Tekst André Twigt
Foto Sergeant-majoor Gerben van Es

Zuiver beeld van vuurleiding Zeeleeuw

Van de Amerikaanse programmaleiding kreeg luitenant-ter-zee 1 Erwin Ruijsink het verzoek met de torpedo’s te ‘spelen’. Aan boord van Zr.Ms. Zeeleeuw voert de commandant daarvoor de ene na de andere koerscorrectie door. De wapens reageren meteen en openen bij herhaling de aanval op het oefendoel. Na een paar minuten vindt Ruijsink het genoeg en laat de draadverbinding met de torpedo’s verbreken. Korte tijd later komen de dingen verderop aan de oppervlakte.

 De vuurleiding van de Zeeleeuw testen op de Bahama’s? Dat klinkt als een excuus om aangenaam vaarwater op te zoeken. De bemanning weet wel beter. Na 3 jaar van renovatie en modificatie is de boot bijna volledig operationeel. Er wacht nog een finale opdracht: 4 torpedo’s verschieten op de range van het Atlantic Undersea Test and Evaluation Center (Autec) nabij Andros Island. Coördinator namens DMO, luitenant-ter-zee 1 Sebastiaan van ’t Hart, volgde één en ander op de voet.

Hoe nauwkeurig is de vuurleiding van een onderzeeboot nu eigenlijk? Voor een antwoord op die vraag bouwden de US en Royal Navy begin jaren zestig een basis op de Bahama’s.

Cijfers

De Zeeleeuw heeft een goede reden voor het bezoek aan Autec. Samengesteld uit nieuwe Mark 48 mod 7 torpedo’s, een gemoderniseerde afvuurinstallatie en een Combat Management System van Nederlandse makelij moet de vuurleiding voor de zekerheid grondig tegen het licht worden gehouden. Bij Autec zijn ze erin gespecialiseerd om afwijkingen tot vele cijfers achter de komma op te sporen. De range aan de oostkant van Andros Island staat de Koninklijke Marine een dag lang ter beschikking. 

Commandant Zeeleeuw LTZ1 Erwin Ruijsink (midden) in de commandocentrale.

Inschatting

Een etmaal is voldoende om de 4 – anderhalve ton per stuk wegende - wapens af te vuren. Alle projectielen zijn voor de gelegenheid uitgerust met registratie-apparatuur in plaats van een springlading. Van belang is het vastleggen van onder meer diepte, koers en vaart, begint luitenant-ter-zee 1 Van ’t Hart (DMO/Martieme Systemen). Deze informatie is volgens de coördinator Project Verbetering Mk 48 Torpedo van groot belang om te bepalen hoe zuiver de vuurleiding een torpedo in de buurt van het doel kan brengen. Voor dat laatste stukje afstand gaat het apparaat af op het ‘geping’ van zijn eigen actieve sonar. “Voor wat de metingen betreft zal veel afhangen van de onderwatermicrofoons op de range”, gaat de technicus verder. De hydrofoons registreren geluidsgolven die een betrouwbare inschatting geven van koers, vaart en diepte. “Door alle uitkomsten over elkaar heen te leggen, ontstaat een zuiver beeld van hoe betrouwbaar de vuurleiding is.”     

Specialisten in de commandocentrale waken tijdens de torpedo firing exercise over de omgeving.

Tuft

Tijdens de torpedo firing exercise wordt de scheepvaart zo veel mogelijk uit de buurt gehouden. Dat is enerzijds vanwege de veiligheid, maar ook om achtergrondgeruis te vermijden. Voor nauwkeurige metingen moet het in de nabije omgeving muisstil zijn. Dat blijkt een hele toer. Bij het begin van de test tuft eerst een patrouilleschip van de lokale kustwacht voorbij. Gevolgd door een kleine koopvaarder.

