Uitdagingen en veranderingen binnen NAVO E-3A Component
Na een voorbereiding van zo’n 2 jaar landt de eerste van in totaal 18 E-3A’s in 1982 op Geilenkirchen. Reden voor een feest in juli van dit jaar op de NATO Air Base. Maar hoe staat de E-3A Component er eigenlijk voor, met personeelsreducties, minder vliegtuigen, een omvangrijk modificatieprogramma en een verhuizing? Recentelijk nam kolonel Bas Pellemans de functie van plaatsvervangend commandant over. Een gesprek met hem over het heden en de toekomst, en met de kolonel bd Kees Van den Hoven over de begintijd.
Foto onder: Pellemans op zijn nieuwe werkplek. De functie van DCOM/chef-staf is een vaste Nederlandse positie. Foto: Arno Marchand
Tegen de achtergrond van de eerstvolgende – en 2e – E-3A die op 12 december van de sterkte werd afgevoerd, zit kolonel Bas Pellemans in zijn nieuwe kantoor. Op 28 september nam hij de taak van Deputy Commander (DCOM) en chef-staf over van kolonel René Moerland. “Hij zat hier 5 jaar dus je verliest veel dossierkennis. Gelukkig is alles goed vastgelegd, dus we hoeven niet discussies opnieuw te voeren. Daarbij, niet te snel oordelen. Eerst maar eens goed luisteren. Je hebt 3 tot 6 maanden nodig om in te werken.” Pellemans bekleedt 1 van de 40 Nederlandse functies. “Iedereen hebben we hard nodig.” Geeft hij nadrukkelijk aan. Zelf heeft hij 3 petten op: Senior National Representative (SNR), vlieger op de E-3 en die van DCOM/Chef-staf. “We zitten hier met ruim 1400 man uit 16 landen. Ik probeer de Haarlemmer olie tussen de SNR’s te zijn.”
Foto onder: Frank Crébas
Duiventil
Pellemans treedt aan in een tijd van grote veranderingen op Geilenkirchen. “In 2015 hebben we een grote reorganisatie doorgevoerd. 35% van ons personeel, zo’n 600 man en vrouw, is óf verhuisd naar Sigonella óf hun functies zijn geschrapt. Als DCOM ben vooral bezig met optimaliseren. Waar moet nog geschoven worden, waar kan ik nog bijsturen. De reorganisatie moet eind 2018 klaar zijn. Dan is die uitdaging afgerond, maar we hebben ongelofelijk veel functies verloren. Daarbij is ook veel technische ervaring weg, dus we moeten veel investeren in opleidingen. Want vergeet niet, daarbij wisselt ook nog eens standaard een kwart van het personeel per jaar. Het is een duiventil qua uitvliegen van mensen, dus je opleidingen en training moet absoluut doorgaan. Anders krijg je nooit je been bijgetrokken en ga je nat met je operaties. Opleiding is hier dus dé constante factor.”
Het is midden in de Koude Oorlog, 1988. Van afbraak van het IJzeren Gordijn kan alleen nog maar gedroomd worden. Het Warschau Pact staat nog recht tegenover de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, de NAVO. In dat jaar treedt kolonel Kees van Hoven aan als 3e DCOM van de E-3A Component die net combat ready is. “Dreiging was er, maar spanning voelden we niet echt. We vlogen orbits, deden oefeningen en deployments naar de Forward Operating Bases. Ook waren onze nieuwe Trainer Cargo Aircraft net afgeleverd.” De Component is van begin af aan zelfstandig, maar zonder de samenwerking met de Amerikanen, gebeurde er niets binnen de NAVO. “Zéker in die tijd. Het was een vanzelfsprekendheid dat de AWACS’en in Europa vlogen, nooit sprake van ingrijpende bezuinigingen. We oefenden dagelijks met alle luchtmachten om ons heen. 1 van de eerste grote oefeningen in die tijd was Diawacs met het 323 Squadron.”
Foto boven: Van den Hoven in 2017, in zijn huis in Brunssum en tijdens zijn tijd op Geilenkirchen.
Hoofdkwartier
De functie van DCOM is gecombineerd met die van chef-staf, “maar veel staf is er niet meer over”, geeft Pellemans aan. Die zit nu bij het Force Command. Recentelijk verhuisde die aansturende organisatie die altijd in Mons in België zat, naar Geilenkirchen waar de uitvoering plaatsvindt. “Nu staat dus het hoofdkwartier op het operationele onderdeel, vergelijk het met de Staf CLSK op het DHC. Dat vraagt de nodige aanpassingen. We hebben 33 jaar als component onze eigen broek opgehouden. Nu moeten we dus echt anders werken.”
