Tekst Leo de Rooij
Foto Evert-Jan Daniels
Samen met een maatje meldde hij zich in 1976 voor de keuring van het Korps Mariniers. “Gewoon om te zien hoe fit ik was”. Fit is luitenant-generaal der mariniers Ton van Ede 38 jaar later nog steeds. Vorige maand nam hij afscheid als Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht. “Dat pak trek ik uit, maar ik blijf marinier!”
Zoals zoveel gasten op die leeftijd had Ton van Ede, getooid met lang haar en vale spijkerbroek, halverwege de ‘seventies’ geen idee wat hij ging doen. “Studeren lag in de lijn der verwachting, maar toen dat maatje vertelde van die keuring bij het Korps Mariniers nam mijn sportieve instelling het over. Ik wilde zien hoe fit ik was, hoever ik zou komen. En al zeilde ik destijds veel, het werd toch geen vloot; de mariniers was toch net even stoerder”, lacht hij.
Klik met het korps
Bij het Korps zag hij het licht. “De hang naar kameraadschap, de constante prikkeling om je grenzen te willen verleggen en de voldoening die dat geeft… Ik kreeg de smaak te pakken en halverwege de opleiding kwam de klik. Ik ging niet meer studeren, ik wilde bij het Korps blijven.”
Altijd teamwork
Terugkijkend omschrijft hij die opleidingsjaren als ‘een tijd van volwassen worden in een rustige, beschermde omgeving’. “En dat koester ik nog steeds. Het heeft me mede gemaakt tot wie ik ben: nuchter, direct, eerlijk en enthousiast. Met nog steeds de behoefte aan fysieke inspanning en de voldoening die je daaruit put. Trots mag je zijn als je in je eentje een bergtop hebt beklommen, voor de rest is het altijd teamwork. Stop geen energie in de vrees om dingen te verliezen.”
“Je moet jezelf altijd recht in de ogen kunnen kijken”
Werken uit een tentje
Aan materiële zaken hecht ik zelf sowieso niet; deze villa (landgoed De Zwaluwenberg, de IGK-residentie) is fraai, maar ik werk net zo graag uit een tentje. Eer is het belangrijkste wat je kunt verliezen; je moet jezelf altijd recht in de ogen kunnen kijken.” Het zijn trefwoorden en eigenschappen die volgens generaal Van Ede raken aan de kernwaarden van Defensie.
Zelf erin geloven
Dat ervoer hij aan den lijve tijdens uitzendingen naar onder andere Cambodja (1993) en Ethiopië/Eritrea (2001). “Veiligheid is belangrijker dan een glimmende lease-auto. Het personeel levert en krijgt bij Defensie een hogere waarde. Uit niets iets realiseren is typisch iets wat je meekrijgt uit de operationele omgeving: zelf erin geloven dat iets gaat lukken, dicht bij jezelf blijven en zoeken naar oplossingen. Credits zijn van gisteren, morgen moet je je weer bewijzen! Dat is de insteek bij de operaties en dat kwam me ook goed van pas in de lastige bestuurlijke omgeving.”
Thermometer van Defensie
Na zijn functie als Plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten werd Van Ede anderhalf jaar geleden aangesteld als IGK. “De thermometer van de defensie-organisatie”, omschrijft hij zijn rol. “Hoe onrustig de tijden van bezuiniging en reorganisaties ook zijn, voor een IGK is dit vruchtbare grond: het biedt aangrijpingspunten om zaken te verbeteren.”
Grotere rol van commandanten
Zo pleit IGK Van Ede in zijn jaarverslag over 2013 voor een grotere rol van commandanten in de bedrijfsvoering: “Liever ondernemerschap dan meer regelgeving. Eigenaarschap is echt een ‘issue’: als teveel mensen erover gaan, gebeurt er weinig. Eenhoofdige leiding en eenvoud zijn ook in 2014 nog belangrijke militaire principes. Zoals ik in mijn jaarverslag opteken: ‘Commandanten met meer integrale verantwoordelijkheden en bevoegdheden kunnen een grotere invloed op succes creëren’.”
“Credits zijn van gisteren, morgen moet je je weer bewijzen!”
Zorgen over taakuitvoering
Tijdens zijn talloze werkbezoeken constateerde de IGK onder het defensie-personeel vaak zorgen over de taakuitvoering. “Die vloeien voort uit de betrokkenheid bij de organisatie. We hebben nog steeds geweldig gemotiveerd personeel, met een indrukwekkende flexibiliteit en veerkracht gekoppeld aan vakmanschap. Daar houd ik diep respect voor!”
Flinke klussenlijst
Ton van Ede heeft inmiddels het uniform uitgetrokken en gaat zich niet vervelen. “In de eerste plaats heeft mijn vrouw een tegoedbon. Ik heb altijd veel tijd en energie gestopt in mijn 'hobby' bij Defensie. Thuis wacht een flinke klussenlijst. Verder zie ik voor mezelf een rol weggelegd in het onderwijs en natuurlijk in het veteranenlandschap. Want ook zonder uniform kun je de samenleving dienen…”