02

Dit artikel hoort bij: Landmacht 09

Excalibur opent deuren

Tekst KAP Jaap Wolting
Foto Paul Tolenaar

Nederlandse artillerie in hogere sferen

Oefening Dragon Supremacy vergelijken met de eerste maanlanding gaat te ver. Wél zet de artillerie met de ingebruikname van de 155mm-precisiemunitie een enorme stap voorwaarts. De krijgsmacht heeft nu een slim grondwapen dat doelen tot op 50 kilometer kan uitschakelen. Bij de proef in Zweden draaide het om het verschieten van de granaat én de validatie van de vuursteunketen. Enerverend en zenuwslopend, maar hoofdzakelijk voorspoedig en memorabel.

Älvdalens Skjutfält, het Zweedse schietterrein van meer dan 500 vierkante kilometer, ligt er mistroostig bij. Natte nevel trekt door de grauwe dalen. De helikopter die dagelijks checkt of het terrein mensvrij is, kan in eerste instantie de lucht niet in. Vervelend, maar het benadrukt wel meteen het belang van Dragon Supremacy. Als Excalibur slaagt voor zijn examen, beschikt de krijgsmacht over een krachtige granaat (ongeveer 6 kilo springstof) wiens inzet niet afhankelijk is van clear skies, mits uiteraard de waarnemer zicht op doel heeft. Waar airpower soms slechts kan worden gegarandeerd als de weersomstandigheden meezitten, is het voor Excalibur om het even of de zon schijnt.

Met de ingebruikname van de 155mm-precisiemunitie zet de artillerie een enorme stap voorwaarts.

‘Doelen moeten high-payoff targets zijn’

Weinig verandering voor vuurleiding

In de Boxer van het Joint Fire Support Coordination Centre, gesitueerd op een heuveltop met een fenomenaal uitzicht over Älvdalens Skjutfält, geeft opperwachtmeester Dennis Peters aan dat er voor hem weinig verandert als Excalibur instroomt. “Vuuraanvragen zullen nog steeds via de waarnemers bij mij binnen komen”, verklaart de onderofficier van 42 Painfbat Limburgse Jagers droog. “Ik zal ze nog steeds controleren op nauwkeurigheid en juistheid, zal nog steeds kijken of de veiligheid van eigen troepen niet in gevaar komt en zal nog steeds zorgen voor deconflictie met andere wapens die door de lucht vliegen. Hoogstens ben ik er nu meer op gefocust dat het doel er daadwerkelijk een is waar we Excalibur voor in willen zetten. Het moet een high-payoff target zijn, zoals een commandopost, een logistieke opslagplaats of een communicatiesysteem.”

Voor opperwachtmeester Dennis Peters, werkzaam in het Joint Fire Support Coordination Centre, verandert er weinig als de Excalibur instroomt.

‘Moeten met z’n allen een switch maken’

Artilleriecommandant luitenant-kolonel Rienk Sijbrandi: “Dit wapen geeft ons echt de capaciteit om inhoud te geven aan het uitvoeren van ‘diepe’ operaties.”

Mogelijkheid voor diepe operaties

Beneden, op 300 meter van de houwitsers van het VuursteunCommando die de granaten verschieten, staan beeldschermen die zowel de handelingen in de gun als het allerlaatste deel van de vlucht tonen. Artilleriecommandant luitenant-kolonel Rienk Sijbrandi loopt er schijnbaar onbewogen over het modderige terrein. De overste vertrouwt volledig op de waarnemers, de kanonniers, de Panterhouwitser 2000NL en Excalibur. Op de vraag in hoeverre de nieuwe granaat het optreden van Nederlandse eenheden kan veranderen, antwoordt hij gedecideerd: “Ik zie het als een switch die we met z’n allen moeten maken. Dit wapen geeft ons echt de capaciteit om inhoud te geven aan het uitvoeren van ‘diepe’ operaties. Dus niet wachten tot vijandelijke eenheden opduiken bij onze infanterie, maar ze al veel eerder aangrijpen. Het is eigenlijk iets wat we in Nederland tot nu toe niet konden, waardoor we er ook niet heel veel aandacht aan besteedden. De luchtmacht steunt troepen op de grond ook vaak succesvol, maar de inzet van kisten is nu eenmaal niet altijd gegarandeerd. Het VustCo kan nu op een alternatieve manier 24/7 precisiegranaten verschieten.”

Nadat een Excalibur zijn werk heeft gedaan in het doelenterrein, bekijken militairen welke precieze schade de voertuigen hebben.

‘Enige wapen dat precies op doel valt’

Oogjes op doel

Eerste luitenant Peter Stopa zit kilometers verderop in het voorterrein. Vanuit zijn Fennek heeft hij zicht op het target dat een pantserhouwitser straks moet uitschakelen. De waarnemer van 42 Painfbat neemt met een Fire Support Team deel aan de test in Scandinavië. Zijn opdracht: doelopsporing. Terwijl hij de radio met 1 oor uitluistert geeft hij toe erg gecharmeerd te zijn van de nieuwste aanwinst. “Artillerie wordt vaak ingezet als spreidingswapen”, vertelt Stopa. “Dit is het enige wapen dat daadwerkelijk precies goed op doel valt. Nu kunnen we met 1 bom een doel vernietigen. Met andere granaten houden we altijd rekening met afzwaaiers. Met Excalibur hebben we de fabrieksgarantie dat we tot 50 kilometer niet verder dan 10 meter naast het doel zitten. Bizar.”

Eerste luitenant Peter Stopa doet samen met zijn collega’s de doelopsporing in het voorterrein.

Spanning

Terug naar de beeldschermen met de live feed. Zojuist buiten een gigantische knal. Overduidelijk een houwitser. De eerste granaat heeft de schietbuis verlaten. Werkelijk ie-de-reen die maar iets van doen heeft met Excalibur (VustCo, 42 Painfbat BLJ, het Schiet Controle Instructie Team, Zweden, Amerikanen van wapenfabrikant Raytheon, DMO) zit op het puntje van zijn stoel. De granaat zit nog steeds in zijn vlucht. Heeft hij contact gelegd met de satelliet? Zou zijn aanvangssnelheid wel goed zijn geweest? Hij zou nu toch eigenlijk allang op doel moeten zitten? Niemand durft weg te kijken van het scherm. Je kunt een speld horen vallen…

Baaaammmm!  ‘Target destroyed, out

Meer foto’s zien? Check de beelden hieronder!