03

Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 08-09 | 2021

‘298’ steunt Albanië tijdens inferno

Tekst kapitein Jaap Wolting
Foto sergeant-majoor Hille Hillinga ׀ video: Paris Hidden

‘Het raakt me dat jullie hier zijn’

De inzet van de Nederlandse luchtmacht bleek deze zomer het allerlaatste redmiddel voor de Albanese autoriteiten. Het land stond in brand… Twee Chinooks plus veertig militairen vlogen in allerijl richting de Balkan om de lokale brandweer en het leger te ontzetten.

Check de clip om de missie mee te maken!

In het kort

Drie miljoen liter water stortten de helikopters met 493 drops over de allesverterende vlammen. De missie startte op 7 augustus en zou op de 21e eindigen. Omdat de nood echter hoog was, bleef het detachement tot 30 augustus op de Balkan. Vanuit de uitvalsbasis Tirana Air Base zette het vrijwel continu een toestel in, het andere stond paraat als back-up. De bluswerkzaamheden begonnen in de baai van Vlorë, aan de westkust. Toen het vuur daar gedoofd was, focusten de crews op de steden Kukës, Pukë en Lezhë.

Een aantal hoofdrolspelers tijdens hun inzet:

‘Liefst hadden we op de bergkam gestaan’

Sergeant Noud, Mobile Air Operations Team

“De omstandigheden zijn… Spartaans. Geen hijshefmiddelen, geen stroomaansluiting om de bambi buckets te testen. Gelukkig houden ze het tot nu toe goed. Gaan ze kapot dan moeten we in de brandende zon herstelwerkzaamheden uitvoeren. Dat doet wat met je inzetbaarheid, en we hebben maar vier man grondpersoneel. Fingers crossed dus.
Normaal staan we veel dichter bij het vuur – hoe dichter bij die vlammen, hoe beter – maar door de onbegaanbaarheid van het rotsachtige terrein en het gebrek aan vluchtroutes is dat te gevaarlijk. Het liefst hadden we op de bergkam gestaan, maar dat is het onheil over jezelf afroepen. Uiteindelijk is het natuurlijk super hier te zijn. Trainen is allemaal leuk en aardig maar een operatie als deze is waarvoor je het doet. Als je internationaal je kracht kunt laten zien en tegelijkertijd mensen kunt helpen, is dat geweldig.”

‘Wij hebben maar één Cougar’

Niko Peleshi, minister van Defensie

“Zelf hebben we maar één Cougar, die niet meer dan 2.500 liter water kan vervoeren. Toen ik de Nederlandse militairen sprak, was dat emotioneel. Ik vroeg ze hun best te doen om mijn land te beschermen tegen de vlammen. In de ogen van jullie vliegers zie ik de wilskracht en het enthousiasme om hier volle bak te gaan. Het raakt me dat jullie hier zijn, temeer daar onze buurlanden ook zulke enorme bosbranden hebben. Misschien zijn de problemen daar zelfs nog wel groter, daarom ben ik dubbel zo dankbaar.”

‘Het zicht is soms minimaal’

Kapitein Robin, vlieger

“Iedereen wilde graag bij deze inzet zijn. Dit is precies waarvoor je traint, waarvoor je bij Defensie gaat. Collega’s die niet mee konden of mochten, balen. Nou moet ik eerlijk zeggen dat ik hier best met een onzeker gevoel geland ben. Wat treffen we aan, hoe gaan we het tackelen, en ga ik geen stomme dingen doen die de effectiviteit van de missie beïnvloeden? Na een tijdje word je confident in het gebied. Je weet dan wat de variabelen zijn en waar de kritieke punten liggen. Als je die zekerheid voelt, ga je het maximale eruit persen. Samen met de loadmasters kom je erachter waar je het beste water kunt pakken, hoe je de drops maakt, maar ook hoe langzaam je kunt vliegen zonder dat je het vuur aanwakkert met downwash. Die branden liggen vaak heel erg lastig, op hellingen van 45 graden waar je niet tegenop kunt vliegen en waar het zicht soms minimaal is. We zijn voortdurend aan het rekenen met onze klim- en daalhoeken.”

‘Iedereen is gretig’

Ledjo Hoxha, Albanese observer

“Ik hoor van de brandweer op de grond welke brand prio heeft en coördineer de operatie in nauw overleg met de Chinook-crew. Indien mogelijk geef ik aan hoe ze het beste kunnen droppen, welke richting ze het beste kunnen aanhouden en of ze harder of zachter moeten vliegen tijdens het blussen. De onderlinge communicatie is perfect. Iedereen is gretig en wil het beste resultaat uit elke drop halen.”

‘Ik kan invliegen om bij te springen’

Sergeant Afonso, specialist Vlieguitrustingtechniek

“Vooral de start was hectisch. Waar ga je precies werken, welke spullen heb je tot je beschikking, wat kunnen we hier aanschaffen, moeten er onderdelen worden nagestuurd? We zijn met minimale spullen deze kant opgevlogen. Zelf zit ik op het vliegveld in Tirana, maar de MAOT zit natuurlijk in het voorterrein. Zij kunnen klein onderhoud doen aan de buckets maar moeten er bijvoorbeeld kettingen of grote schakels worden vervangen, kan ik naar het zuiden vliegen om bij te springen. Ik ben paraat vanaf het moment dat de eerste crew take-off gaat totdat de laatste crew weer veilig wheels down is.”

‘Dit is de meest complexe reparatie tot nu toe’

Sergeant Reno, Technische Dienst

“Tijdens de vlucht naar Albanië ging de brandstofregelaar van een van de twee Chinooks stuk. Die hadden we graag snel gerepareerd maar we hadden de onderdelen hier niet. De operationele noodzaak was hoog, dus vloog er zo snel mogelijk een collega deze kant op met een volle plunjebaal. We konden meteen aan de bak en trokken aardig wat bekijks in de ‘Nederlandse’ loods op de vliegbasis in Tirana. Vliegers, loadmasters, techneuten; iedereen bleef even staan bij het tafeltje waarop met beperkte onderdelen en gereedschappen getracht werd alles netjes te assembleren. Dan heb je drie man, veel goede wil en een hoop gemartel nodig om een kunststof ringetje op de juiste plek te krijgen. Ook het bevestigen van het onderdeel op de Chinook zelf was geen appeltje-eitje. Thuis zet je stellingen om de helikopter waardoor je er goed bij kunt, maar die zijn er hier niet. We lopen dus soms aardig te hannesen… maar dat maakt het ook leuk hoor. En ik moet eerlijk zeggen dat dit de meest complexe reparatie tot nu toe is. De kisten houden zich uitstekend.”

Nog meer beelden zien van de blusoperatie? Klik dan door onderstaande fotocarrousel.