Tekst KAP Jaap Wolting
Foto SGT Hille Hillinga | Video: Paris Hidden
Mountain Leaders verfijnen klimtechnieken op Alpentoppen
De Mountain Leader (ML)-gemeenschap van het Korps Mariniers, dat dit jaar 350 jaar bestaat, beleefde een historische zomer. Ze tikte in de Zwitserse Alpen nagenoeg 50 pieken hoger dan 4.000 meter aan om het gedenkwaardige jubileum te vieren. Met een bloedstollende Nepal-expeditie in het verschiet, was dit een solide warming-up. Opnieuw een tick in the box voor de Road Map ML.
Zie de Road Map ML als een proces dat met fenomenale leermomenten zorgt voor instandhouding van kennis over optreden in hooggebergte en onder arctische omstandigheden. Markant aan Zwitserland (na een tocht naar pooleiland Jan Mayen en gevolgd door bezoeken aan Nepal, Groenland en de Noordpool) is dat deelname mogelijk is voor álle ML-ers van de Koninklijke Marine. Bovendien bieden de Alpen de mogelijkheid ervaringen te delen met buitenlandse collega’s. De Verenigde Staten, Oostenrijk, België en Engeland; allemaal vaardigden ze professionals af, die samen met de Nederlanders besneeuwde pieken beklimmen.
Fikse schade
Korporaal Sjoerd is een van de deelnemers uit eigen land. Het is al de 2e keer deze zomer dat hij vanuit uitvalsbasis Reckingen zijn vaardigheden aanscherpt. Na een dag klimmen, vertelt hij in de Tierberglihütte – op 2.795 meter hoogte – waarom. “In juni moest ik na een zware glijpartij voortijdig naar huis”, brandt hij los. “Ik wilde Nepal echter niet aan mijn neus voorbij zien gaan door pech. Een van de criteria ter voorbereiding is 4 weken Alpen. Nou, dan haak ik toch gewoon weer aan?”
Het tekent het doorzettingsvermogen van de bevlogen ML-er. Zijn enkel liep fikse schade op. Toch waren de artsen positief. Niets gebroken, niets gescheurd. Maar wat gebeurde er eigenlijk op die dag in juni, waardoor Sjoerd tijdelijk uitgeschakeld werd?
Keihard vechten
“Samen met 3 collega’s, onder wie een Belg, zouden we een route klimmen. We wilden via de Jungfraujoch (bergpas in het Berner Oberland, red.) naar boven, over een gletsjer skiën en omhoog naar een hut. In verband met het relatief warme weer vertrokken we ’s nachts. We wisten dat de condities op de berg snel konden verslechteren. Na een stuk lopen, bonden we de ski’s onder. Aangekomen bij de Konkordiaplatz zouden we via een zorgvuldig uitgekozen traject naar een hut lopen. De afdalingsroute die we insloegen, zag er uitstekend uit. De sneeuw was goed en alles voelde safe. Mijn Belgische buddy daalde schuin onder mij af. Na een tijdje gaf hij aan dat er plekken waren waar we de ijsbijl harder in het firn (korrelige substantie, ontstaan uit sneeuw en ijs, red.) moesten slaan. Nog steeds was het goed te doen, maar comfortabel was anders. Toch lagen we nog voor op ons schema. Plotseling verdween de sneeuw toen onder mijn voeten. In een nanoseconde gleed ik naar beneden. Het ging allemaal zó snel… Mijn buddy werd meegenomen in de val. We vochten keihard om te remmen.”