100-jarige RAF geboortegrond voor Nederlandse luchtmacht
Iedere bezoeker loopt nu in Hendon gratis het Royal Air Force-museum binnen voor bijvoorbeeld de tentoonstelling over 100 jaar Britse Luchtmacht. Maar 75 jaar geleden was RAF Hendon een actieve militaire transportvliegbasis. Midden in de strijd tegen Nazi-Duitsland, werd hier op 7 juli 1944 de voorloper van het huidige Nederlandse 334 Squadron opgericht. Het is niet de enige eenheid die ontstond binnen de RAF, die in juli op diverse plekken haar eeuwfeest vierde.
De RAF is sinds 1 april 1918 een zelfstandig deel van de Britse strijdkrachten en daarmee de oudste zelfstandige luchtmacht ter wereld, maar de voorloper bestaat al eerder. Het Royal Flying Corps, de Britse legerluchtmacht, wordt opgericht op 13 april 1912. Vanaf dan groeit de ‘luchtmacht’ snel en zeer sterk: van 2.073 man in 1914 tot liefst 313.161 aan het einde van WO I in november 1918.
Daarna slinkt de RAF weer en marine en luchtmacht willen zelfs afschaffing van een zelfstandig luchtwapen, maar minister van Oorlog Winston Churchill beslist anders. Met de invasiedreiging van Duitsland moet de RAF zelfs drastisch vergroot worden. Na de verovering van onder andere Nederland, maakt Hitler zich op voor de aanval op Groot-Brittannië. Duitsland lanceert hiervoor een grootscheeps luchtoffensief. De RAF voorkomt echter keer op keer dat Duitsland luchtoverwicht boven Engeland krijgt. Deze Battle of Britain – officieel van 10 juli tot en met 31 oktober 1944 – is de 1e slag die uitsluitend in de lucht plaatsvindt. De RAF staat diverse keren op het punt te barsten, maar uiteindelijk houdt de buigzaamheid het net vol. De RAF wint.
Jaarlijks toont de RAF zich bij de parade op en boven The Mall midden in Londen aan het Britse publiek. Vanwege de 100e verjaardag, uitgebeeld door 22 Eurofighter Typhoons, was de flypast afgelopen 10 juli de meest uitgebreide van de afgelopen jaren. Foto: RAF/Crown Copyright
The Mall ligt aan de oostzijde van Buckingham Palace. Daar neemt koningin Elizabeth (midden) en een groot deel van de koninklijke familie traditiegetrouw het defilé af.
Geen parade is compleet zonder de aanwezigheid van de Battle of Britain Memorial Flight, deze keer met Lancaster, Spitfires en Hurricanes. Foto: Arno Marchand
De nieuwste aanwinst van de RAF, de F-35, was met 3 stuks van het net heropgerichte No. 617 Squadron ‘The Dambusters’ vertegenwoordigd. Foto: RAF/Crown Copyright
Herinneringen aan de 2 Wereldoorlogen zijn nooit ver weg in Groot-Brittannië. In de Londense vestiging van het Imperial War Museum is deze setting illustratief voor wat No. 322 (Dutch) Squadron RAF boven Zuid-Engeland deed: jacht maken op Duitse V-1’s.
320 en 321 Squadron
Na de Duitse invasie weet een deel van het Nederlandse militaire personeel– al dan niet via omwegen en deels met Fokker watervliegtuigen – Groot-Brittannië te bereiken. Hiermee wordt al op 1 juni 1940 in Pembroke Dock de eerste Nederlandse RAF-eenheid opgericht: No. 320 Royal Dutch Naval Air Service Squadron. Een maand later volgt No. 321. Beide eenheden zijn voornamelijk voorzien van Nederlands marinepersoneel, aangevuld met dat van de Militaire Luchtvaart, zoals de luchtmacht vlak voor WO II bekend staat, en Britse militairen. De squadrons vallen onder het Coastal Command van de RAF en 320 vanaf 1943 onder Bomber Command.
De eenheden hebben squadronnummers in de 300-serie, door de RAF speciaal in gebruik gesteld voor geallieerde troepen binnen de Britse luchtmacht. Ook al zijn het niet de laagste nummers – die gaan naar Poolse en Tsjechische eenheden – zijn de Nederlanders wel de eerste geallieerde troepen onder Brits bevel. Heel bewust kiest de RAF overigens voor Dutch en niet Netherlands om in de afkortingen de verwarring met de N van Noorwegen te voorkomen. 320 en 321 gaan na WO II over in de Marine Luchtvaartdienst, maar bestaan niet meer sinds het verkoop van de P-3C Orions in 2005.
Kijk in onderstaande clip naar 100 jaar RAF in Londen, tijdens de Royal International Air Tattoo op RAF Fairford en Flying Legends op Duxford.
