Tekst kapitein Jaap Wolting
Foto sergeant-majoor Gerben van Es
5 vragen aan…kolonel Maurice Timmermans
Kolonel Timmermans speelt een sleutelrol bij het aansturen van alle militaire operaties van MINUSMA. De plaatsvervangend chef-staf operaties heeft het hoofdkwartier als uitvalsbasis. Al maakt hij regelmatig een toer langs de velden, de Defensiekrant sprak hem in hartje Bamako.
Waarom wordt u 12 maanden uitgezonden?
“Het is een vereiste van de VN in New York. Daar gebiedt men dat mensen op bepaalde posities in dit hoofdkwartier minimaal een jaar in Mali opereren. Deze functie vraagt veel kennis van de operationele situatie in het land, met alle dimensies van dien. Logischerwijs kost het tijd om die kennis op te bouwen. Pas daarna kun je effectief leiding geven.”
U gaf binnen Defensie onder meer leiding aan een ‘Afrika-desk’. Welke voordelen heeft dat voor deze uitzending?
“We werken hier op het hoofdkwartier met 38 nationaliteiten, waarvan veel Afrikaanse. Persoonlijk vind ik het verdomd belangrijk te weten hoe mensen denken, waar ze vandaan komen, wat ze meebrengen en hoe ze zélf tegen de situatie aankijken. Als je dat weet, kun je ze tijdens gesprekken veel sneller meekrijgen.”
U woont in Bamako. Voelt u zich er veilig?
“Ja, en wel om 2 redenen. De VN informeert en begeleidt ons erg goed. Op de tweede plaats ondersteunt Nederland ons. Zo staat er continu een auto met chauffeur ter beschikking voor de Nederlanders die hier aan de force-kant werken. Dat is een hele geruststelling. Als ik thuis ben terwijl er een crisissituatie ontstaat waardoor ik snel naar het hoofdkwartier moet, kan dat. En dat geldt natuurlijk andersom ook; als we hier weg moeten, is die mogelijkheid er.”
Wat is de beste manier om gevoel met de boots on the ground te houden?
“Ik eis van de stafofficieren dat ze Bamako regelmatig verlaten en een VN-luchttransport naar Gao of Kidal nemen. Zodoende krijgen ze gevoel bij de missie. Zelf heb ik het ook gedaan. Ik begrijp pas écht goed wat hier aan de gang is sinds ik in Kidal leiders van de Touareg sprak. Meer dan Bamako zien, eis ik dus niet alleen van collega’s, maar ook van mezelf. Binnenkort maak ik weer een toer langs de velden. Elke 2 maanden zal ik dat opnieuw doen. Aan de ene kant om het contact met de situatie te houden. Aan de andere kant in het kader van geloofwaardigheid van dit hoofdkwartier in de richting van de sectorcommandanten en hun staven. Ik wil ze recht in de ogen kijken en met ze praten over bijvoorbeeld eisen en knelpunten.”
Wat is deze uitzending uw grootste uitdaging?
“De VN zit nog steeds in de fase van ontplooiing. We naderen het stadium waarin die zich voltooit en waarin wij geheel over moeten gaan naar datgene waarvoor we zijn gekomen. De VN dient zo snel mogelijk aanwezig te zijn in de gebieden waar dat vereist is. Het is van groot belang daar in contact te komen met de lokale bevolking en samen te werken met onder meer de Malinese overheid, Malinese troepen en militairen van de Franse operatie Barkhane. Mijn grootste uitdaging is die overgang van fase 1 naar fase 2, van ontplooiing naar operationeel gereed zijn, met als deadline medio 2015.”