05

Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 06

Einde aan missie in Afghanistan (2/2)

4 KMar-collega’s vertellen over hun missie

De Koninklijke Marechaussee heeft bijna 20 jaar een bijdrage geleverd aan verschillende missies in Afghanistan. Na de start in de provincie Baghlan volgden onder andere inzetten in Uruzgan en Kunduz en Mazar-e-Sharif, waar de redeployment momenteel in volle gang is. KMarMagazine sprak met kolonel Jennifer, adjudant Peter, kolonel Sander en wachtmeester Nino die in verschillende periodes op verschillende locaties hun missies hebben gedraaid.

Kolonel Jennifer, International Security Assistance Force en Operation Enduring Freedom (2005-2006)

“Ik ben namens de Marechaussee 2 keer op missie geweest in Afghanistan. Ik maakte deel uit van de Provinciaal Reconstructie Teams (PRT’s) 4 en 6, die in 2005 en 2006 werkten vanuit kamp Chatam in Pol-e-Chomri in de provincie Baghlan. De KMar verzorgde in die tijd opleidingen en trainingen aan de Afghaanse politie en het leger, de marine was het leidende krijgsmachtdeel, de mariniers verzorgden de Force Protection en er waren paarse missieteams die opbouwwerkzaamheden verrichten. Een periode, waarvan je nu kunt zeggen dat die redelijk rustig is verlopen, zonder grote incidenten.

Tijdens mijn eerste missie vervulde ik 2 verschillende taken, zowel groen als blauw. Als eerste was ik liaison officer en onderhield ik contacten met de eigen missieteams, internationale partners, zoals de Rode Halvemaan en de Verenigde Naties in aanloop naar de verkiezingen. De laatste weken van mijn uitzending was ik brigadecommandant KMar in Afghanistan en verantwoordelijk voor de militaire politiezorg voor de Nederlandse militairen in het land. Mijn tweede missie duurde 6 weken en stond in het teken van de overdracht van onze taken aan de Hongaren, die ons opvolgden.

‘Ik heb zaken geleerd waar ik nu ook nog profijt van heb’

De onderlinge sfeer was gedurende mijn missie erg goed. Daarnaast was het feit dat ik als vrouw in Afghanistan werkte, voor zowel mij als de Afghanen geen issue. Ik heb op dat vlak geen bijzonderheden meegemaakt. Ik kon zonder problemen met collega’s met de auto naar de plaatselijke markt om inkopen te doen. Als het mogelijk was probeerde ik dan ook met behulp van een tolk contact te leggen met lokale vrouwen en eventueel informatie in te winnen. Ondanks dat ik ook een vrouw ben, was dat nog steeds niet altijd makkelijk, maar wel leuk om te doen.

Het contact met de mensen, zowel de Afghanen als defensiecollega’s, is mij echt bijgebleven. Nog steeds spreek ik af met een aantal vrouwen met wie ik daar was. Ook heb ik als jonge leidinggevende veel geleerd, zaken waar ik nu ook nog profijt van heb. Wat het gevoel is dat bij mij overheerst? Ik ging niet op missie met het idee dat ik de wereld kon veranderen. Ik focus op de dingen die ik heb bereikt en wat ik heb kunnen betekenen. Later ben ik als adjudant van de CDS nog een aantal keer in Afghanistan geweest en heb ik de ontwikkeling kunnen zien die het land heeft doorgemaakt.”

Adjudant Peter, International Security Assistance Force (2008 en 2009)

"Ik maakte 2 keer deel uit van de Task Force Uruzgan (TFU). Doel van deze missie was een bijdrage te leveren aan de opbouw, stabiliteit en veiligheid in de provincie Uruzgan en het Afghaanse leger en de politie te versterken. Tijdens rotatie 6 en 9 was ik plaatsvervangend commandant van het artikel 4-detachement van de KMar, dat verantwoordelijk was voor de Militaire Politiezorg. Beide keren werkte ik op Kamp Holland in Tarin Kowt, de hoofdstad van de provincie. Er waren ook MPZ-collega's in Kandahar, Deh Rawod en Kabul geplaatst, waar ik zo nu en dan op werkbezoek ging.

Ik ben in mijn loopbaan vaak op missie geweest en heb veel meegemaakt en gezien. Maar de 2 missies in Afghanistan waren het heftigst. Beide keren is ons kamp meer dan 30 keer aangevallen met raketten. De situatie was onveilig. Wat mij het meeste is bijgebleven zijn de zwaargewonde en overleden collega's. Tijdens mijn eerste missie kwamen Mark Schouwink en Dennis van Uhm om door een bermbom. Een jaar later overleed Azdin Chadli door een raketaanval op ons kamp, op amper 30 meter van waar ik stond. Bij deze incidenten raakten collega's zwaargewond.

‘Vaak op missie geweest, maar deze waren het heftigst’

We deden na incidenten onderzoek en stelden een dossier samen, een samenvatting van de gebeurtenissen. Door de zaak zo netjes mogelijk af te handelen probeer je de blijvend invalide geraakte collega's te ondersteunen in het vervolgtraject. Van de overleden collega's verzamelden we hun eigendommen en zorgden we dat die bij de nabestaanden kwamen. Het is erg fijn als je later hoort dat de families dat waardeerden. Eenmaal terug in Nederland deelde ik mijn ervaringen met collega's die nog op missie gingen om ze zo voor te bereiden op de situatie in het gebied.

