02

Dit artikel hoort bij: Alle Hens 03

Zeemansgraf en laatste uren Catalina ontrafeld

Tekst Prudent Staal, LTZ2OC (SD) Vanessa Strijbosch

Oud-MLD'er achterhaalt verhaal over het in 1943 verongelukte watervliegtuig

Een duiker stuitte onlangs op iets merkwaardigs. Zo’n 6 mijl uit de kust van Sri Lanka vond hij restanten van een onbekend vliegtuig. Al gauw ging het gerucht dat het een Catalina vliegboot van de Marine Luchtvaartdienst betrof. Die maakte in dat gebied op 8 december 1943 een noodlanding. Deze informatie bereikte na veel omzwervingen Prudent Staal, oud-MLD’er en lid van de Stichting Vrienden van de Catalina.  Hij ging aan de slag en achterhaalde het verhaal achter de rampvlucht.               

In februari 1942 viel het eiland Java, met een omvangrijke evacuatie tot gevolg. De marinevloot verkaste naar Australië. De vliegtuigen en bemanningen van de Marine Luchtvaartdienst verhuisden naar China Bay op Sri Lanka. De Catalina’s voerden onderzeebootpatrouilles uit boven de Golf van Bengalen en ver daar buiten. De bemanningen vlogen missies van gemiddeld 17 uur.

Brandstof laden op het eiland Socotra in één van de PBY-5A Catalina’s van Squadron 321. (Foto: archief Prudent Staal.)

Het vertrek

Met aan boord 11 bemanningsleden vertrok de Y-78/N Catalina op 8 december 1943 van het vliegveld van Sigiriya (Sri Lanka) richting de oostkust. De opdracht was kraakhelder: ‘buster 6 patrol’, oftewel zoeken naar en eventueel vernietigen van Japanse marineschepen. Het toestel en zijn bemanning zouden de thuisbasis niet meer vliegend  bereiken.

Na 3 uur hozen, besloten ze de Catalina te verlaten

Kapotte motor

De ongelukkige Catalina steeg op om 02.57 lokale tijd. Aan boord 4 dieptebommen van elk 250 lbs. Ongeveer 1,5 uur later merkte één van de vliegtuigmakers op dat de oliedruk aan bakboord wegviel. Kort hierna ontstonden vreemde geluiden en was er vuur zichtbaar. Even later stopte de motor ermee. De propeller werd in vaanstand gezet om zo weinig mogelijk tegenwind te vangen. Het toestel verloor hoogte. De bemanning hield het hoofd koel en loste de dieptebommen.  De munitie en mitrailleurs gingen eveneens overboord. De vliegers besloten de koers te wijzigen; terug naar de kust.

Noodlanding op het water

De telegrafist zond onophoudelijk een S.O.S. Het mocht niet baten. Na 5 minuten werd de noodlanding ingezet. Bij windkracht 5, veel regen en golfhoogtes van 4 meter probeerden de vliegers de Catalina veilig op het water te landen. Met een harde klap kwam het toestel neer. Beide blisters, de bolle beglazing achter de vleugels, vlogen open.  Eén  van de reddingsvlotten verdween in zee. Na de 2e harde klap kwam de vliegboot tot stilstand.

Na 2 harde klappen kwam de Catalina 6 mijl uit de kust van Sri Lanka tot stilstand op het water.

16 uur roeien naar de kust

Ondanks de waterdichte deuren maakten de navigatieruimte en het mecano compartiment veel water. Na 10 minuten viel het aggregaat uit. Daardoor kon de elektrische pomp niet meer worden gebruikt. Met man en macht probeerde de bemanning het toestel drijvende te houden. Na 3 uur hozen besloten ze de Catalina te verlaten. Ondanks de hevige wind en sterke stroming slaagde de bemanning er na 16 uur roeien in de kust te bereiken. De Y-78N verdween onder de golven en werd nooit meer teruggezien.

Wrak ontdekt

Totdat een lokale visser onlangs een stuk aluminium in zijn netten vond. Hij overhandigde dat aan een lokale duiker die op onderzoek ging. Met sonarapparatuur kon de Y-78N Catalina duidelijk worden geïdentificeerd. Prudent Staal, zelf ooit technicus bij VliegtuigSquadron 321 en lid van de Stichting Vrienden van de Catalina, is nauw betrokken bij de zoektocht. Hij noemt het bewijs waterdicht en is ervan overtuigd dat het om de verongelukte Y-78N gaat. Hij baseert zich op de vondst van 2 propellers, waarvan 1 in vaanstand bleek te staan.

40 meter diep

Door de cycloon van 1978 en de tsunami van 2004 is het wrak zwaar beschadigd geraakt. Bij de 2e duik vonden de duikers nog een propeller, een motor en een stuk vleugel. Pas bij de 5e duik haalden zij meer onderdelen naar boven. Het wrak ligt op een diepte van ongeveer 40 meter.

1. Het staartluik van binnenuit gezien. De gehele romp is totaal vernield.

2.Eén van de hoofdwielen met een deel van het landingsgestel.

3.Bovenzijde van de romp ter hoogte van de hoofd vleugelondersteuning.

4. Eén van de Pratt & Whitney R-1830-90 motoren, volledig afgebroken