Eenmaal uit de buurt, gaat de eerste torpedo er met een ingehouden dreun vandoor. Een fikse stoot vochtige, samengeperste lucht spuit met grote kracht de boegbuiskamer in. De afvuurinstallatie lost haar overdruk, verklaart systeemverantwoordelijk officier luitenant-ter-zee 2 Jordy van de Mheen. Het is voor het eerste dat de Zeeleeuw een ‘echte’ torpedo verschiet. Weliswaar één zonder explosieven, maar die wel de meeste gelijkenis met het echte werk heeft.  

Met name het elektronische deel van de afvuurinstallatie van Zr.Ms. Zeeleeuw werd tijdens het Instandhoudingsproject Walrusklasse grondig gemoderniseerd.

Kiel

Als doelwit dient een torpedowerkschip van AUTEC, de Range Rover. Bang te worden geraakt door de - met zeer hoge snelheden door het water klievende – projectielen is de bemanning niet. De programmatuur gebiedt dat het 'lichaam' tientallen meters onder de kiel passeert. Om voor de zekerheid constant radiocontact met de Range Rover te hebben, wordt de test vanaf periscoopdiepte uitgevoerd. De communicatie-antennes blijven boven water. 

Geamuseerd

Met als zogenaamd doelwit een vijandelijke sub, gaat torpedo 2 eveneens zonder aarzelen op pad. Ook nu houdt de luide stroom bevelen en mededelingen in de commandocentrale niet op. Gespannen gezichten turen naar rijkelijk met gegevens gevulde beeldschermen. Kan een ‘Mk 48’ volledig autonoom zijn doel opsporen: de mens blijft de baas. Geamuseerd neemt luitenant-ter-zee 1 Menno Mertens het hectische schouwspel waar. De binnenkort nieuwe commandant van de Zeeleeuw is verbaasd hoe snel de bemanning zich de nieuwe afvuursystematiek eigen maakt. "Ik ben diep onder de indruk."

Een moment suprême in de boegbuiskamer: het laden van een Mark 48 mod 7 exercitietorpedo.

Koperdraad

Ook slimme torpedo 2 stelt niet teleur. Die valt aan en blijft dat bij herhaling doen. Deze eigenschap inspireert Ruijsink tijdens het klapstuk iets meer met de wapens te ‘spelen’. Bij het afvuren van 2 torpedo’s tegelijk test hij daarmee of handmatig ingegeven koerswijzigingen doorkomen. Via de dunne koperdraad tussen lichaam en boot laat de commandant commandocentrale-officier luitenant-ter-zee 2OC Joost Lohuis de ene koerscorrectie na de andere aanbrengen. Geen haperingen. 

Na vier jaar uit de running te zijn geweest, is Zr.Ms. Zeeleeuw beter waarin ze al goed was: zien zonder gezien te worden.

Bepalen

Tevreden concludeert Van ‘t Hart na afloop dat de veiligheid rond is. De torpedo deed geen poging het moederschip aan te vallen. Op commando brak het projectiel abrupt de aanval af en manuele commando’s kwamen goed door. Het bepalen van de ground truth - de (bijna) absolute nauwkeurigheid van de vuurleiding – blijkt niet zo snel af te vinken. Daarvoor moeten op Andros Island aanwezige experts van het Maritime Warfare Center in Den Helder een grondige data-analyse doen.

Maar waarom al die moeilijke berekeningen en vergelijkingen? De torpedo’s deden het toch goed? “Klopt helemaal”, vindt Van ‘t Hart. Absolute meetfouten kwamen tot nu toe niet aan het licht. “Daarom zijn we gebrand op trends. Die ontdek je met meerdere lanceringen achter elkaar het snelst. In voorkomend geval komen we er ongetwijfeld uit. We doen dit kunstje ten slotte al een tijdje.”

In de longroom wordt de firing exercise met de Amerikaanse programmaleider doorgesproken. Commandant Zeeleeuw Ruijsink (tweede van rechts) en medewerker onderwatergevechtstechnologie LTZ1 Sebastiaan van ’t Hart (uiterst links) luisteren aandachtig.