen vorige maand alvast een sneak preview. Als ‘huis’ van Defensie geeft het museum uiting aan de krijgsmacht in heden, verleden en toekomst. Met een eigen veteranendag toont de landmacht waardering voor haar veteranen die vaak dienden onder zware omstandigheden.
Tekst: KAP Jaap Wolting l Foto: Valerie Kuypers
In het NMM, gehuisvest op voormalig vliegbasis Soesterberg, komen het Legermuseum en het Militaire Luchtvaart Museum samen. Er zijn 6 themadelen: Nederland, de Krijgsmacht, Militairen, Oorlog, Samenleving & Krijgsmacht en Toekomst. In het Arsenaal staan de grote collectiestukken, zoals vliegtuigen, tanks, pantserwagens en ander militair materieel. (Foto: Herman Zonderland)
De veteranen werden getrakteerd op een breed scala aan activiteiten. Zo maakten de (oud-) militairen ritjes in historische en moderne voertuigen en bewonderden ze ‘static shows’. Ook gaf de band Booming Piano’s een concert. De band reisde regelmatig langs militaire kampen in Afghanistan.
Voor de 2.000 deelnemers was de jaarlijkse veteranendag een uitgelezen kans om herinneringen op te halen. Plaatsvervangend Commandant Landstrijdkrachten generaal-majoor Marc van Uhm opende de dag. In zijn speech sprak hij over 200 jaar landmacht, de professionaliteit en innovatie binnen de KL en vooral over de bijzondere kameraadschap tussen landmachtveteranen.
Veteranen zijn zeer divers van leeftijd en achtergrond, van de Tweede Wereldoorlog tot en met Mali. De landmacht telt 32.700 veteranen; 13.630 in actieve dienst en 19.070 veteranen die niet meer actief dienen. (gemeten in november 2014, red.)
De ‘blauwe hap’ mocht natuurlijk niet ontbreken. De term werd bekend in de periode dat de Nederlandse krijgsmacht in Nederlands-Indië actief was. De van oorsprong buitenlandse maaltijd, liefst met bijbehorende banaan, gebakken omelet, kroepoek en een sateetje, wordt tegenwoordig op woensdag geserveerd bij veel Defensieonderdelen. De ‘blauwe hap’ staat ook vaak op het menu bij reünies en veteranenactiviteiten.
De 93-jarige Ted Meines (onlangs door de Commandant der Strijdkrachten officieel bevorderd tot luitenant-generaal, red.) kreeg een VIP-behandeling van een jonge veteraan. Sinds 2012 kent Nederland een speciale Veteranenwet waarin de waardering, erkenning en zorg voor veteranen is vastgelegd. Om de status te bekrachtigen en zichtbaar te maken, krijgen de (oud-)militairen een veteranenspeld en pas. Meines heeft zich altijd met hart en ziel ingezet voor de belangen van veteranen.
Majoor Nils Rienks (rechts) is mede-organisator van de veteranendag en zelf ook veteraan. De militair kijkt zeer tevreden terug: “Mensen waren vooral positief over de keuze van de locatie. Veel veteranen geven aan later graag een bezoek te willen brengen aan het museum met collega’s, familie of vrienden.”
Nederlandse veteranen, oorlogs- en dienstslachtoffers en hun relaties hebben ook na hun diensttijd recht op zorg. Postactieven kunnen met al hun vragen terecht bij het Veteranenloket, ongeacht of het gaat over een reünie, veteranenfaciliteiten, ondersteuning of (acute) zorgvragen die te maken hebben met een uitzending. Het Veteranenloket is 24/7 telefonisch bereikbaar op 088 334 0000 en via info@veteranenloket.nl.
