07

Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 02

De agenda van de commandant

Wat houdt de commandant van de Koninklijke Marechaussee, luitenant-generaal Hans Leijtens, allemaal bezig? Een keer per maand kijkt KMarMagazine met hem mee. Deze maand: het trainen voor het intakeprogramma voor de certificering Integrale Beroepsvaardigheden Training (IBT).

Luitenant-generaal Hans Leijtens:

“Binnen onze organisatie zijn duidelijke afspraken omtrent IBT en voor bijvoorbeeld het dragen van een wapen. Als CKMar ben je niet verplicht om jezelf te certificeren, maar ik vind het leuk en belangrijk om met de collega's te trainen. Ik wil ervaren wat ze tijdens hun IBT beleven. Daarnaast kan ik in de toekomst als ik een brigade of eenheid bezoek ook makkelijker operationele diensten meedraaien. En dan is het prettig als ik ook gecertificeerd ben en over de dezelfde bevoegdheden beschik als de collega’s. Ze hoeven dan ook niet extra op mij te letten als ze aan het werk zijn.

CKMar: "De instructeurs geven mij gerichte feedback, houden geen standaard praatje."

Ik wil de IBT-instructeurs een compliment maken voor hun professionaliteit. Ik heb al weer veel op de schietbaan gestaan om het gevoel terug te krijgen en ze ondersteunen mij daar goed bij. De instructeurs geven mij gerichte feedback, houden geen standaard praatje. Ze kijken naar hoe ik mijn vaardigheden toepas en hoe ik mezelf kan verbeteren. Het was voor mij al weer even geleden, maar er zit een stijgende lijn in. Er zijn ondertussen ook procedures, technieken en trainingen veranderd. En dat is soms even schakelen. Zo heb ik naast het oude, ook het nieuwe schietparcours afgelegd. Dat nieuwe parcours is overigens onderwerp van gesprek in de Marechausseeraad.

Een goede training is een must voor iedere marechaussee. De praktijk wijst uit dat de operationele collega’s soms genoodzaakt zijn om geweld toe te passen als de veiligheid in het geding is. De IBT-instructeurs bereiden ze zo goed mogelijk voor om in dit soort situaties hun middelen en bevoegdheden juist en op een verantwoordelijke manier toe te passen. Dat verdienen onze mannen en vrouwen ook. Maar ook de Nederlandse burger mag verwachten dat onze collega's in het geval dat ze geweld moeten gebruiken, dat proportioneel en op een goede manier doen.”

Opperwachtmeester Rob Diepenhorst, IBT-instructeur/waarnemend tweede teamleider Team 2:

“Als IBT-instructeurs dragen we zorg voor het gecertificeerd houden en trainen van alle operationele collega’s. Het is erg belangrijk dat de collega’s na de opleiding op niveau blijven. Stel je voor dat niemand daarna ooit nog traint… dat levert ongewenste en gevaarlijke situaties op. Op jaarbasis organiseren we daarom 5 IBT-blokken, inclusief een toetsblok. Iedere collega komt per periode één dag bij ons om de schietvaardigheden, ambtsinstructie en aanhoudings- en zelfverdedigingstechnieken te trainen en op peil te houden, zodat ze het jaarlijkse toetsblok met voldoende resultaat kunnen afleggen.

Tijdens de reguliere IBT is fysiek contact vanwege de coronamaatregelen een no-go. Voor het intakeprogramma wordt een uitzondering gemaakt, omdat de deelnemer daarin moet aantonen dat hij of zij de vaardigheden beheerst.

Momenteel ondersteunen we CKMar op onze locatie op de Koningin Beatrixkazerne in Den Haag ter voorbereiding op zijn intakeprogramma voor zijn IBT-certificering. In zijn vorige termijn als commandant van de Marechaussee volgde hij al vaker zijn IBT bij ons. Ik vind het een goede zaak dat hij zich opnieuw wil certificeren. Ondanks dat hij een enorm drukke agenda heeft, toont hij daarmee aan dat hij IBT serieus neemt en de verbondenheid met de werkvloer erg belangrijk vindt. Hij wil ervaren wat de collega’s moeten doen om gecertificeerd te blijven. Dat vind ik mooi om te zien.

We behandelen onze commandant tijdens zijn trainingsmomenten net als alle andere collega’s. We matsen hem niet en maken geen uitzonderingen. Ook hij moet voldoen aan de eisen die aan de certificering zijn gesteld, zodat hij weet hoe hij zijn bevoegdheden, procedures en middelen in de praktijk op de juiste manier moet toepassen. Uiteraard zijn we ervoor om hem daar zo goed mogelijk bij te ondersteunen. Of CKMar uiteindelijk slaagt voor het intakeprogramma is aan ons om te beoordelen. Maar tot op heden hebben we geen klachten en zijn we tevreden met wat hij heeft laten zien."

Tekst: Robert den Hartog