Nog veel meer Nederlanders komen in dienst bij RAF-eenheden, maar het duurt tot 1943 totdat er weer een Nederlands squadron bij komt. Diverse personen, onder wie prins Bernhard, zetten zich vanaf de zomer van 1942 in voor de vorming van een Nederlands jachtvliegsquadron. Wanerhet volgende voorjaar het merendeel van No. 167 Squadron uit Nederlandse vliegers bestaat, besluit de RAF de eenheid om te dopen in ‘No. 322 (Dutch) Squadron RAF’. Dit gebeurt direct na de overplaatsing naar RAF Woodvale in Noord-Engeland op 12 juni 1943, dat dan ook als geboortegrond en oprichtingsdatum geldt. Ondertussen hebben ruim 80 man van de Prinses Irenebrigade van de landmacht de opleiding tot techneut gevolgd. Samen met een groot deel Brits personeel is 322 een feit. Het is daarmee het oudste nog bestaande squadron dat uit de RAF voortkomt, en daarmee de oudste luchtmachteenheid.
Boven: Het eerste ontwerp van het 322 squadronlogo en vliegers die missie-instructie krijgen. Onder: Prins Bernhard gaat geregeld langs bij 322, zoals in mei 1944. In september 1944 komt ook prinses Juliana op bezoek. Foto’s: uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie en Nationaal Archief
Polly Grey, de grijze roodstaartpapegaai is dan nog niet de mascotte. Dat gebeurt pas als pilot officer Cooc Sluyter op 31 juli het dier meeneemt van een markt in Londen. De slogan is eerst ‘Niet Praten, Doen’, wat later wordt aangepast naar wat het nu nog steeds is: ‘Niet Praten Maar Doen’. Op 4 maart 1945 keurt King George VI het embleem en de spreuk officieel goed. 322 houdt zich eerst met de luchtverdediging boven Groot-Brittannië bezig. Vanaf juli richt het zich op het bestrijden de V-1 vliegende bommen. Daarvan worden er 110 neergehaald. In september 1944 krijgt 322 een grondaanvalstaak wat zo blijft tot het einde van WO II.
Een paar dagen na de flypast boven Londen staat de grootste militaire luchtvaartshow ter wereld op het programma, de Royal International Air Tattoo op RAF Fairford. Ook hier is 100 jaar RAF het centrale thema, beginnend met een Spitfire van de Battle of Britain Memorial Flight. Foto: Arno Marchand
Ook Nederland vloog heel kort met Hurricanes. Ter verdediging van Nederlands-Indië werden er 100 besteld, maar die zijn door de capitulatie nooit afgeleverd. De toestellen waarmee Nederlandse vliegers dan wel vlogen, waren oorspronkelijk bestemd voor de RAF in Singapore. Ze hebben een paar weken dienst gedaan. Foto: Arno Marchand
Een Spaans fabriekstoestel – maar wel met Britse vliegers, zo vermeldde de commentator – nam tijdens de vliegshow op spectaculaire wijze de honneurs waar van de RAF A400M Atlas. Die stond overigens wel op de static show.
In het weekend gaf ook het nieuwste RAF-vliegtuig, de F-35B, een demonstratie. Deze Short Take Off and Vertical Landing-versie onderscheidt zich ook in uiterlijk duidelijk van de standaard F-35A. Foto: Gostar den Daas
De F-16 met jubileumstaart van het 322 Squadron op de static show. Daar stond onder andere ook een CH-47 van het 298 Squadron en een Dornier van de Kustwacht die administratief onder het 334 Squadron valt. Daarmee waren alle voormalige RAF-squadrons op Fairford vertegenwoordigd.
Ook de Canadese luchtmacht is zeer nauw gelieerd aan de RAF. Vanwege de 100e verjaardag stuurde Canada daarom het F/A-18 solo display team naar Fairford. Foto: Arno Marchand
298 Squadron
In 1944 werd door het Directoraat Nederlandse Luchtstrijdkrachten, zoals de ‘luchtmacht’ dan te boek staat, een Dutch Auster Flight op te richten. Dat is vanwege de lastige communicatie en transport in Nederland door de vele waterwegen en het ontbreken van bruggen daarover. Kleine vliegtuigen maken snelle verbindingen mogelijk, gebruikmakend van geïmproviseerde landingsterreinen bij dorpen en steden.
Waarschijnlijk vanaf 11 december starten de operaties met de eerste van 20 Austers Mk.III vanaf RAF Rearsby, niet toevallig de plek waar ook de Taylorcraft Aeroplanes fabriek van de Austers staat. Op 16 april 1945 wordt de vlucht met 6 toestellen naar het al bevrijde Gilze-Rijen overgeplaatst. Tegelijk ondergaat de eenheid een naamsverandering in nr. 6 Dutch Auster Squadron.
