Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk

Defensievisie 2035 sluit aan bij ingeslagen weg

x
Leestijd: 7 minuten

“Het begint allemaal bij mensen die ’s ochtends wakker worden met een idee en denken: ‘ik ga daar gewoon eens mee aan de slag en verzamel wat mensen om me heen om het handen en voeten te geven’”, zegt luitenant-generaal Dennis Luyt op de vraag hoe je de krijgsmacht van de toekomst bouwt. Hij ziet de mens als cruciale factor om de onlangs gepresenteerde Defensievisie 2035 waar te maken. Daarover en over de rol die hij ziet voor de luchtmacht, ging hij in gesprek met de Vliegende Hollander.

De Defensievisie 2035 schetst een profiel van wat de krijgsmacht over 15 jaar zou moeten zijn, maar is voor de korte termijn weinig praktisch. “Dat klopt”, reageert de Commandant Luchtstrijdkrachten. “Het is een document waar je uren met elkaar over kunt praten, maar uiteindelijk gaat het om het operationaliseren. Je moet die visie ‘echt’ maken. Daar zullen we als mensen de schouders onder moeten zetten. Niet alleen praten, maar doen. Dus heel duidelijk afspraken maken over hoe we die stappen met elkaar gaan zetten.”

Kijkend naar de 3 speerpunten en bijbehorende 10 inrichtingsprincipes heeft de generaal een aardig beeld waar het binnen de luchtmacht naartoe moet.

Technologisch hoogwaardig

“Dit is voor ons een zeer herkenbaar thema en sluit heel goed aan op waarmee we al bezig zijn. Al decennialang staat technologie centraal in al ons optreden. Het feit dat we de komende 4 à 5 jaar al onze wapensystemen vervangen of upgraden naar een nieuwe standaard, geeft aan hoe belangrijk wij technologie vinden en die willen benutten.

‘Nadenken over en experimenten met hoort bij onze taak’

Daarbij zijn we al 2 jaar bezig met data science en artificial intelligence. We hebben een Data Science Cell opgericht, waarmee we hebben laten zien dat we met slimme software en pientere mensen succesvol ‘big data’ kunnen omzetten in kennis. Daarmee kunnen we slimmere besluiten nemen in al onze ketens. We rollen dat de komende tijd verder uit op de luchtmachtonderdelen. Zo zal in het laatste kwartaal van dit jaar de Flight Maintenance Planning tool worden geïntroduceerd binnen het 131, 298 en 301 Squadron. Met behulp van deze applicatie brengen we de doorlooptijd van een vlucht- en onderhoudsplanningsproces terug van enkele weken tot een paar minuten en zorgen we gelijktijdig voor een aantoonbaar hogere inzetbaarheid. We gaan deze tool na introductie ook beschikbaar maken voor de andere wapensystemen.

Naar verwachting wordt de eerste nanosatelliet, de Brik II, begin volgend jaar gelanceerd. Foto: Defensie

Verder zetten we onze eerste prille stappen richting het ruimtedomein. We moeten onze rol daarin nog ontdekken. Daarover nadenken, maar vooral experimenteren in zo’n nieuw gebied, hoort bij onze taak, vind ik. Ergens begin volgend jaar willen we onze eerste nanosatelliet, de Brik II, lanceren. Ik geloof er niet zo in dat we op korte termijn een heel ruimtecommando gaan oprichten zoals de Verenigde Staten en Frankrijk; maar ontdekken wat we dan wel willen doen in de ruimte, moet zeker de aandacht hebben.”

Wat heeft prioriteit?

Luitenant-generaal Dennis Luyt: “Binnen de gehele krijgsmacht moeten we nog meer aan de slag met informatiegestuurd optreden en informatiedominantie. Dat is geen keuze, maar een randvoorwaarde voor elk toekomstig optreden. Als we dat niet doen, verliezen we.”

Informatiedominatie stelt je in staat conflicten meer naar je hand te zetten, volgens Luyt. Foto: sergeant Jasper Verolme

Informatiegestuurd optreden

“Die technologische ontwikkelingen maken het steeds beter mogelijk om informatiegestuurd te kunnen optreden. We noemen het ook wel ‘information warfare’. De manier waarop we informatie benutten, staat steeds meer centraal in hoe wij oorlog voeren. Informatiedominatie stelt je in staat conflicten meer naar je hand te zetten. Je creëert namelijk ook een zeker voorspellend vermogen in al je processen. Daardoor ben je beter in staat om je middelen en mensen op de juiste manier, tijd en plaats in te zetten. Daarop kun je dan bijvoorbeeld ook je onderhoudsplanning afstemmen. De manier waarop je informatie benut, kun je heel ver doorvoeren in je bedrijfsprocessen en op de werkvloer. Uiteindelijk versterkt dat je operatie. Het gaat erom je tegenstander net een stap voor te zijn.

