Dornier doet Tour d’ Horizon
Een Dornier van de Kustwacht controleerde midden november een vastgesteld deel van de Noordzee op (olie-)lozingen. Deze zogenoemde tour d’ horizon is vandaag begonnen. De inzet wordt ook gebruikt communicatieprocedures tussen internationale vliegtuigen, vaartuigen en walstations te trainen.
De Noordzeelanden en de Europese Unie werken in het zogeheten Bonn Agreement samen om vervuiling van de Noordzee tegen te gaan. Elk deelnemend land voert jaarlijks een tour d’ horizon uit. De te vliegen routes worden van te voren vastgesteld om een zo groot mogelijk deel van de Noordzee te controleren. Deze keer leidde dat langs het zeegebied van Denemarken, Duitsland, Groot-Brittannië en Noorwegen.
De Dornier spoort met de Side Looking Airborne Radar olievlekken op. Dankzij de Forward Looking Infrared Camera kan het toestel ook ‘s avonds en ‘s nachts ‘kijken’. Het kustwachtvliegtuig is daarmee geschikt voor verschillende taken. Het werd in september nog ingezet voor het in kaart brengen van vluchtelingenstromen in de Middellandse Zee. Foto: RUAG Aerospace
F-16’s onderscheppen Rus boven Baltische staten
2 Nederlandse F-16’s van de Air Policing Task Force in Malbork onderschepten op 12 november een viermotorig Ilyushin transportvliegtuig. Het toestel vloog ’s avonds boven zee internationaal luchtruim binnen, ten noorden van Estland en Litouwen. Dat gebeurde zonder vooraf het vluchtplan bekend te maken. Voor het gebied waar het Russische toestel vloog is de NAVO verantwoordelijk.
De jachtvliegtuigen hebben het transporttoestel het Baltische luchtruim uitgeleid. Het Russische toestel vloog in zuidelijke richting naar Kaliningrad, een Russische enclave tussen Polen en de Baltische Staten. Nederland zet sinds op 3 september vanaf Malbork F-16’s in voor de Baltic Air Policing (BAP)-taak. Dit was de eerste keer dat de F-16's zijn ingezet voor een onderschepping.
De Nederlandse F-16’s beschermen vanuit Polen het luchtruim boven de Baltische Staten omdat Estland, Letland en Litouwen niet over jachtvliegtuigen beschikken. Ook andere NAVO-lidstaten nemen een deel van die bewaking voor hun rekening. De Nederlandse Air Policing Task Force blijft nog tot eind december operationeel in Polen.
KDC-10 tankt F-16’s voor operatie Midden-Oosten
Niet alleen F-16’s maar ook de KDC-10’en van het 334 Squadron zijn betrokken bij de operatie in het Midden-Oosten. Zo tankte op 18 november een KDC-10 2 F-16’s bij op hun route naar het Midden-Oosten. Daar losten de jachtvliegtuigen eenzelfde duo af dat voor onderhoud naar Nederland moest. Het terugkerende tweetal werd onderweg eveneens van brandstof voorzien.
Nederland draagt met 6 F-16’s en 2 reservetoestellen bij aan de internationale strijd tegen de terroristische organisatie IS in Irak. Door de tankcapaciteit van de KDC-10 kunnen de gevechtsvliegtuigen deze grote afstand naar het gebied in één keer overbruggen.
Brandweer slaat handen ineen
Tijdens de Helicopter Weapons Instructor Course leverde niet alleen de luchtmachtbrandweer ondersteuning. Collega’s van het Artillerie Schietkamp (ASK) ’t Harde vormde samen met hen een tandem. “Dit is voor het eerst”, geeft sergeant-majoor Fred Hommersom van het 931 Squadron aan. “De samenwerking is ontstaan door de uitzending van veel brandweerlieden naar Mali en het Midden-Oosten. Daar zitten er respectievelijk 8 en 5, van alle luchtmachtonderdelen. En die moeten zelf ook nog bemand blijven en dan zou er tekort ontstaan. Operaties hier in Bergen-Hohne verlangen namelijk standaard 2 bluswagens.” “Heel bijzonder om de helikopters nu een keer zo mee te maken”, zegt brandmeester Gerard van ’t Hul. “Op het ASK is natuurbrand- en helikopterbrandbestrijding onze taak. Chinooks en Cougars komen bij ons geregeld op bezoek. Om alle procedures voor deze oefening door te nemen, zijn we voorafgaand een dag op cursus geweest op Gilze-Rijen.” “Wij merken geen verschil,” geeft Hommerson aan, “want de brandweercultuur is bepalend.” Foto: sergeant 1 Joyce Rutjes
Pick-up in plaats van Mercedes Benz
De luchtmacht beschikt op korte termijn ook over de nieuwe Volkswagen Amarok. Directeur Materieelinstandhouding commodore Eric Schevenhoven kreeg op 28 november symbolisch het eerste exemplaar uit handen van souschef Projecten (DMO) commandeur Ludger Brummelaar.
‘Woensdrecht’ haalt meer werk binnen op Defensiebeurs
Tijdens de jaarlijkse beurs van de Stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid in Rotterdam tekende het Logistiek Centrum Woensdrecht (LCW) en Thales Nederland een verregaande samenwerkingsovereenkomst. In de toekomst zal Thales de test- en reparatiewerkzaamheden aan radarapparatuur van de F-16 uitvoeren. Thales opent daarvoor een kleine vestiging op de vliegbasis in het Avionicagebouw om de werkzaamheden te kunnen verrichten.
Commodore Eric Schevenhoven had het er maar druk mee tijdens de NIDV-beurs. De commandant Logistiek Centrum Woensdrecht, tevens Directeur Instandhouding Materieellogistiek, moest bijkans een sprint trekken door de 5 hallen om alle contractondertekeningen bij te wonen.
Eerst ging het om een overeenkomst tussen Airborne BV en NH Industries. Het bedrijf, ook al gevestigd op het terrein van LCW, gaat onderhoud aan de rotorbladen van de NH90-helikopters verzorgen.
Vervolgens zag Schevenhoven dat Fokker een principeovereenkomst tekende met Lockheed Martin. In Hoogeveen en Papendrecht gaat het Nederlandse bedrijf uit kunststof en metaal het systeem bouwen waarmee de remparachute van de F-35 Lightning II wordt gelanceerd, de drag chute fairing assembly. Noorwegen krijgt de techniek als eerste in de toestellen. Canada en Nederland overwegen deze capaciteit ook toe te voegen. Het bouwen is een complex proces, omdat te allen tijde de stealth-eigenschappen van de F-35 bewaard moeten blijven.
Met Terma tekende commodore Schevenhoven tenslotte een strategische partnerovereenkomst. Die stelt het bedrijf in staat om tegen betaling restcapaciteit van testapparatuur op vliegbasis Woensdrecht te gebruiken voor internationale klanten. Hiermee worden componenten getest en gerepareerd. Foto: Maartje Roos
