07

Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 10

De agenda van de commandant

Wat houdt de commandant van de Koninklijke Marechaussee, luitenant-generaal Hans Leijtens, allemaal bezig? Een keer per maand kijkt KMarMagazine met hem mee. Deze maand: een werkbezoek bij maritieme wijkopper Robert van Leussen van de brigade Noord-Holland.

De collega’s van de marine laten de RHIB te water.

Luitenant-generaal Hans Leijtens:

“Het was voor het eerst dat ik meekeek met een maritieme wijkopper, dus dat was voor mij extra boeiend. Vanaf het Marine Etablissement Amsterdam (MEA) zijn wij op een RHIB-boot gestapt die wij in bruikleen hebben van de marine tot wij zelf nieuwe exemplaren hebben. Daar zijn we de marine erg dankbaar voor. Samen met Van Leussen heb ik een haven aangedaan in de gemeente Zaanstad, 1 van de vele havens met wie de wijkoppers van de brigade Noord-Holland contact onderhouden.”

'Samen met Van Leussen hebben we een bezoek gebracht aan Jachthaven Nauerna.'

“De wijkoppers vormen de ogen en oren van de KMar in hun maritieme wijk. Ze voeren vlotte gesprekken en stellen tussen neus en lippen door de juiste vragen aan allerlei partijen in de regio om inzicht te krijgen in wat er speelt en zo informatie in te winnen. Informatie die ons helpt ons werkt te kunnen doen. Het is leerzaam om te zien met welke indicatoren zij werken en hoe zij de broodnodige informatie verzamelen in dit enorme gebied rond het Noordzeekanaal. Het is veel investeren in allerlei verschillende mensen, ik vind het knap hoe ze dat doen. Het maritieme wereldje is een wereld op zich, daar hebben zij goed inzicht in. Daarnaast vereist het besturen van de RHIB ook de nodige vakmanschap.” 

“Dankzij dit werkbezoek heb ik een goed beeld gekregen van de dagelijkse praktijk. Dat is voor mij erg belangrijk. Uit zulke ervaringen kan ik namelijk putten als ik in het Haagse uitleg geef over onze taken en het belang ervan.”

Robert van Leussen, maritieme wijkopper brigade Noord-Holland

“Ik heb CKMar uitgelegd dat het werk als maritieme wijkopper vooral draait om relatiebeheer. Dat betekent op een laagdrempelige manier contact onderhouden met onder meer (jacht)havenmeesters, sluiswachters, rederijen, agentschappen en ketenpartners als de politie en de douane. Kortom: al het maritieme dat raakt aan grensoverschrijdende zaken. Zodra zij iets aparts signaleren, moeten zij ons weten te vinden. Wij kunnen hun hulp namelijk goed gebruiken bij het opsporen van grensoverschrijdende criminaliteit rondom zee- en binnenhavens.”

'Ik waardeer het dat CKMar tijd vrijmaakt voor onze brigade in IJmuiden'

“Het is in deze functie niet zo dat je meteen hele mensensmokkelzaken ‘naar binnen trekt’, maar je kan wel op puzzelstukjes stuiten die je naar een groter verhaal leiden. Bijvoorbeeld via iemand die een verdacht bootje signaleert in een bepaalde haven. Wij zijn er vooral om allerlei maritieme partijen bewust te maken van onze rol, en hen een vast aanspreekpunt te bieden binnen de KMar. Ik wilde de commandant vooral laten zien dat wij goede banden onderhouden met deze partijen, waaronder zij die gevestigd zijn aan het water. En mocht een contact overigens niet goed zijn, dan zou dat ook iets kunnen betekenen.”

'Wij meren aan bij allerlei partijen.'

“Als maritieme wijkoppers doen we een deel van onze werkbezoeken trouwens ook met de auto. Maar als je te water komt, is dat een plus. Je hebt namelijk te maken met watermensen in hart en nieren, met wie je meteen aansluiting vindt als je komt aanvaren.”

“Het is belangrijk dat je op mensen af durft te afstappen en het gesprek aangaat. Het is een vrije functie, die je slechts ten delen kunt plannen, want je weet niet altijd wat je op het water zult aantreffen. Binnen de Marechaussee werken we onder meer samen met de operationele intell en het Maritieme Informatie Knooppunt (MIK) in Den Helder. De ene keer sturen zij ons op pad, de andere keer komen wij met bepaalde informatie. Dat is een mooie wisselwerking.”

'Als je te water komt, is dat een plus.'

Tekst: ritmeester Henny de Boer