Tekst kapitein Jaap Wolting
Foto sergeant 1 Joyce Rutjes
Bewaking 24/7 in touw
Militairen van de Object Grondverdediging (OGRV) bewaken tijdens de NSS het voormalig Marinevliegkamp Valkenburg. Moge duidelijk zijn waarom. De NASAMS luchtafweerraketten en wapensystemen van de Apaches en de stonden op scherp. De gevechtshelikopters vlogen daarmee volgens commodore Theo ten Haaf voor de tweede keer ooit bewapend boven Nederland. De OGRV hield kwaadwillenden op afstand.
‘We kwamen als eerste op Valkenburg en vertrekken als laatste’, vertelt eerste luitenant Wout Molenschot in zijn commandovoertuig. ‘In samenwerking met beveiligers van Securitas zijn we tot een sluitend plan gekomen. Het is natuurlijk nogal wat, hè. Op dit kamp staan naast commerciële bedrijfjes gevechtshelikopters, transporthelikopters en kisten van de politie. En er komen nog steeds mensen bij de poort die denken dat ze naar de musical Soldaat van Oranje kunnen.’
Levend document
Molenschot is commandant van een van de twee OGRV-vluchten op het voormalige marinevliegkamp. Samen met zijn collega’s zorgt hij voor rust op het kamp. ‘Voor ons is dit business as usual. We doen dit ook in Afghanistan, over enkele weken in Mali en nu dus in Katwijk. Als het plan klaar ligt, is het simpel. Commandovoertuig op de plek rijden, mast uit, verbindingen checken en klaar.’
Maar maanden van tevoren zijn ze al bezig met de voorbereidingen. ‘Je verkent, verzamelt informatie en begint met je plan. Dat is een levend document waaraan steeds iets wordt toegevoegd. Waar komen de Apaches te staan? Wat is de plek van de mobiele verkeerstoren? En die civiele beveiligers, wat is hun rol precies?’
Detectiesensoren
Op Valkenburg maakt de OGRV gebruik van landmachtreservisten. Op verschillende locaties houden zij een oogje in het zeil. ‘Vijftig man heeft de NATRES hier’, vertelt Molenschot. ‘Die militairen hebben trouwens geen wapens. Zien ze iets verdachts, moeten ze ons meteen inschakelen. Hun rol is puur signalerend.’ Daarnaast staat er op een Valkenburg een innovatief systeem dat met detectiesensoren op de grond werkt. ‘Dat kan ’s Nacht helpen’, meent de vluchtcommandant. ‘Je merkt dat het systeem van alles oppikt, al blijven menselijke ogen essentieel. Want het systeem detecteert alles. Ook een hert dat toevallig langs loopt. Voor ons wordt het pas interessant als er echt iemand over het hek springt.’
Rond de klok
Langs dat hek lopen hondengeleiders met hun honden. Het is slechts een greep uit het bewakingsarsenaal van de OGRV. Statische wachtposten, patrouilles, toegangscontroles bij de poort, initiële reactieteams; samen vormt het een sluitend geheel. Molenschot: ‘En doordat we hier met twee vluchten zitten, zijn we de klok rond actief. Een vlucht bij daglicht, eentje ’s nachts. Wij hebben hier alles onder controle.’