‘We hebben meerdere drones in beslag genomen’
Met drones kun je fantastische beelden maken, maar de steeds vaker gebruikte unmanned aerial vehicles (uav) hebben ook een keerzijde. Ze moeten bijvoorbeeld niet terechtkomen in de luchtinlaat van een vliegtuig of in de parachute van een parachutist. Dan zijn de gevolgen mogelijk niet te overzien. Om zo’n scenario te voorkomen, heeft de brigade Veluwe van de Koninklijke Marechaussee onlangs tijdens de grootschalige landmachtoefening Falcon Leap nauw samengewerkt met een drone-expert van 11 Luchtmobiele Brigade. “Deze inzet was perfect”, blikt wachtmeester Joris terug. "Zowel wat betreft de vliegveiligheid als het handhaven van de no-flyzone."
Joris maakt deel uit van een pilotgroep van de brigade Veluwe die zich focust op het bestrijden van illegaal rondvliegende drones boven militaire terreinen. Tijdens Falcon Leap en de herdenkingssprong Market Garden zijn voor het eerst detectiesystemen gebruikt die informatiegestuurd worden ingezet. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met adjudant Ed, hoofd van het unmanned aerial systems-desk bij 11 Luchtmobiele Brigade, die tijdens de oefening alle vliegbewegingen overzag.
Apparatuur
De apparatuur waarvan wachtmeester Joris en zijn collega’s van de brigade Veluwe gebruikmaakten is eigendom van de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten (BSB). Tijdens Falcon Leap heeft de BSB zijn apparatuur beschikbaar gesteld aan de pilotgroep van de brigade Veluwe. Daardoor kon ‘lichtblauw’ de systemen nu ook gebruiken voor de handhavingstaak. Met succes.
Mass drops
Tijdens Falcon Leap kon het publiek genieten van zogeheten mass drops: zo’n 900 parachutisten sprongen per dag uit vliegtuigen. Om dat zo veilig mogelijk te laten plaatsvinden, was het luchtruim in de betreffende oefengebieden gesloten voor drones. Toch zag landmachtadjudant Ed meerdere drones opstijgen, terwijl hij geen bevoegdheid had om in te grijpen. Het enige wat hij kon doen was de flight crew waarschuwen. De Marechaussee heeft die bevoegdheid wél.
Vorig jaar stonden ook marechaussees klaar om drone-gebruikers aan te spreken op hun gedrag, toen nog uitsluitend op aanwijzen van Ed. Want toen hadden zij nog niet de beschikking over eigen uav-detectieapparatuur, maar nu dus wel. Daardoor konden ze de drones nu ook zelf op hun scherm zien opstijgen, waardoor ze nog sneller ter plaatse konden zijn. “We waren binnen 5 minuten ter plaatse. Dat is heel snel”, weet de wachtmeester.
Gevaarsetting
De drone-dreiging komt volgens Ed van “goedbedoelende vaders en zoons die wat experimenteren en niet doorhebben wat voor gevaarsetting ze creëren.” Of van fotohobbyisten die alles overhebben voor het mooiste plaatje. Ed moet er niet aan denken wat er kan gebeuren als het misgaat. Een drone van 250 gram kan bij ‘een frontaaltje’ de voorruit van de cockpit beschadigen. Of erger, als de drone in de luchtinlaat belandt en het schoepenrad vernielt. Drone-exemplaren van 9 of zelfs 25 kilo vergelijkt de drone-expert met een zwangere gans, waarbij je als het ware met een bird strike te maken krijgt. “Het lastige met drones is dat je geen idee hebt wat de bestuurder gaat doen. Zo’n drone kan binnen no time grote hoogtes bereiken.”
No-flyzone
Het gros van de amateurdrone-operators verdiept zich onvoldoende in de regels voor gebruik, constateren Ed en Joris. ‘Ik wist niet dat dit niet mocht’, is een veelgehoorde reactie als de wachtmeester een bestuurder aanspreekt op zijn gedrag. Ed zegt daarop in niet mis te verstane bewoordingen: “Als je gaat vissen, check je toch ook wat wel en niet mag?” Niet weten is niet wíllen weten, bromt de adjudant. Daarbij vult Joris aan: “Iedere drone-bestuurder zou vóór gebruik de app GoDrone moeten raadplegen. Die geeft aan waar op dat moment een no-flyzone geldt.”