Foto onder: Een kwartet E-3's strak opgelijnd op de startbaan om ruimte te maken voor het open dagpubliek.
Na de val van de muur begint tijdens de Eerste Golfoorlog al snel de eerste echte inzet van de E-3A’s. Van den Hoven: “Tijdens ‘Anchor Guard’, van augustus 1990 tot en maart 1991, vliegen we weliswaar orbits boven Turkije en de Middellandse Zee op honderden kilometers van het slagveld, maar dreiging wás er. Personeel op deployments, zowel burger als militair, werden voorzien van beschermende kleding. De AWACS monitorde alleen, dus stuurde geen gevechtshandelingen aan. We dirigeerden alleen fighters naar tankers.”
De AWACS-vloot blijft dus relevant. “Zéker”, benadruk hij, “want een jaar later kregen we de inzet voor Deny Flight, de Bosnië-oorlog. Die begon in juni 92. Nu hadden we wel een uitvoerende taak, maar daarin mocht Duitsland in eerste instantie niet meedoen vanwege de maatregelen genomen na WO II. Dat zorgde voor problemen om voldoende crews bij elkaar te krijgen. Het was destijds een hot item. Duitsland mocht vanaf april 93 wél deelnemen aan ‘gevechtshandelingen’. Rules of Engagement bepalen wat je wel en niet mag doen, maar nu werd daadwerkelijk ingegrepen. Ik maakte echt de overgang mee van veel oefeningen naar permanente inzet.”
Ook vanuit de Baltische Staten worden geregeld reassurance missies gevlogen. Foto: NAVO
Minder vliegtuigen
Ondertussen draait een groot modificatieprogramma om de E-3A met een glass cockpit up-to-date te houden. Helaas niet alle 17 toestellen die nog over zijn, want 1 toestel werd in 1996 afgeschreven na een crash in Griekenland. 3 ‘tails’ worden namelijk afgestoten. “Reden voor de reductie van aantal kisten is genoeg geld voor 14 en niet voor 17”, vat Pellemans het nuchter samen. “Daarbij vragen oude vliegtuigen ook meer onderhoud en onderdelen worden lastiger verkrijgbaar. Zoals het er nu voorstaat, blijven de toestellen in dienst tot 2035. Om dat te halen starten we in de jaren 20 een Final Lifetime Extension Program.”
Foto onder: Kijken in een AWACS is niet wat je dagelijks kunt doen. Als bezoeker op de open dag heb je daar dus wel even wachten voor over.
Voordat hij er begint, kent Van den Hoven Geilenkirchen niet echt, maar “het leek me een uitdaging. Het was een mooie volgende stap in m’n carrière. Ik heb hier een half jaar de volledige opleiding tot Tactical Director gevolgd en was uiteindelijk limited combat ready. Ik had natuurlijk ook nog ‘een paar andere taken’ als DCOM.” In 1992 versterkt Groot-Brittannië de NATO Airborne Early Warning Force met de E-3D Component van de RAF. In 1993 brengt Geilenkirchen het eerste van diverse goodwill-bezoeken aan het voormalig Oostblok, in Boedapest. “DCOM was een bevoorrechte positie. Het contact met alle landen was het mooist. We hadden zelfs ooit een Russische delegatie op bezoek. Ik heb enorm veel voldoening van die 6 jaar en deed het met veel genoegen. Het is hét voorbeeld van internationale samenwerking. Ik zie de AWACS’en hier in Brunssum geregeld vliegen. Nog altijd kijk ik er met veel plezier naar.”
Foto boven: Vanaf 1993 heeft de component permanent tanker support van de Amerikaanse Air National Guard. Foto: Frank Crébas
Operaties
2018 staat voor Pellemans in het teken van afronding van de modificaties, het weer beschikbaar komen van de ‘full motion simulator’, afronden van de reorganisatie en nog een aantal kleinere programma’s. “En ondertussen de operaties ‘gewoon’ laten doorgaan en dat is met alle genoemde randvoorwaarden een beste klus. We hebben 2 reassurance measures richting het oosten, 1 noord en 1 zuid, met vluchten van 10, 12 of wel 14 uur, uiteraard met bijtanken onderweg. 1 toestel staat standaard op Konya in Turkije en dat blijft voorlopig zo. We hebben echt grote uitdagingen, maar zet 16 landen bij elkaar en we gaan gewoon aan het werk. De relaties tussen de landen hier is gelukkig heel erg goed, net als de sfeer in het Nederlandse detachement. En vergeet niet dat dit al 35 jaar draait!”