07

Dit artikel hoort bij: Landmacht 03

Geruimd staat netjes

Tekst SGT-1 Pieter van Geldere
Foto Twan Kusters (EOD) en KPL-1 Zadrach Salampessy

Reconstructie van een EOD-ruiming

Begin maart was het weer raak: 2 oude vliegtuigbommen staan werkzaamheden vlakbij Schiphol in de weg. De zoveelste klus voor de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD). Hoe gaat een ruiming van grote bommen eigenlijk in z’n werk? De Landmacht maakte in het holst van de nacht een reconstructie. 

De Britse 500-ponder en Amerikaanse 1.000-ponder komen aan het licht tijdens bodemonderzoek dat bouwbedrijf KWS uitvoert. Zo’n vooronderzoek is verplicht als er veel wordt gegraven. Door het gebruik van oude luchtfoto’s wordt een zogeheten bodemkaart gemaakt waarop staat wat er mogelijk in de grond ligt. Een scan maakt vervolgens de exacte locaties duidelijk. Een gespecialiseerde tak van KWS graaft de mogelijke explosieven op met beschermende middelen. Als laatste wordt voorzichtig het gedeelte rond de ontsteker vrijgemaakt. Ruimen is alleen voorbehouden aan de EOD.
EOD
Rond de bom komt een constructie van houten platen waarop zakken met zand staan. Mocht één van de bommen onverhoopt afgaan, dan is de uitwerking kleiner. Met een lift krijgt het personeel het benodigde materieel in de 6 meter diepe put. Op de achtergrond ligt de drukke A4. Deze wordt tijdens de ruiming afgesloten.
EOD
Beneden in de put staat het materiaal van de EOD klaar. De lampen en camera’s zijn geplaatst. Net als de afzuiging (oranje slurf) voor het gebruik tijdens de demontage.
EOD
Tijdens de ruiming komen alle betrokken partijen samen in een crisiscentrum op de Koningin Maximakazerne vlakbij Schiphol. De commandant van het EOD-team houdt gemeente, politie, brandweer en de luchthaven op de hoogte van de vorderingen.
EOD
De 500-ponder wordt onklaar gemaakt met een watersnijder (links van de bom). De EOD kiest hiervoor omdat de ontsteker van de bom deels is afgebroken. Hierdoor kunnen zij het standaard gereedschap niet gebruiken. Dit apparaat spuit water met een zandtoevoeging met een druk van 700 bar. Daarmee snijdt het door metaal en kan een ontsteker alsnog loskomen.
EOD
EOD’er sergeant Stefan bij de onklaar gemaakte 1.000-ponder. Deze ontsteker wordt wel volgens de gebruikelijke methode verwijderd. Een ‘raketklemplaat’ wordt aan de ontsteker vastgemaakt waarna met een korte, felle draai de ontsteker loskomt en met behulp van een elastiek uit de bom wordt getrokken.
EOD
De EOD voert de bommen na de actie af. Welke ‘springplek’ de ruimers kiezen, hangt af van de locatie. In dit geval, pal naast de A4, is het geen optie om de bommen tot ontploffing te brengen. De EOD krijgt zo'n 5 meldingen per dag over gevonden explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. In 2014 rukten de explosievenruimers 2.700 keer uit.

Explosieven

De inhoud van de bom bestaat voor het grootste deel uit TNT of zogenoemde amatol. In het geval van een 1000-ponder ruim 300 kilo. Het doel van deze bom is schade aanbrengen door de blast en scherfwerking.

Wapeningsdraad

Door het gewicht van de bom bij het afwerpen, wordt de draad losgetrokken, waarna de ontsteker zijn werk kan doen.

Wapeningsas

De slagpin wordt van het slagpijpje gescheiden door middel van een zogenaamde slagpinveer. Bij het neerkomen van de bom op een veld zal de slagpin, tegen de veerdruk in en met behulp van de massatraagheid, in het slagpijpje dringen en de bom detoneren.

Staartontsteker

Als de draad is losgetrokken, begint de propeller door luchtstroom te draaien. Door deze beweging wordt de wapeningsas uit de ontsteker gedraaid en komt de slagpin vrij.

Neusontsteker

De keuze om deze wel of niet te plaatsen, heeft te maken met het doel. Moest de bom direct na contact met het maaiveld exploderen dan werd een neusontsteker geplaatst. Moest deze meer binnendringen, werd voor een staartontsteker gekozen.

Stabilisatie-inrichting

Deze zorgt ervoor dat de bom stabiel met de neus naar beneden valt. Ook wel de staart genoemd, deze breekt vaak af na contact met het maaiveld. De staart wordt soms los teruggevonden.