Austers op het noodvliegveld aan de Hoekwaterstraat in Voorburg. De toestellen vliegen nog ‘gewoon’ in RAF-kleuren met Nederlandse driehoek op de neus. Foto’s: uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Op 31 mei wordt een sportterrein in Voorburg hun tijdelijke thuishaven en later dat jaar verhuist het squadron naar – dan nog – luchtmachtbasis Valkenburg. Op 17 juni 1946 wordt het squadron buiten dienst gesteld, maar enkele Austers worden op dezelfde dag op Woensdrecht ondergebracht bij de 1e Oefen Artillerie Verkennings Afdeling (1 Oefen ArVa), vanaf 1 augustus 1 ArVA genaamd. De overige Austers gaan naar de 1-motorigenvlucht van de No. 1 Transport Vliegtuig Afdeling (TransVA, zie ook hieronder bij 334 Squadron) op Valkenburg. Op 6 november 1947 wordt 1 ArVa hernoemd tot het Nr. 6 ARVA Squadron. Op 1 maart 1950 valt het doek daarvoor en gaat de eenheid samen met de Auster flight van de TransVA over in het 298 AOP Squadron op Soesterberg. 16 april 1945 geldt hierdoor als oprichtingsdatum voor het huidige 298 Squadron.
Vele duizenden bezoekers komen diverse keren per jaar naar dé plek voor militair historische luchtvaart, Duxford. In juli was dat voor ‘Flying Legends’, waar onder andere deze DeHavilland Dominie te zien was. Met dit type vloog de voorloper van het 334 Squadron, No. 1316 Dutch Communication Flight.
Re-enacters zorgen ervoor dat Duxford de sfeer van WOII zoveel mogelijk uitademt, onder andere bij een briefing van een oorlogsvlucht boven Nazi-Duitsland.
Tijdens de Battle of Britain-demonstratie vliegt een uiterst zeldzame Bristol Blenheim in formatie met de eerste versie van de Spitfire. Foto: Arno Marchand
Vooral Hawker Hurricanes nemen het tijdens de Battle of Britain op tegen de Duitse jagers en bommenwerpers. Foto: Arno Marchand
334 Squadron
Op 7 juli 1944 wordt de kiem gezaaid voor het laatste Nederlandse RAF-squadron. Als onderdeel van het Metropolitan Communication Squadron wordt dan de No. 1316 Dutch Communication Flight (DCF) opgericht op RAF Hendon, in een buitenwijk van Noordwest-Londen. De uitrusting bestaat uit 4 DH.98B Dominies, een Lockheed 12 en een Lockheed Hudson voor de langere afstanden en voor de kortere een Percival Proctor en een Auster. Later komen er nog diverse toestellen bij zoals een handvol Lockheed L-12A en L-212’s.
Twee foto’s van Nederlandse Dominies in de RAF-tijd, waarbij de linker foto ook nog een Percival Proctor toont, wellicht een Nederlandse. Foto’s: uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
In mei 1946 wordt de eenheid opgeheven, maar de toestellen gaan door naar No. 1 TransVA dat op 17 juni op Valkenburg wordt opgericht. Ook een aantal Austers van het opgeheven nr. 6 Dutch Auster Squadron (zie 298 Squadron hierboven) wordt daarbij ingelijfd. Op 1 december 1952 krijgt de eenheid een nieuwe aanduiding: 334 Squadron.
Net buiten de ‘scope’ van de RAF valt het 860 Squadron. Nu een luchtmachteenheid, maar afkomstig uit de Marine Luchtvaartdienst en van oorsprong een Royal Navy squadron. Evenwel bijna net zo oud als het 322 Squadron, want opgericht op 15 juni 1943, 3 dagen na 322. Vanaf koopvaardijschepen voorzien van een vliegdek, de zogenoemde Merchant Aircraft Carriers, beschermen ze met Swordfish torpedo-patrouillevliegtuigen geallieerde transporten op de Atlantische Oceaan.
Na WO II speelt de RAF een belangrijke rol in de opbouw van de Nederlandse luchtstrijdkrachten. Niet alleen bestelt de regering een groot aantal Britste vliegtuigen, maar ook de opleiding vindt in het Verenigd Koninkrijk plaats: op Britse leest geschoeid.
Tekst: Arno Marchand en Henk Kauffman Foto’s: sergeant-majoor Gerben van Es Video: sergeant Henry Westendorp Montage: Douwe Veldhuisen
Achtergrondfoto's: Voor het oog 75 jaar terug in de tijd: re-enacter Christian Goossen van Living History Group ‘The Merlins’ voor een Spitfire op Duxford.