Luitenant Menno Bakker: 'Al help ik maar één iemand'
Op stel en sprong moest eerste luitenant Menno Bakker zijn tas pakken, zodat hij kon meehelpen tijdens de humanitaire missie in Haïti. Na orkaan Matthew ligt een deel van het land in puin. Bakker werkt op Curaçao, een dag varen van het eiland. In Willemstad stapte hij aan boord van het patrouilleschip Zr.Ms. Holland, een van de 2 schepen met hulpgoederen die Nederland richting het rampgebied stuurde.
"Als ik iets voor mensen in nood kan betekenen, dan aarzel ik geen moment", zegt Bakker. Hij kiest zijn woorden zorgvuldig, in zijn hoofd haalt hij zich de beelden van de noodsituatie voor de geest. Het zijn beelden van ravage, omgewaaide bomen, huizen in puin, de wanhopige blik in de ogen, de buikjes van ondervoeding. In veel plaatsen is de route van orkaan Matthew letterlijk te zien, zelfs de weinige palmbladeren die nog aan de bomen hangen geven de richting van de storm aan.
Kennis Franse taal
"Mijn primaire taak is noodhulpverlening. Een andere is contact leggen met de lokale politie en vaststellen of ik kan assisteren bij de handhaving van de openbare orde", vertelt Bakker aan boord van de Holland. "Om dat goed te doen zouden we wekenlang in een stad moeten blijven, maar dat is tijdens deze missie niet het geval. We varen dagelijks van plaats naar plaats. Dus dit deel van de opdracht komt niet uit de verf. Mijn meerwaarde zit met name in het luisteren, vertalen en interpreteren van wat de Haïtianen vertellen." En dat gaat Bakker goed af. Hij onderscheidt zich namelijk vanwege zijn kennis van de Franse taal, een vaardigheid die juist nu belangrijk is aangezien de taal van de Haïtianen sterk is gestoeld op het Frans.
Veel indrukken
De inwoners vertellen hem over honger en dorst. Over de orkaan die ze deed sidderen. Zoveel schrijnende verhalen, die een diepe indruk maken op Bakker. In de nadagen van de ramp spreken mediaberichten elkaar tegen, hulpverleners zitten niet altijd op een lijn en ook de inwoners zijn onduidelijk, merkt de luitenant. "Dan vroeg ik: 'heeft u water?' 'Nee, we hebben geen water', was dan het antwoord. Maar even verderop stond een werkende pomp. Of de elektriciteit. Sommigen zeiden dat er geen stroom was, maar ze liepen wel rond met opgeladen mobiele telefoons."
Voldaan
Na het zien van zoveel ellende is Bakker dan ook blij wanneer hij samen met andere Nederlandse militairen een dag kan klussen bij het ziekenhuis in de stad Les Cayes. Hoewel het hospitaal niet zwaar is getroffen door de orkaan, krijgt het wel speciale aandacht vanwege de belangrijke medische functie in de zwaar getroffen regio. De luitenant pakt een bezem en begint met vegen, met een spons schrobt hij ziekenhuisbedden schoon. Dit is wat hij op dit moment concreet kan doen om slachtoffers te helpen. "Ik heb wel mijn beeld moeten bijstellen van de hulp die we kunnen bieden", concludeert Bakker. "Aanvankelijk dacht ik dat we een hele stad zouden kunnen helpen. Dat beeld heb ik bijgesteld naar hulpverlening op persoonlijk niveau. Al help ik maar één iemand. Of fixen we een ziekenzaal zoals bij het ziekenhuis."
Advies
Tijdens de briefings aan boord van de Holland heeft Bakker een andere rol. Op dat moment kan de luitenant de staf adviseren over openbare orde en hoe lokale autoriteiten het beste bij de hulp kunnen worden betrokken. "Zo heb ik aangegeven dat het verstandig is om contact te zoeken met de lokale politiechef", zegt Bakker. "Hij kan een belangrijke rol spelen als het gaat om de handhaving van de veiligheid tijdens de overhandiging van hulpgoederen."
Maar veruit de meeste tijd en energie van Bakker gaan toch zitten in tolken en spullen sjouwen. Vaak verloopt het uitdelen van hulpgoederen zoals flessen water zeer gedisciplineerd. Maar dat is niet altijd het geval, weet Bakker. "Bij een dorpje kwamen mannen, vrouwen en kinderen steeds verder het water in richting onze boot. Ze wilden flessen water hebben. We vroegen de mensen om rustig te blijven en in een rij te staan. Dat gebeurde ook, maar toch was het weer dringen. Dus zetten we ze weer in een rij. Maar opnieuw kwamen ze naar voren."
Om het overzicht te behouden, stapt Bakker opzij. Uit het gedrang. "Dat noemen we 'afstand nemen van het incident'. Dan zie je wat er gebeurt, als je ertussen staat, is dat niet het geval." Als het te onveilig wordt, besluit de luitenant dat het genoeg is en vaart met de Nederlandse militairen terug. "Het was ook voor de dorpsbewoners onveilig." Door te vertrekken, bedaren de gemoederen, ziet Bakker. "Op zo'n moment help je die mensen, door ze eigenlijk niet te helpen. Dat vond ik een rare gewaarwording. Maar kijkend naar wat we tot nu toe allemaal hebben gedaan, ervaar ik echt zingeving. Dit is precies waar ik voor bij de Marechaussee ben gegaan."
* De hulpverleningsmissie is op 26 oktober 2016 beëindigd. Zr.Ms. Holland met aan boord luitenant Bakker is op de terugweg naar Curaçao.