‘We zeggen nooit nee’

Terugblik CLAS-infodagen 2014

“We draaien veel meer toeren dan we kunnen, maar die onderhoudsbeurt stellen we maar uit.” Commandant Landstrijdkrachten luitenant-generaal Mart de Kruif zoekt naar smeerolie voor zijn landmacht. Hoe? Dat zette De Kruif eind oktober uiteen tijdens de CLAS-informatiedagen in het land.

Tijdens de CLAS-infodagen bezocht de landmachtbaas diverse locaties (Wezep, Ermelo, Schaarsbergen, Oirschot, Utrecht, Den Haag) om zijn eenheden op de hoogte te brengen van de laatste stand van zaken binnen de KL. De Kruif leidde zijn betoog in met het ‘Credo van de Landmachtmilitair’, onderdeel van het project Vorming. De fotovideopresentatie beschrijft onze kernwaarden (moed, toewijding en veerkracht, red.), waar de landmachtmilitair voor staat en wat we van hem mogen verwachten. Oftewel de ziel van de organisatie. “Het ‘wie wij zijn’ moet in de haarvaten van elke militair zitten. Tegelijkertijd merken wij ook dat de praktijk weerbarstiger is”, concludeert De Kruif.

Nooit gratis

Traditie tijdens de informatiedagen is om terug te kijken op het jaar. Dat de KL nooit ‘dicht’ is, blijkt ook nu weer uit het jaaroverzicht. We zien de KL wereldwijd in brandhaarden actief. Dat veiligheid nooit gratis is, komt sterk naar voren. Volgens De Kruif wordt hierdoor eens temeer duidelijk dat Nederland niet zonder een landmacht kan.

Doorkijkje naar 2015

In 2015 ligt volgens Commandant Landstrijdkrachten de focus op de doorwikkeling van het loopbaanbeleid (project Zelda, red.), waardoor loopbaanpatronen duidelijker worden en de organisatie hier en daar ook de regie terugneemt. Kwaliteit boven behoud blijft het uitgangspunt. Verder moet een betere balans komen tussen combat support (CS), combat service support (CSS) en de manoeuvre-eenheden. Hiernaast blijft de samenwerking en integratie met internationale partners hoog op de agenda. Net als het verhogen van het voortzettingsvermogen. “Want”, besluit De Kruif. “de meeste interventies vinden nog steeds op land plaats. Dat gegeven, en het feit dat de reactietijd om naar een conflictgebied te gaan steeds korter wordt, bewijst dat we voor elke taak klaar moeten zijn.”

Wat is er in 2014 bereikt?

Het Commando Landstrijdkrachten bouwt een nieuwe, relevante en toekomstbestendige landmacht. De gevolgen zijn dit jaar al zichtbaar:

- De omvorming van 13 Gemechaniseerde Brigade naar een gemotoriseerde eenheid is een feit. De Oirschotse brigade gaat verder onder de naam 13 Lichte Brigade. Uitgerust met de Bushmaster, Boxer, Mercedes 290 CDI en andere operationele wielvoertuigen blijft de eenheid in staat alle soorten militaire operaties uit te voeren.

- Om het operationele tempo van de commandotroepencompagnieën bij te kunnen houden, is de Staf van het Korps Commandotroepen versterkt met extra functies.

- Het Opleidings- en Trainingscommando heeft er capaciteit bij waardoor de last bij de operationele eenheden wordt weggenomen.

- De invoering van een functionaris p-zorg bij eenheden van bataljonsgrootte moet de re-integratie van personeel gaan stroomlijnen.

- Het Materieellogistiek Commando Land heeft er 12 functies bij. Alle inspanning gaat naar de aanschaf van reservedelen.

- De Defensie Paraschool is uitgebreid met 6 extra functies.

- Om het adaptief vermogen van de landmacht te vergroten, is een regiegroep Concept Development & Experimentation (CD&E) samengesteld. Deze groep gaat op het gebied van innovatie en technologie samenwerken met de defensie-industrie en kennisinstellingen (TNO). In de toekomst moet dit leiden tot een CD&E-eenheid die onder de vleugels van het Land Warfare Centre testen gaat uitvoeren.

- Een G2/G6-autoriteit komt terug op het niveau van staf Commando Landstrijdkrachten.

Voor 2015 liggen bij de Commandant der Strijdkrachten ter beoordeling:

- Om invulling te geven aan het groeiende takenpakket is uitbreiding van de Explosieven Opruimingsdienst Defensie noodzakelijk.

- 400 Geneeskundig Bataljon kampt met tekort aan personeel voor het Role 2 hospitaal. Dit gaat met name om logistieke functies.