Tekst LTZ 2OC Maartje van der Maas
Foto Henny Strijbos | Video: MATR 1 LDV Jord Verheij
Nederlandse militairen schieten Dominica te hulp
De ontwikkeling van tropische storm Erika kwam niet als verrassing; al sinds het begin van het orkaanseizoen houdt de staf van de Commandant Zeemacht in het Caribische Gebied de weersystemen op de Atlantische Oceaan nauwlettend in de gaten. De enorme schade die Erika aanrichtte op het Oost-Caribische eiland Dominica was wel onverwacht. De wervelwind eiste daar zeker 20 levens. Voor de Nederlandse militairen in het Caribische Gebied zat er maar één ding op: handelend optreden.
Het personeel van de Commandant Zeemacht in het Caribische Gebied (CZMCARIB) is er jaarlijks op voorbereid. Tijdens het orkaanseizoen kan elke dag de telefoon gaan met het verzoek om hulp voor één of meer van de Nederlandse eilanden – St. Maarten, St. Eustatius en Saba. Deze eilanden liggen immers in de zogenoemde orkaangordel en hebben een grote kans om geraakt te worden door een wervelwind. Het leveren van noodhulp na de passage van een orkaan, is dan ook één van de hoofdtaken van CZMCARIB.
Hulp als geroepen
Niemand was echter bedacht op een verzoek om noodhulp vanaf Dominica, een voormalig Brits eiland in het oosten van de Caribische Zee. Toch duurde het slechts anderhalve dag voordat het ondersteuningsschip in de West, Zr. Ms. Pelikaan, beladen met materieel en personeel van zowel Aruba als Curaçao, naar Dominica vertrok. Daar aangekomen, bleek dat de hulp als geroepen kwam. Een multifunctioneel team van mariniers, genisten van de Landmachtcompagnie in de West, ziekenverplegers en een aalmoezenier pakte diverse projecten op.
Daarvoor hadden ze een breed scala aan materiaal mee. De FRISC-landingsvaartuigen werden gebruikt om water, voeding en medicijnen te brengen naar dorpen die niet meer bereikbaar waren over de weggespoelde wegen. Ook evacueerden de hulpverleners mensen per FRISC. Ook de helikopter van de Kustwacht Caribisch Gebied bracht goederen naar ingesloten bewoners en evacueerde mensen door de lucht. De landmacht-genisten richtten zich met groepen mariniers op het herstel van de wegen. Daarnaast ruimden de militairen heel veel modder, afval, brokstukken en boomstronken uit de weg. Zo maakten zij een vliegveld weer gereed voor de landing van vliegtuigen met hulpgoederen en herstelden zij een school.
Binnen anderhalve dag vertrok Zr. Ms. Pelikaan, beladen met materieel en personeel, naar Dominica.
Terug naar uitvalsbases
De inzet van de militairen duurde een week. In die periode konden zij de projecten waar ze aan waren begonnen ook afronden. Dat gebeurde veelal in samenwerking met lokale en andere hulpverleningsorganisaties, zoals de World Health Organization en de Pan American Health Organization. Het orkaanseizoen is nu nog in volle gang. Hoewel ze weer terug naar hun uitvalsbases zijn, weten de militairen in het Caribische Gebied dat er de komende tijd elke dag opnieuw om hun hulp gevraagd kan worden.