Elke specialist heeft zijn eigen uitrusting. Weet jij wat je collega draagt in het veld? Welke ‘gereedschappen’ zijn onmisbaar? Maandelijks vertelt een landmachter over zijn vak, drijfveren en de materialen die hij tijdens het werk nodig heeft. Aflevering 16: de munitietechnicus van het Kenniscentrum Wapens en Munitie (KCW&M) van de Defensie Materieel Organisatie.
De civiele en militaire medewerkers bij het KCW&M zijn dé experts op het gebied van wapens, munitie en explosieven. Hun kennis strekt zich dan ook uit over een breed gebied, van handgranaten tot Hellfire-raketten. Ze beproeven en inspecteren wapens en een groot palet aan munitieartikelen, variërend van verpakkingsmateriaal tot affuiten en wapenrekken. Ook fungeert het KCW&M als vraagbaak voor de krijgsmachtdelen.
Hieronder vind je de 7 belangrijkste hulpmiddelen van de munitietechnicus.
Elektrisch ontstekingsmechanisme
De elektrische ontsteker initieert na het aanslingeren de explosie met de welbekende druk op de knop. Met de weerstandsmeter test je vooraf of er geen breuk in de afvuurkabel of haspel zit. Ook meet een munitiewerker elektrische ontstekers door.
Elektrisch slagpijpje
Hier begint de explosieketen. En daarom is het slagpijpje ook het laatste wat de munitiewerker aansluit.
Munitie administratie
Na een inspectie voorziet de munitiewerker het artikel van een zegel met zijn eigen unieke nummer. Grijs wil zeggen ‘goedgekeurd’. Geel staat voor ‘bekeken, maar incompleet, kan hersteld worden’. Rood is ‘afgekeurd’. Het werkgereedschap is gemaakt van het vonkvrije metaal beryllium.
Persoonlijke veiligheidsmiddelen
Een klein vonkje kan grote gevolgen hebben wanneer je met springstoffen en munitie werkt. Vandaar de anti-statische veiligheidsschoenen en het geaarde polsbandje dat voorkomt dat statische elektriciteit kan opbouwen. En omdat veel springstoffen gevaarlijke chemische goedjes zijn, zijn ook de werkbril en de plastic handschoenen vaste prik.
Vernietigingslading
‘Kneed’ is de Barbapapa onder de springstof. Kortom: veelzijdig. In de vorm van een kaboutermutsje krijg je bijvoorbeeld een heel compacte en gerichte explosie. Dit is het ‘holle lading principe’. Het gele ‘schilfertrotyl’ is niet meer dan schilfertjes springstof. Vul hiermee een kistje met kleine munitieartikelen af en je bent verzekerd van een goede detonatie, zonder wegslingerende patronen. De 9 kilo zware landmijn is 1 brok gestolde springstof. Deze dient als druklading voor een grote, allesverzengende explosie.
Snijlading
Het zogeheten blade creëert een gerichte explosie over een smal, lang oppervlak. Ideaal om munitie- of munitiecomponenten mee door te snijden.
Zwart buskruit
De klassieker voor ‘heel veel boem’. Het kruit kent verschillende vormen, die bepalend zijn voor de brandsnelheid en de bijkomende gasdruk. Het Kenniscentrum Wapens en Munitie maakt ook dankbaar gebruik van een eigen vinding: de pyrotechnische ontsteker. Vervang de pin in een handgranaat door de combinatie koker-pin-buskruit-ontsteker en je kunt vanaf veilige afstand instabiele handgranaten of mortierontstekers laten springen.
‘Dit werk doe je nooit op routine’
Sergeant-1 Maurice Oud
Bureau Munitie
Munitietechnicus
“Munitie en springstoffen, dat zijn mijn expertisegebieden. En het kan allemaal wel peppie zijn, maar het moet vooral veilig zijn. Een bedrijfsongeval in een timmerwerkplaats valt nog te overzien. Als er in ons militaire vak iets gebeurt, dan zijn de gevolgen bijna per definitie groot. Daarvoor hebben we onze procedures, skills en drills. Maar voordat de militair met een wapen of een bepaald type munitie werkt, beproeven wij het op alles wat in een levenscyclus kan gebeuren.
We steken het in brand, laten het van grote hoogte vallen, schieten erop, dompelen het in zout water. Het ‘stressen’ van de munitie, noemen we dat. Allemaal om te zien wat er onder de meest extreme omstandigheden kan gebeuren. En of het ook doet wat het moet doen.
In dit werkveld moet je wel over een zekere mate van koelbloedigheid beschikken. Focus. Dit werk doe je nooit op routine. Geen dag is hetzelfde. Ik ben me altijd bewust van de gevaarsetting. Toch doe ik mijn werk niet met klotsende oksels. Ik heb steeds technisch overzicht. Ik weet wat ik doe. Zelfs wanneer we munitie en munitieartikelen behandelen op manieren die geen weldenkend mens zich in het hoofd zou halen.
De klant – de krijgsmachtdelen – legt een vraag bij ons neer. Wij bedenken binnen ons team hoe we daar het beste een antwoord op kunnen formuleren. Wat gebeurt er als je een salvo lost op een kist met handgranaten? Wat doet een munitiekistje of een nieuw type stoel wanneer een voertuig wordt getroffen door een bermbom? Op onze triltafel kijken we of een nieuw model affuit niet uit elkaar rammelt. Voor het RIVM testen we de kracht en uitwerking van illegaal vuurwerk.
Veel komt aan op je eigen creativiteit en inzicht. Ik ondersteun de proeven in de breedste zin van het woord. Dat gaat van het opzetten van de proef tot het vernietigen van de overgebleven munitieartikelen. Met aluminium schermen brengen we de scherfwerking in kaart. In combinatie met dataloggers, high-speed camera’s en drukmetingen verzamelen we zo een batterij aan gegevens. Zodat we zeker weten dat we onze collega’s er straks veilig mee op pad kunnen sturen.”