Tekst Arjen de Boer
Space Security Center is ‘ready for take off’
Een modern leger kan bijna niet zonder ruimtevaartechniek. Space is na land, zee en lucht het vierde operatiedomein van Defensie. Maar Nederland is hier nog een nieuwkomer, het Space Security Center (SSC) moet daar verandering in brengen.
Met zijn handen gebaart oud-F-16 vlieger kapitein Frank Matser dat de satelliet ongeveer de grootte van een flink kerstpakket heeft. Het apparaat is ontwikkeld door de Noren, die al een exemplaar in een baan om de aarde hebben gebracht. Een reeks van zulke compacte satellieten moet uiteindelijk vanuit de ruimte de lange Noorse kustlijn bewaken. “Wij bekijken of we daar extra of andere sensoren op kunnen zetten. Of dat hun techniek wellicht ook toepasbaar is voor de Nederlandse Defensie”, zegt Matser.
Deze samenwerking is 1 van de voorbeelden waarop Nederland de eerste stappen zet richting de sterren. Maar de belangrijkste ontwikkeling is toch wel de oprichting van het Space Security Center (SSC), het geesteskind van Matser en zijn luchtmachtcollega majoor Hans Klinkenberg.
GPS
Het SSC wordt gevestigd in een gebouw naast de Luchtmachttoren in Breda. Volgens het zorgvuldig uitgedokterd CLSK Space-stappenplan gaan daar in eerste instantie twee nog te werven collega’s het centrum handen en voeten geven. De vacatures voor deze functies staan inmiddels op intranet. Het centrum heeft in principe twee hoofdtaken: space weather en space situational awareness. Het eerste gaat over bijvoorbeeld de invloed van zonnevlammen op communicatielijnen en gps-systemen. Over dit specifieke onderdeel meer in een volgende editie van de Vliegende Hollander.
Space situational awareness behelst een aantal zaken; van het volgen van rondzwevend ruimteafval, dat een gevaar vormt voor satellieten, tot een gedetailleerde ruimtekaart waarop alle satellieten en hun baan staan beschreven. “Dan gaat het om de beantwoording van de vragen: wat vliegt er rond? Wat kan het? Van wie is het?”, zegt Matser die is afgestudeerd aan de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek van de Technische Universiteit Delft. “Het gaat om kunnen inschatten wat mogelijke bedreigingen zijn.”
Afval
Samenwerking met bondgenoten is belangrijk. Nederland heeft niet de capaciteit, noch het geld om zelf een omvangrijk ruimtevaartprogramma op te zetten. Matser noemde eerder al de kleine kunstmaan van de Noren. Met de Duitsers bij het German Space Situational Awareness Center (GSSAC) wordt samenwerking gezocht op het vlak van zogeheten re-entries. “Objecten die omhoog zijn gegaan, komen ooit terug. Oude rakettrappen bijvoorbeeld. Die moeten na jaren een keer naar beneden. Dat geldt ook voor oude satellieten”, aldus de oud-vlieger.
Veel van dat puin verbrandt in de dampkring, maar lang niet alles. Om grote ongelukken of een internationaal schandaal te voorkomen, is het belangrijk te weten waar dat ruimteafval terechtkomt. “De Duitsers kunnen inmiddels aardig voorspellen waar iets terechtkomt,” geeft Matser aan. Hij benadrukt dat de kans dat zoiets als een oude rakettrap op Nederland terecht komt zeer klein is. “Nederland is immers een kleine stip op de aardbol. Het meeste afval komt in de oceaan terecht.”
Niet vanzelfsprekend
Het werk van het Space Security Center zal voor operationele eenheden al snel en zichtbaar dichtbij komen. TNO en het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium helpen momenteel bij de ontwikkeling van een zogeheten Space Dashboard. Het uiteindelijke doel is dat eenheden in het veld of commandanten op de fregatten op een monitor in 1 oogopslag kunnen zien in welke mate ze rekening moeten houden met navigatie- en communicatieproblemen vanwege veel zonneactiviteit.
Het dashboard maakt het volgens Matser ook mogelijk om space-gerelateerde situaties te gebruiken in oefeningen. Vooral wanneer space support niet of beperkt beschikbaar is. “De marine heeft natuurlijk procedures om bij uitval van gps niet te verdwalen, maar het gaat om de bewustwording dat space niet vanzelfsprekend is”, aldus Matser. “Trainen van back-up procedures is zinvol is, maar gebeurt nu te weinig.”
“De hele bankenwereld staat op zijn kop als gps uitvalt, dan zijn er problemen met pinnen en transacties”, zegt Matser. “Het draait allemaal om nauwkeurigheid. Zeker ook voor Defensie. Een slimme bom moet het wel op het doelwit terechtkomen en niet tientallen meters ernaast.”