Het doet me wel iets dat we ons nu terugtrekken. Er zijn in Uruzgan scholen geopend, waterputten geslagen en Afghanen opgeleid. Jonge jongens hebben het hoogste offer gebracht om te strijden voor de veiligheid van mensen die ze niet kenden… Is dat straks allemaal voor niets geweest? Bij mij is vorig jaar PTSS vastgesteld en daarvoor volg ik nu therapie. In eerste instantie schaamde ik mij en wilde er niet aan toegeven. Op oudejaarsavond ging ik niet meer naar buiten. Ik sliep slecht en kreeg een kort lontje. Nu adviseer ik iedereen hulp te zoeken als ze iets heftigs hebben meegemaakt."

Kolonel Sander, International Security Assistance Force (2011)

“Als liaison officer EUPOL ben ik van juli tot en met november 2011 toegevoegd geweest aan de Staf van de Police Training Group-1 (PTG-1) voor de politietrainingsmissie in de provincie Kunduz. Wij waren samen met de landmacht de eerste club in het gebied. Een unieke samenstelling. Ons doel was met de Duitsers de opleiding en training van de Afghaanse Uniformed Police op te starten en de justitiële keten te versterken. We maakten hiervoor gebruik van zogenoemde Police Operational Mentoring and Liaison Teams (POMLT’s), KMar-instructeurs met landmachters voor de beveiliging.

Omdat de samenwerking met EUPOL en de NAVO nog niet op stoom was gekomen, heb ik geholpen met het vormgeven van het blauwe gedeelte van onze missie, waaronder het bezoeken van trainingslocaties en het leggen van contacten en kennis maken met de lokale politieposten in het gebied. We kwamen ook in contact met een Amerikaans Gender Advising Team dat Afghaanse politievrouwen wilde opleiden maar niet beschikte over voldoende politionele ervaring. Wij beschikten wel over gekwalificeerde instructeurs en ik ben daar vervolgens mee aan de slag gegaan.

‘Mooi om te zien hoe dankbaar de vrouwen waren’

Als ik terug denk aan mijn periode zijn er 2 zaken die mij bijblijven. Ten eerste het politieke gedoe rondom de missie. Het duurde een tijd voordat we eindelijk de poort uit mochten om ons werk te doen. Als tweede de diploma-uitreiking aan 11 Afghaanse politieagentes. Ze volgden ons cursusprogramma en kregen onder andere lessen fouilleren, boeien en het bemannen van posten, schietlessen, EHBO, Afghaans recht en mensenrechten. De opleiding werd ook erkend door de Afghanen zelf. Het was erg mooi om te zien hoe dankbaar de vrouwen richting ons waren.

De situatie in het gebied was destijds onveilig, er werden aanslagen gepleegd. Ik heb mij niet onveilig gevoeld. Ik genoot van de momenten dat ik buiten de poort was om contacten te leggen en te onderhouden. Het opleiden van de Afghaanse vrouwen was maar een klein onderdeel van de missie. Het is naïef te denken dat je daarmee een conflict kunt oplossen, dat al decennia speelt. Onze resultaten zijn moeilijk meetbaar. Toch denk ik dat alles wat wij toen deden en daarna nog hebben gedaan uiteindelijk ervoor heeft gezorgd dat de Afghaanse politie sterker in zijn rol is gekomen.”

Wachtmeester Nino, Resolute Support (2021)

“Momenteel vorm ik samen met een collega namens de Marechaussee het artikel 4-detachement op Camp Marmal in Mazar-e-Sharif. Wij zijn hier als laatste KMar-collega’s verantwoordelijk voor de militaire politiezorg in heel Afghanistan. Behalve wij zijn er hier ook nog collega’s van de landmacht en luchtmacht, die druk bezig zijn met de redeployment en het afbreken van het Nederlandse kamp Dutch Mountain. Ik heb mezelf vrijwillig opgegeven voor deze missie. Ik denk dat een uitzending je een betere marechaussee kan maken, omdat je met andere krijgsmachtdelen en culturen werkt.

Dit is de eerste missie die ik draai en ik vind het erg bijzonder en uniek dat ik deel uitmaak van de laatste Nederlandse rotatie in Afghanistan. Ik trek hier namens de Marechaussee straks de deur dicht en sluit een tijdperk af. De redeployment is momenteel in volle gang. De bekende Lions Rock Bar, de eetzaal en de zonneweide, waar veel collega’s door de jaren heen zijn geweest, zijn al afgebroken. Het begint hier al aardig leeg te worden en het dagelijkse leven is nu echt back to basic. Als het werk het toelaat steek ik ook mijn handen uit de mouwen en help ik mee met de redeployment-eenheden.

‘Ik trek de deur dicht en sluit een tijdperk af’

Dat Nederland en de overige coalitiepartners uit Afghanistan vertrekken geeft mij een dubbel gevoel. Ik denk dat we, ondanks dat de Taliban en de Afghan National Army nog dagelijks met elkaar vechten, iets moois hebben opgebouwd op het gebied van het opleiden van de Afghanen. De alert state is momenteel significant, omdat de Taliban heeft gedreigd ons aan te vallen. Gelukkig is er nog niets gebeurd. De sfeer op het kamp was tot de redeployment ontspannen, nu is iedereen druk bezig met zijn taken hiervoor.

Er zijn een aantal zaken die mij zeker zullen bijblijven. Als eerste het Afghaanse klimaat. Toen wij hier in maart aankwamen lag er sneeuw. Nu is het vaak warmer dan 40 graden. Daarnaast ook de flexibiliteit van ons contingent. De data waarop we hier heen zouden gaan en weer vertrekken zijn meermaals gewijzigd. Daar hebben we ons telkens probleemloos op aangepast. En als laatste de collega’s en de samenwerking: je leert elkaar steeds beter kennen en de samenwerking met de (internationale) collega’s verloopt steeds vlotter, waardoor we mooie resultaten hebben behaald.”

Tekst: Robert den Hartog | Foto’s: archief van geïnterviewden