Tekst André Twigt
Foto SGT Hille Hillinga
Black Horse 2017 is voor Korps Mariniers het hoogst haalbare
De raiding troops (infanteriepelotons, red.) van het Korps Mariniers moeten nog even wachten. Eerst krijgen Amerikaanse M1A2 Abrams tanks en een TOW antitank-peloton ruim baan de vijandelijke linies ‘op te schudden’. Gezeten in dikke legertrucks net achter de frontlinie vinden de zeesoldaten dat afwachten maar niks. Ongeduldig loerend door ieder scheurtje in het dekzeil proberen ze zicht te krijgen op wat hun straks te wachten staat.
Op de tweede dag van intensieve gevechten wijzigt commandant 13 Raiding Squadron majoor Anton de tactiek. Heeft hij zijn mannen tot dan toe gespaard voor al te grote risico’s, nu rukken ze gelijktijdig met de gemechaniseerde eenheden op. De heksenketel is compleet wanneer de imaginaire tegenstander onophoudelijk wordt bevuurd. Op het hoogtepunt van de Combined Arms Exercise Black Horse 2017 laten Nederlandse en Amerikaanse mariniers zien waarin ze uitblinken: met agressie en de wil om te winnen een tegenstander onder druk houden én uitschakelen. Van achter de linies voert majoor Anton een strakke regie over het gevecht. Hij ziet dat het goed gaat.
Integratie
Voor het betere geïntegreerde optreden zijn de mannen van het 13de te gast op het Marine Corps Air Ground Combat Center Twentynine Palms, een oefenterrein gelegen in San Bernardino County, Californië. Zoals de naam doet vermoeden, is op de maar liefst 1200 vierkante mijl grote, ruige, onherbergzame lap grond nagenoeg alles op militair gebied mogelijk. ‘Live’ met wapensystemen trainen, zowel op de grond als vanuit de lucht? Geen punt. “Hier werken we samen met eenheden die we zelf niet hebben, maar die we bij gezamenlijke operaties met de US Marines wel kunnen tegenkomen”, vertelt Anton. Volgens de officier maakt het Korps er werk van minstens één keer per jaar een training van dit kaliber (compagnie, red.) te houden. “Op het gebied van integratie is dit voor ons het hoogst haalbare. Hier trainen, levert kennis en ervaring op die zich bij operaties in coalitieverband wel degelijk uitbetalen.”
Grove steen
Met een tikkeltje fantasie kan Twentynine Palms prima doorgaan voor verre streken in Irak, Syrië of Afghanistan. Ook qua temperatuur vertoont het oefenterrein daarmee gelijkenis. “Enkele dagen geleden was het 48 graden (Celsius, red.)”, vertelt korporaal Luuc van 3rd Troop. Vanwege die gelijkenis met brandhaarden in het Midden-Oosten is Twentynine Palms van groot belang bij het opwerken van de vele gevechtsbrigades die het US Marine Corps telt. “De schaal waarop dan wordt geoefend, is voor onze begrippen onvoorstelbaar”, begint sergeant-majoor John. “Je praat over verbanden van dik 5 á 6000 man en een paar duizend voertuigen.”
Gewonde
Qua veiligheid maakt het volgens de platoon weapons instructor niet uit of je op brigadeniveau of compagniesniveau tijdens Black Horse aan de slag gaat. Sowieso verlopen alle tactische zetten gefaseerd. Met als gevolg dat de gemiddelde infanterist weleens ongeduldig wordt. “In het echt verloopt een gevecht niet veel anders”, weet de ras-Utrechter uit ervaring. “Te allen tijde wil je defasering voorkomen”, gaat collega-ranggenoot Evert verder. “Je loopt dan het risico je eigen troepen te bevuren.”
De instructeurs houden een korte gevechtspauze om de enige gewonde tijdens Black Horse af te voeren: een marinier ging zwaar door zijn enkel. Het terrein bestaat merendeels uit grove steen. Daar overheen lopen, is vragen om blessures. Gelukkig hoeven de hospikken verder niet voor het ‘eggie’ in actie te komen. Wel trainen zij geregeld de gewonden-afvoerketen. ‘Schot door de rechterborst’, galmde het een dag tevoren over de radio.
Safe
Zwaar terrein, hitte en geregeld ‘wachten om te haasten’, vergen veel van de mariniers. “Maar er wordt niet geklaagd”, weet baas van 3rd Troop eerste luitenant Michiel. Zijn mannen zijn wel wat – liever heel veel - gewend. Bovendien is samenwerking met gemechaniseerde eenheden een mooie ervaring. En kon de vierde, laatste actie op waardering van de pelotonscommandant rekenen. “Een omvatting was vanwege ons geringe voortzettingsvermogen geen optie”, theoretiseert de pelotonscommandant. “ Onder dekking van het Amerikaanse tank- en TOW peloton van de 1st Marine Division konden we met de compagnie redelijk safe dichter bij het objective komen.”
Majoor Anton deelt die mening. Black Horse heeft volgens de compagniescommandant alle ingrediënten in zich om een mooie oefening te zijn en dat is ook gebeurd. “We deden hier niet alleen ervaring op met geïntegreerd optreden, maar ook met opereren in bebouwd gebied. Als je dat samen kunt doen met een van onze belangrijkste partners, de US Marines, dan ben je als zeesoldaat goed bezig. Ik ben een gelukkig mens.”