Tekst Evert Brouwer
Foto Herman Zonderland en sergeant-majoor Gerben van Es
Plechtigheid op Vliegbasis Eindhoven
Onwaarschijnlijk knap hoe een van de zeven overlevenden van de Herculesramp, trompettiste Nathalie de Cloe, precies 25 jaar later het signaal Taptoe geeft tijdens de herdenking op Vliegbasis Eindhoven. Dat geldt ook voor het voorlezen van de namen van de slachtoffers door twee andere overlevenden; kippenvel.
Het is een waardige, maar door de coronapandemie ook sobere plechtigheid bij het monument langs de startbaan waar het toestel terecht kwam. “Uw littekens, zichtbaar en onzichtbaar, zijn blijvend”, spreekt Commandant der Strijdkrachten (CDS) generaal Onno Eichelsheim. Ook minister van Defensie Ank Bijleveld en Commandant Luchtstrijdkrachten Dennis Luyt zijn daarbij aanwezig.
Door een trieste samenloop van omstandigheden gaat het fout
Zwerm spreeuwen
Het is zo’n mooie, lome zomerdag die 15e juli in 1996. Er lijkt niets aan de hand voor de Belgische C-130, die met vier bemanningsleden en 37 Nederlandse militairen aan boord vanaf Modena in Italië koers zet richting Eindhoven. Het Fanfare Korps Koninklijke Landmacht gaf daar een succesvolle reeks concerten en gaat deels per Hercules en deels over de weg naar huis. Tijdens de landing op Vliegbasis Eindhoven gaat het door een samenloop van trieste omstandigheden fout. Een zwerm spreeuwen komt in de motoren terecht en het toestel crasht mede daardoor. De brand in de cockpit is snel geblust, maar de hulpdiensten zijn onwetend van de passagiers aan boord. De vier Belgische crewleden, 29 leden van de Fanfare Koninklijke Landmacht en een medewerker van de Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie overleven het ongeluk niet.
Eén loket
Een week voor de herdenking staan ze samen bij het monument: de stafadjudant Air Mobility Command adjudant Daniëlle Bruins-Kuypers en voorzitter Peter Kempen van Stichting Herculesramp. “Dit zijn altijd heel drukke dagen,” zegt hij, “maar dat helpt me wel de hele geschiedenis te verwerken.” Ze zien dat hoveniers de omgeving opknappen. Hier stond niet lang na het ongeluk een houten kruis als symbool en dat vormt nog steeds het midden van de 34 kaarsenstandaards. De werkrelatie tussen Kempen en adjudant Bruins-Kuypers mag symbool staan voor de nieuwe verhouding tussen de luchtmacht en de stichting. Zij is namens het Commando Luchtstrijdkrachten hét aanspreekpunt voor de stichting. “Dat werkt heel goed: we kunnen met al onze vragen en wensen bij één loket terecht”, merkt Kempen op.
Zoon verloren
Er zijn tijden geweest dat de verhoudingen tussen de stichting en de luchtmacht danig waren bekoeld. Een enorm dilemma voor André Kempen, de in 2004 overleden vader van Peter. Hij was een luchtmachtmilitair pur sang. Maar ook een vader die een zoon verloor bij de crash én de eerste voorzitter van de stichting was. “Hij was een techneut; heel trots op zijn beroep als tester van vliegtuigen en vliegtuigmotoren. Maar óók trots op zijn werkgever”, zegt Kempen. “Dus het werk voor de stichting gaf hem vaak een dubbel gevoel. Daarmee heeft hij denk ik flink geworsteld, al heeft hij zich daarover nooit uitgesproken.”
Er is veel boosheid geweest onder de nabestaanden
De negatieve gevoelens zijn inmiddels wel gesleten. Kempen: “Er is heel veel boosheid geweest onder de nabestaanden. Richting militaire top, naar de politiek. We merken dat de gevoeligheden na 25 jaar langzaam zijn weggeëbd.” Een toespraak van luitenant-admiraal Rob Bauer, de vorige CDS, was een grote steun. En ook generaal Eichelsheim wees dit keer nog eens op de krampachtige reactie van Defensie na de ramp. “Het is nu de beurt aan politiek Den Haag om daarover ook wat te zeggen”, vindt Kempen.
Vechten
De overlevenden zijn nog steeds zowel fysiek als psychisch getekend, weet voormalig landmacht-aalmoezenier Martien Agterberg. Hij is vanaf het begin als bestuurslid betrokken bij Stichting Herculesramp 1996. “Zij hebben hun leven zo goed als mogelijk inhoud gegeven, maar blijven het gevoel ervaren niet altijd gekend te worden, geen invulling te hebben kunnen geven aan hun muzikale talenten. Jaren hebben zij moeten vechten om een plek te krijgen in onze samenleving.”
Spiegel
Een van hen is Ron Geurts. “15 juli 1996 is de spiegel van mijn leven geworden. Achter die spiegel zit heel ver weg mijn andere leven. Ik kijk maar niet al te veel in die spiegel. Toen ik na bijna zes weken bijkwam uit mijn coma, vroeg ik mijn vader wie er waren omgekomen. ‘Je kunt beter vragen wie er nog in leven zijn’, was zijn antwoord.” Geurts werkt nog steeds voor Defensie en leeft verder voor de militaire muziek. Hij voelt het als zijn opdracht ‘van boven’. “Een leven waarin ik mij opnieuw inzet voor muziek. Ook militaire muziek. Maar die ene vraag is gebleven: waarom moesten zij gaan en mocht ik nog leven.”
34 mensen in de bloei van hun leven kwamen om
Muzikaal eerbetoon
Voor deze herdenking heeft de gemeente Eindhoven een speciaal muziekstuk laten componeren. Oud-trompettist van de Koninklijke Militaire Kapel Hans van der Heide is daarvoor ingeschakeld. De componist bekent het moeilijk te hebben gehad bij het schrijven en dat is niet verwonderlijk. Hij gaf in 1996 bij de eerste herdenking het signaal Taptoe.
“Dat ging toen in een roes”, zegt hij terugblikkend. “Er kwamen ook nu, na 25 jaar, veel emoties bij me los. Ik wilde het niet te droevig maken, maar wel duidelijk maken dat 34 mensen in de bloei van hun leven zijn omgekomen. Er zitten flarden in die je kunt herkennen uit de muziek van de West Side Story, die de FFKL destijds speelde tijdens het concert in Modena.” Het stuk is ook daarnaar vernoemd, want het heet ‘MODENA, a tribute’. Het stuk werd tijdens de herdenking gespeeld door de Fanfare Bereden Wapens.
De hele herdenking van 15 juli is terug te kijken via https://www.youtube.com/watch?v=yqM5aZwiJaQ