Na een melding die niet acuut is, volgt er in eerste instantie een informatief gesprek. Hierin vertelt een aangever globaal wat er is gebeurd. De zedenrechercheur kijkt of er sprake is van een strafbaar feit. Daarna wordt uitgelegd wat de (on)mogelijkheden en de procedures zijn. “Wij geven nooit adviezen over vervolgstappen. Mensen moeten doen waar ze zich zelf goed bij voelen. Soms kiezen mensen ervoor om geen aangifte te doen om een gebeurtenis snel achter zich te laten. Of ze kiezen voor bemiddeling, die wij uitbesteden aan een externe organisatie.”
Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 06