Twee eeuwen verschil, twee verschillende militaire
werelden. 1815 versus 2015. Zou de soldaat die vocht bij Waterloo zich nog
herkennen in de wereldwijd inzetbare militair van nu? Zoek de verschillen. En
vind de overeenkomsten.
De sjako, een vilten hoed met een klep. Op de verticale
metalen plaat staat ‘Voor Vaderland en Oranje’. Door de hoed lijkt je groter en
imposanter.
Elke milicien heeft 2 paar schoenen. Onder de schoen
zitten allemaal spijkers. Niet voor meer grip, maar tegen het slijten van de
schoen. Slobkousen houden de voeten droog op wekenlange marsen.
De patroontas bevat zo’n 40 kogels, in een
papieren omhulsel met kruit.
Brown Bess-musket. 1 meter 40 lang.
Kaliber: .75 (19 millimeter).
Effectief tot 50 meter.
Bajonet. Het persoonlijk wapen van de milicien voor man-tegen-man-gevechten.
52 centimeter lang.
Sabel. Infanteriesabel model nummer 1. Vooral bedoeld als
rangonderscheidingsteken van de korporaal of de sergeant.
De milicien draagt al zijn spullen met zich mee.
Veldfles, broodtas en rugtas. Ook in het gevecht draagt hij zijn ‘huisraad’
bij.
Een kevlar composiet helm en scherfwerende bril
beschermen het hoofd.
Ademende gevechtslaarzen met zogeheten gators. De
infanterist van tegenwoordig verplaatst zich niet alleen te voet.
Wachtmeester Richard Herben is instructeur bij het
opleidingspeloton van School Noord aan de Koninklijke Militaire School. En
fanatiek ‘re-enacter’. Dat wil zeggen dat hij militair-historische periodes zo
nauwgezet mogelijk nabootst. Zo ook bij de herdenking van de Slag bij Waterloo,
deze maand 200 jaar terug. Met 5000 infanteristen, 100 artilleriestukken en 300
cavaleristen doen re-enactors uit tal van landen de laatste Napoleontische
veldslag nog eens dunnetjes over.
“Ik had altijd al een enorme passie voor militaire
historie. Met re-enactment kun je de geschiedenis nog dichterbij laten komen,
echt laten voelen. Ons doel? Een zo waardig mogelijke uitbeelding van de
soldaten van toen. Het militaire bestaan was hard. Kadaverdiscipline: uitvoeren,
mars. Als militair was je een minuscuul klein radertje in een ongelofelijk grote
militaire machine. Geneeskundige zorg was er amper. Raakte je gewond? Succes. We
gaan nu gemiddeld 4,5 maand op uitzending. Toen was je voor de duur van een
campagne van huis. Soms zelfs jarenlang. En na de veldslag kon je weer
teruglopen naar huis.”