Tekst KAP Jaap Wolting
Foto Mediacentrum Defensie
NLD beëindigt deelname missie Zuid-Soedan
Nederland beëindigt per 1 september de bijdrage aan VN-missie UNMISS in Zuid-Soedan. Dit gebeurt met name omdat de effectiviteit van de missie te wensen overlaat. De bewegingsvrijheid wordt sterk beperkt door de autoriteiten en de oppositie. Dit beïnvloedt ook de veiligheid van het personeel, omdat medische ondersteuning buiten Juba niet is gegarandeerd. Tot het einde van de missie begeven de 6 Nederlandse stafofficieren zich niet buiten Juba.
Desondanks hebben Nederlandse militairen en politiemensen sinds de deelname vanaf 2011 een waardevolle bijdrage geleverd op het gebied van inlichtingen, civiel-militaire samenwerking, juridische zaken en logistiek. Zo speelden Nederlandse stafofficieren een cruciale rol bij het ontwikkelen en opzetten van een nieuwe inlichtingenketen. Dit is de missie aanwijsbaar ten goede gekomen.
De Nederlandse UNMISS-bijdrage was altijd gericht op ondersteuning van andere Nederlandse inspanningen in Zuid-Soedan. Die richtten zich op vredesopbouw, veiligheid en ontwikkeling.
KL bundelt krachten Command & Control
Strevend naar een dominante positie in het informatiedomein, richtte de landmacht op 15 februari het Command & Control-Ondersteuningscommando (C2OstCo) op de Generaal-majoor Kootkazerne in Stroe. Kennis, opleidingen en operationele capaciteiten op het vlak van informatie en communicatie zijn straks ondergebracht onder 1 dak.
C2 staat voor Command & Control en betreft het aansturen van een militaire operatie. Het C2OstCo ondersteunt dit met operationele informatietechnologie zoals satellietcommunicatie. Bij inzet en oefeningen ondersteunt het commando alle krijgsmachtdelen.
101 Communicatie en Informatiesystemen (CIS-)Bataljon, de School Verbindingsdienst en het Kenniscentrum vormen samen de basis voor de nieuwe eenheid, die Legerplaats Stroe als thuisbasis krijgt.
Pools eremetaal voor BIDKL
Vele jaren spanden kapitein Jonker en sergeant-majoor Schiltmans van de Bergings- en Identificatiedienst Koninklijke Landmacht (BIDKL) zich in om in WOII omgekomen Poolse militairen te identificeren. Op 13 februari werden ze onderscheiden met de Medal Wojska Polskiego, een medaille van het Poolse leger.
De Poolse ambassadeur in Nederland, Marcin Czepelak, reikte het eremetaal namens de Poolse minister van Defensie uit. Op de Du Moulinkazerne in Soesterberg kreeg Jonker een gouden exemplaar en Schiltmans een bronzen.
Een van de identificaties was die van Poolse bemanningsleden van een Lancaster die op 13 juni 1944 in het IJsselmeer neerstortte. De berging van het vliegtuig gebeurde tussen 2 april en 3 juni 2003. Nadat het BIDKL-team de stoffelijke resten had geïdentificeerd, werden ze op 25 oktober van dat jaar met militaire eer bijgezet op de Poolse militaire begraafplaats in Breda.
De BIDKL identificeert en herbegraaft oorlogsslachtoffers. De dienst geeft de omgekomen militairen een waardige behandeling, ongeacht of het nu om Nederlandse, geallieerde of Duitse oorlogsslachtoffers gaat. Daarmee oogst het BIDKL zowel nationaal als internationaal veel waardering.
Adaptieve genisten leiden CDS rond
De genie staat voor uitdagingen omdat de capaciteit schaars is. Aanpassingsvermogen is dus essentieel. Genisten pakken dit op met de voor hun kenmerkende vindingrijkheid. CDS luitenant-admiraal Rob Bauer bekeek dit eind februari met eigen ogen in Vught.
De adaptieve krijgsmacht krijgt bij de constructie-eenheid vorm onder de noemer ‘total force genie’. Hierbij worden samenwerkingsmogelijkheden met constructiebedrijven verkend. Het doel is om schouder-aan-schouder met civiele partners te blijven beschikken over capaciteit. Die samenwerking begon in Nederland en bereikte inmiddels zelfs een internationale oefening.
De genisten ontwikkelen meer methoden om hun rangen te vullen, zoals:
- opkomstonafhankelijk aanstellen: geen wachttijden, wie belangstelling heeft en geschikt is als militair wordt zo snel mogelijk binnengehaald;
- BBL-pilot (beroepsbegeleidende leerweg) gericht op vroegtijdige schoolverlaters (start in april). Zij krijgen direct een baan en salaris en worden na 1 jaar opleiding bij de eenheid geplaatst;
- een nieuw behoudtraject voor genie-onderofficieren: modulair, flexibel, maximaal gebruik makend van eerder verworven competenties.