De wachtmeester vertelt over een drone die dichtbij de dropzone vloog en waar hij snel op af is gereden. De man verbaasde zich over de waarschuwing van de marechaussee. Maar toen Joris de risico’s schetste, viel het kwartje. ‘Oh, dat is inderdaad best gevaarlijk’, realiseerde hij zich. Joris heeft het apparaat in beslaggenomen. Daardoor was de kans op herhaling ook meteen voorkomen. Een hele geruststelling voor Ed.
Buikpijn
Joris kon tijdens Falcon Leap dankzij de eigen apparatuur nu zelf meekijken op een landelijke digitale kaart, waar realtime alle vliegbewegingen zichtbaar zijn, ook die van drones. Via zijn tablet kon hij inloggen op dit scherm. Zodra er op het scherm een drone verschijnt die gevaarlijk dichtbij de vliegroute komt, belden Joris en Ed elkaar meteen voor overleg. ‘Gaan? Of laten gaan?’ Ook brieft Ed de flight crew: ‘Er komt een drone op bij de dropzone. De KMar is onderweg.’ En even later het verlossende nieuws: ‘de drone is uit de lucht’.
Een hele opluchting… dit betekent namelijk dat een hele wave vliegtuigen niet omgeleid hoeft te worden voor een nieuwe poging. Dat scheelt Ed naar eigen zeggen behoorlijk in de emotie. “Deze inzet van de Marechaussee scheelt me 3 weken buikpijn.”
Geheugenkaart
De nauwe samenwerking heeft onmiskenbaar zijn vruchten afgeworpen. Meerdere drones zijn gedetecteerd en in beslag genomen. Joris: “De ene keer geven we alleen een waarschuwing, de andere keer nemen we de drone of de geheugenkaart in beslag.” Een drone-bestuurder kan ook ontboden worden voor verhoor. Na afloop stuurt de wachtmeester het pakket op naar de luchtvaartpolitie. Die pakken het dan verder op.
Alerts
Joris blikt buitengewoon tevreden terug op de oefening. Deze ervaring kan hij ook gebruiken voor de reguliere patrouilles. De antenne heeft hij weer ingeleverd bij de BSB, maar hij kan op zijn tablet blijven inloggen op het landelijke dronebeeld en ‘alerts’ instellen voor zijn eigen regio. Met dit instrument kan de brigade Veluwe nu beter handhaven op drone-overtredingen, in oefenterreinen als de Ginkelse Heide en het Stroese Zand. Een mooie innovatie.
Het gaat voorlopig om een pilot, maar de gebruikers zijn overtuigd van het nut en hebben volop ideeën voor andere inzetten. Want er komen steeds meer drones bij. Niet alleen van goedbedoelende amateurs, maar ook van andere partijen. Joris: “We moeten blijven anticiperen op het gebied van (counter-)uav om weerbaar te worden en te blijven tegen deze moderne dreiging.”
Maar Falcon Leap staat zeker ook weer op de agenda voor volgend jaar. Joris: “We hebben gemerkt dat de samenwerking werkt, we voelen elkaar aan. Dat was een belangrijke factor voor de succesformule.” Ook Ed wil volgend jaar graag weer de krachten bundelen met de Marechaussee: “Dankzij deze samenwerking is de keten gesloten: zowel de flight safety als de handhaving zijn afgedekt.”
Landelijk Tactisch Commando (LTC)
Vanuit de LTC-werkgroep Counter uav is een inrichtingsconcept opgesteld waarin staat beschreven hoe om te gaan met huidige en toekomstige dreiging van drones. In de wijze van optreden is er een gelaagdheid aangebracht. Gelet op haar taakstelling stemt de KMar haar wijze van optreden af met haar ketenpartners om te komen tot een complementaire en alomvattende aanpak. Falcon Leap is een mooi voorbeeld hoe zo’n complementaire aanpak eruit kan zien in de praktijk. Waar luchtmobiel met name met een flight safety-bril keek naar de dreiging en zich bezighield met het coördineren van de oefening, was de KMar tegelijkertijd met de inzet van ‘lichtblauw’ de handhavingstaak aan het uitvoeren. Zo heeft de brigade Veluwe op een succesvolle wijze uitvoering gegeven aan het LTC-concept.