‘Oppassen dat we niet allemaal hetzelfde wiel uitvinden’

We gaan nu kijken hoe we qua informatiegestuurd optreden samen met de andere krijgsmachtdelen verdere stappen kunnen maken. Ook bij de landmacht, marine en Marechaussee ontstaan nu namelijk soortgelijke initiatieven. We moeten oppassen dat we niet allemaal hetzelfde wiel gaan uitvinden. De connectie opzoeken, is heel belangrijk. Want onze wapensystemen kunnen op zichzelf misschien wel heel goed zijn, wanneer ze onderling niet met elkaar kunnen ‘praten’ en geen informatie kunnen delen dan is dit het allemaal net niet. Technologieën, protocollen en standaarden moeten dus veel meer op elkaar aansluiten. Binnen het luchtdomein zijn we daarin al behoorlijk ver. Onze wapensystemen kunnen met behulp van een paar netwerken heel goed informatie met elkaar delen, dat geldt voor de hele coalitie. Daarin zijn we best wel leading. Maar de verbindingen met de eenheden van het landdomein en op en onder het water moeten er ook zijn. Daar hebben we nog een weg te gaan.”

Wat kunnen we met de Defensievisie 2035?

Luitenant-generaal Dennis Luyt: “Deze visie kijkt naar de dreigingsomgeving en ontwikkelingen daarin voor de komende jaren. Op basis daarvan zijn lange termijn ontwikkellijnen genoemd voor de hele krijgsmacht. Wetende dat het doorvoeren ervan een aantal jaar vergt. De luchtmachter op de werkvloer merkt daar nu dus niet direct iets van. Dit document biedt vooral houvast en aanknopingspunten in het vraagstuk welke krijgsmacht we willen zijn in de toekomst. En hoe we een relevante samenwerkingspartner blijven in welke coalitie dan ook.”

‘Alle landen worstelen hiermee’

Betrouwbare partner

“In alle gesprekken die ik heb met de andere Air Chiefs van de NAVO-landen is sámen informatiegestuurd kunnen optreden op een technologisch hoogwaardige manier een centraal thema. Je ziet dat alle landen, groot en klein, ermee worstelen om dit goed te doen. Dat komt ook omdat we werken met verschillende technologieën en bijbehorende protocollen. Die praten niet allemaal even goed met elkaar. Dat heeft deels ook weer te maken met industriële belangen vanuit al die landen. Het gaat erom hoe je dat doorbreekt en zorgt dat je toch die verbindingen gaat maken. Dat geldt ook voor de samenwerking met nationale partijen zoals politie en douane. Die verbinding tussen alle partners is cruciaal voor de man of vrouw die met die informatie moet werken en op basis daarvan snel beslissingen moet kunnen nemen: over de inzet van slagkracht en over leven en dood. We delen met elkaar de verantwoordelijkheid om dat zo goed mogelijk in te regelen. Daarmee stel je je mensen in staat om hun werk goed te doen.”

Luyt: “Technologie en goed zorgen voor je mensen gaan hand in hand als het gaat om het bouwen van een goede krijgsmacht." Foto: Koninklijke Luchtmacht

Mensen spelen cruciale rol

“We hebben het heel veel over technologie en dat is inderdaad een belangrijk thema, maar wat ik wil benadrukken is dat uiteindelijk onze luchtmachters centraal blijven staan. Die zullen namelijk altijd in de loop zitten met alles wat we doen. De Defensievisie benoemt ook wel het belang van het goed benutten van ons personeel. Ik denk dan aan het ondernemerschap, de pioniersgeest, het creatief en leidend vermogen als het even moeilijk wordt en anderen vertwijfeld om zich heen kijken. We moeten onze mensen niet alleen omgeven met de beste technologie en informatie en al die dingen die maken dat die mensen nog beter en nog effectiever hun werk kunnen uitvoeren, maar ook oog hebben voor hen als persoon. Op dat gebied moeten we meer maatwerk leveren.

‘Als we dat niet doen, gaat het fout’

Daarom zijn we bezig met een heel nieuw personeelssysteem, zodat we vormen van arbeid kunnen aanbieden die passen bij ieders levensfase. Het gaat dan om verschillende contractvormen en loopbaanmanagement, het bieden van groeiperspectief. Als we dat niet doen, dan kunnen we onze mond vol hebben van ‘kijk eens hoe belangrijk onze mensen zijn’, maar dan gaat het daarop fout. Dus technologie en goed zorgen voor je mensen, gaan hand in hand als het gaat om het bouwen van een goede krijgsmacht. Want uiteindelijk begint het allemaal bij mensen die ’s ochtends wakker worden met een idee en denken: ‘ik ga daar gewoon eens mee aan de slag en verzamel wat mensen om me heen om het handen en voeten te geven’. Dat is heel belangrijk om te beseffen, en het is aan leiders op alle niveaus in de luchtmacht om daar vooral ook ruimte aan te geven.”

Wat als we het gewenste (extra) budget niet krijgen?

Luitenant-generaal Dennis Luyt: “Die vernieuwing moet toch komen, anders verliezen we snel onze relevantie naar de toekomst. Dan doen we niet meer mee in het A-team en dat kunnen we ons niet veroorloven, volgens mij. En dus – hoe pijnlijk ook – zullen we dan hardere keuzes moeten maken, waardoor we bepaalde dingen niet meer kunnen doen. De zogenoemde 10 inrichtingsprincipes blijven leidend. In de financiële paragraaf van de Defensievisie staat waar we het gewenste extra geld voor nodig hebben en wat we dus feitelijk op het spel zetten als we niet kiezen voor groei van het defensiebudget. Uiteindelijk is het een politieke keuze die de komende jaren gemaakt moet worden.”

Luyt: “We gaan nu kijken hoe we qua informatiegestuurd optreden samen met de andere krijgsmachtdelen verdere stappen kunnen maken.” Foto: sergeant Jasper Verolme