06

Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 07

Geen grenzen aan samenwerking

ECID en BDoc, onmisbare schakels bij identiteitsfraude

Het is even wachten bij de slagboom voor het aanmeldcentrum in Ter Apel. Er is net een koppel aangekomen met koffers en een stapel papieren. Een plekje krijgen in het veilige Nederland is hun doel, maar voor dat zover is, komt een veelheid aan instanties in actie. Zoals het Expertisecentrum Identiteitsfraude en Documenten (ECID) van de Koninklijke Marechaussee en het Bureau Documenten (BDoc) van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Natuurlijke partners, die samenwerking tot kunst hebben verheven.

In het zuidelijkste puntje van Groningen begint het identificatie- en registratieproces met het controleren van de documenten die vreemdelingen bij zich hebben. Dat gebeurt in de zogeheten ‘identificatie- en registratiestraat’ van het aanmeldcentrum in Ter Apel, waar meerdere organisaties samenwerken onder leiding van de Nationale Politie.

Wachtmeester-1 René Geerards controleert een paspoort en stempels van een nieuwkomer in Ter Apel.

In het begin van die ‘straat’ verzamelt de Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel (AVIM) alle documenten van een vreemdeling. Daarna gaat het ECID ter plekke aan de slag met de controle van ID-documenten en de fysieke gezichtsvergelijking. Vervolgens stuurt het ECID deze documenten op naar Zwolle, waar BDoc is gehuisvest, het Expertisecentrum brondocumenten van de IND. Daar vindt nog een extra controleslag plaats. BDoc onderzoekt namelijk de brondocumenten die ten grondslag liggen aan de identiteitspapieren. “Een paspoort kan wel goed zijn, maar met welke brondocumenten is het paspoort verkregen? Is dat op grond van een vervalst geboortebewijs gebeurd, dan is het paspoort eventueel ook frauduleus”, schetst opperwachtmeester Niels Dolstra, coördinator van het ECID in Ter Apel. Deze 2 controles van de KMar en de IND zorgen samen voor een sluitend geheel.

Opperwachtmeester Niels Dolstra (links) en oud-marechaussee Dominic Wolbers van de IND in overleg.

60.000 documenten

Er gaan zo’n 60.000 documenten per jaar door de handen van de instanties, waarvan 11.000 documenten in Ter Apel. De 8 marechaussees die werkzaam zijn op het aanmeldcentrum, en de IND-collega’s van BDoc in Zwolle houden zich specifiek bezig met de bestrijding van ID- en documentenfraude. “Dat is ons gezamenlijk doel, in onder andere de asielketen”, stelt Dolstra. “En als onze controle aan de voorkant goed is uitgevoerd, hebben andere instanties er op een later tijdstip bovendien veel baat bij. Denk daarbij aan inschrijving in een gemeente in de basisregistratie personen (BRP).”

Turkije

Het onderzoek naar documenten van vreemdelingen vindt overigens niet alleen in Nederland plaats. Het ECID voert deze werkzaamheden ook regelmatig uit in onder andere Turkije. Daar moeten de documenten worden gecontroleerd in verband met de zogenoemde vluchtelingendeal met Turkije.

Ook Bureau Documenten reist regelmatig naar landen waar veel asielzoekers vandaan komen. Daar bezoeken ze verschillende autoriteiten om informatie te vergaren. Denk aan productie- en afgifteprocessen, wet- en regelgeving. In enkele gevallen gaat BDoc ook kijken in de archieven. Dit levert vaak waardevolle informatie op voor het beoordelen van brondocumenten. Denk aan een trouwboekje en het eerder genoemde geboortebewijs.

Op het eerste oog lijkt er weinig mis met dit paspoort, constateert wachtmeester-1 René Hollander.

Handboeken

De samenwerking tussen het BDoc en ECID vindt ook in Europees verband plaats. Hun verzamelde internationale kennis heeft inmiddels een aantal handboeken opgeleverd, waarmee specialisten op het gebied van identiteits- en documentfraude hun kennis kunnen verbreden. “Het herkennen en erkennen van patronen is belangrijk. Dat hebben we in Wenen bijvoorbeeld gedaan voor Afghanistan, met onze collega’s uit Noorwegen, Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk en Tsjechië. Onlangs zijn we begonnen met een handboek Jemen, maar dat ligt vanwege de pandemie nu even stil”, aldus Dolstra. “Die boeken zijn overigens niet alleen voor ons van groot belang, maar ook voor Europese grenswachters.”  

De paspoorten gaan onder allerhande apparaten om de echtheid vast te stellen.

Archieven

In het bijhouden van deze handboeken gaat ook het nodige werk zitten. De naslagwerken, deels gedrukt, deels digitaal, moeten namelijk actueel blijven. “Documenten veranderen vrijwel dagelijks”, stellen Dolstra en oud-marechaussee Dominic Wolbers van de IND. “Dat gaat bijvoorbeeld om plots veranderde inktstempels. Het kan zijn dat een ambtenaar met pensioen is gegaan of verplaatst is, dat is belangrijke tactische info.”

Vandaar dat samenwerking binnen Europa en onderzoek ter plekke, waar mogelijk, van groot belang is. Het BDoc reist daarom regelmatig naar gebieden om informatie te verifiëren. “Dat kan lastig zijn. De archieven zijn er meestal wel, maar niet altijd goed geordend. Digitaliseren zou enorm helpen. Het zou natuurlijk ook eenvoudiger zijn om bij die landen om informatie te vragen. Maar een asielzoeker heeft vaak niet voor niets huis en haard achter zich gelaten. Zo’n verzoek kan de persoon in gevaar brengen, daarmee moeten we altijd rekening houden.”

De handboeken die internationaal zijn samengesteld vormen een belangrijk hulpmiddel voor het ECID en BDoc.

EDISON TD/DISCS

Behalve de handboeken kunnen collega’s wereldwijd ook gebruik maken van de gedeelde systemen EDISON Travel Documents en DISCS (Document Informatie Systeem Civiele Status). EDISON TD bevat informatie over reisdocumenten, DISCS over brondocumenten. Kortom, het ECID en BDoc delen veel kennis en expertise voor een grondige controleslag. De beide disciplines hebben voortdurend met elkaar te maken. “De documentenwereld is een kleine gemeenschap van specialisten, waarin iedereen elkaar wel kent”, vertelt Wolbers. “Ik werkte hier als wachtmeester-1 al in Ter Apel. Voor mij was de overstap naar Justitie en Veiligheid een heel bewuste keuze om in deze sector te kunnen blijven werken.” Dolstra kiest er juist bewust voor bij ‘de baas’ te blijven. “Ik zit prima op mijn plek en kan binnen het ECID nog doorgroeien.” Deze kleine gemeenschap vormt een onafscheidelijk geheel voor een waterdichte controle.  

Tekst: Evert Brouwer | Foto’s: sergeant Cristian Schrik