10

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 05

Uit de oude doos

Terug in de tijd

Van het einde van de Tweede Wereldoorlog tot de missie in de Afghaanse provincie Uruzgan. Van de politionele acties in het toenmalige Nederlands-Indië tot de huidige VN-missie in Mali. Het werk van Defensie heeft vaak, direct en indirect, een link met historische gebeurtenissen. In deze rubriek blikt de Defensiekrant terug op zulke feiten. Het zijn telkens historische gebeurtenissen die plaatsvonden op data, vallend in de 2 weken voorafgaand aan de nieuwe editie.

28 februari 1942 – Laatste reddingspoging

Schilderij van de Slag in de Javazee. Van links naar rechts: 2 Amerikaanse torpedobootjagers, Hr.Ms. De Ruyter, HMAS Perth, HMS Exeter, Hr.Ms. Witte de With, de zinkende Hr.Ms. Kortenaer, HMS Jupiter. Foto: Nederlands Instituut voor Militaire Historie.

Het was de laatste poging om de Japanse invasie van Java te stoppen. De slag in de Javazee liep echter uit op een complete mislukking. 900 marinemensen kwamen om, onder wie eskadercommandant schout-bij-nacht Karel Doorman. Hr. Ms. De Ruyter, Java en Kortenaar werden bovendien tot zinken gebracht. Dit ondanks de redelijk gelijkwaardige krachten aan beide kanten. 1 van de oorzaken was de slechte communicatie tussen geallieerde zee- en luchtstrijdkrachten. Daarnaast beschikte de tegenstander over zwaardere en verder dragende munitie. Dit maakte de Japanse schepen aanzienlijk minder kwetsbaar. Waar Hr. Ms. De Ruyter bijvoorbeeld 7 kanonnen van 15 cm had, beschikte de kruiser die haar vernietigde over 9 kanonnen van 20 cm. Ook was de Japanse bepantsering anderhalf keer dikker. Het verlies van de tweede slag in de Javazee 3 dagen later betekende definitief de val van Java.

29 februari 1960 – Hulpverlening in Marokko

Nederlandse marinemensen bergen lichamen uit het Marokkaanse Agadir na een aardbeving. Foto: Nederlands Instituut voor Militaire Historie

Een aardbeving van 5.9 op de schaal van Richter maakte de Marokkaanse havenstad Agadir op 29 februari 1960 met de grond gelijk. Naast 15.000 doden lag bijna 90% van de gebouwen in puin. Hr. Ms De Ruyter, Gelderland, Drenthe, Limburg, De Bitter en Zwaardvis braken direct hun oefening in de Middellandse Zee af en schoten te hulp. Dicht bij de stad kwam een penetrante geur de militairen tegemoet. De verzengende hitte had ervoor gezorgd dat veel lichamen lagen te rotten. De Nederlanders leverden hulp in de armste wijk van de stad: Founti. Overlevenden vonden ze niet. De stoffelijke resten werden naar een verzamelpunt bij de boulevard gebracht, waar ze wachtten op identificatie. Een kilometerslange rij was het gevolg. Bijna 2.000 militairen waren betrokken bij de hulpverlening.

29 februari 1944 – Missing in Action

De 6 commando’s liggen begraven op de militaire begraafplaats bij Kapelle. Foto: Nederlands Instituut voor Militaire Historie.

Zit er bij het Wassenaarse strand een gat in de Atlantikwall? Om daar achter te komen stuurde de Britse inlichtingendienst 6 Franse commando’s naar Nederland in februari ‘44. Een rubberboot zette ze om 1 uur ‘s nachts  aan de kust af en wachtte tot 4 uur op hun terugkomst. Tevergeefs. Het is nog steeds niet duidelijk wat er precies gebeurde, maar de volgende ochtend - 29 februari - spoelden de stoffelijke resten aan op het strand. De Duitse bezetter gaf de commando’s een graf als ‘Onbekende Engelse Piloot’. Na de bevrijding ontdekte luitenant Leopold Hulot echter de identiteit van de zes ‘piloten’. Hij liet nieuwe kruizen plaatsen met de tekst ‘Mort pour la France’ (‘Gestorven voor Frankrijk’) gevolgd door rang, naam en registratienummer.

3 maart 1945 – Vergissingsbombardement

Het Juliana van Stolbergplein in de Haagse wijk Bezuidenhout na het bombardement. Foto: Nederlands Instituut voor Militaire Historie.

Vroeg in de ochtend van 3 maart 1945 naderden 49 Mitchell- en 13 Boston bommenwerpers de Haagse wijk Bezuidenhout. Hun doelwit? Het naburige Haagsche Bos waarvandaan Duitse V2 ballistische raketten Londen bestookten. Om 8 minuten over 9, toen de eerste bommen vielen, ging het echter mis. Door een fout in de opdracht kwam de 67.000 kilo aan brisantbommen op het Bezuidenhout neer. 550 mensen kwamen om het leven en 250 raakten gewond. Door een gebrek aan ervaring bij de hulpdiensten ging bovendien een groot deel van de wijk in vlammen op. Als oorzaak voor het vergissingsbombardement wees de RAF op een verkeerde inschatting van de windsterkte. Later bleek echter dat een jonge officier bij de planning van het bombardement ten onrechte beweerde dat Bezuidenhout onbewoond was. Een menselijke fout.

4 maart 1590 – Het Turfschip van Breda

Het Turfschip van Breda wordt gelost. Op de achtergrond: Het Kasteel, waar vandaag de dag de Koninklijke Militaire Academie gevestigd is. Prent: Jan Luyken via Wikimedia Commons.

5 jaar na de moord op Willem van Oranje, middenin de 80-jarige oorlog, vond de 22-jarige stadhouder prins Maurits het tijd om Breda in te nemen op de Spanjaarden. Dit zou het moreel van De Republiek veel goeds doen. Maar hoe? Een turfschip met 70 verscholen soldaten zou de stad binnenvaren. Aangekomen, openden zij de poorten van de stad. Dat laatste bleek echter overbodig. Eenmaal binnen ontdekte een Italiaanse wachter de soldaten, waarop de Nederlanders in actie kwamen. Die nacht doodde de Republiek 37 Zuidelijke militairen. Toen zowel aan de noordelijke- als zuidelijke poort 10.000 manschappen stonden te trappelen om de stad in te nemen, gaf het stadsbestuur zich over.