Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto John van Helvert
‘Digitaal aanvallen voelt als buitenspelen’
Als kwajongen hackte Walter1 (29) vroeger de computers van zijn klasgenoten. “Gooide ik vanaf een afstandje iemands cd-speler opeens open.” Het waren onschuldige grapjes van de wizzkid. Nu is eerste luitenant Walter technisch cyber specialist bij Defensie en kan hij als het moet complete wapensystemen platleggen. “Ons takenpakket is uniek, dat vind je niet in het bedrijfsleven.”
“Mijn werk voelt als buitenspelen. Met een team ICT-specialisten oefen ik mijn grootste hobby uit. Van kleins af aan ben ik al met computers bezig. In mijn ouderlijk huis legde ik een heel computernetwerk aan. Een beetje overdreven, maar ik vond het zo gaaf om te doen. Na mijn HBO-studie ICT-beheer wilde ik niet in de ‘grijze kantoor ICT’ werken. Ik wilde uit mijn comfortzone, nieuwe dingen ontdekken, iets anders dan de standaard. Defensie leek me wel wat. Nadat ik een poosje in de ‘groene ICT’ (ICT die gebruikt wordt bij oefeningen en uitzendingen, red.) had gewerkt, solliciteerde ik bij het Defensie Cyber Commando-in-oprichting. Ik doorstond de cyber challenge en nam samen met een handjevol anderen plaats in het allereerste cyberklasje.
Het digitaal aanvallen of saboteren van de vijand wordt mijn missie. In opdracht van de commandant dring ik dan samen met een team de digitale systemen van de tegenpartij binnen om er vervolgens zelfontworpen software op los te laten. Daarmee kunnen we apparatuur manipuleren of uitschakelen. Dat kan bij beveiligingscamera’s, maar ook bij complete wapensystemen. Een tank kun je altijd mis laten schieten. Of de motor van een schip op halve kracht laten draaien, terwijl die vol vermogen aangeeft. Afhankelijk van het soort netwerk kunnen we dat dan vanuit een kantoor aan de andere kant van de wereld doen. Maar soms zullen we er dichter op moeten zitten. Een operatie zou enkele uren kunnen duren, maar ook dagenlang. Frustratie en euforie wisselen elkaar af.
Ondertussen zit de vijand ook niet stil. Die valt ons net zo goed aan als hij de kans krijgt. Daartegen moeten we ons dan ook goed wapenen. Steeds nieuwe ervaringen blijven opdoen en de laatste ontwikkelingen op cybergebied volgen zijn essentieel. Op uitnodiging testen we de verschillende systemen van Defensie op kwetsbaarheid. Met die veiligheidscheck trainen we meteen onze vaardigheden. Ook oefenen we regelmatig in een gesimuleerde omgeving. Het ene clubje bouwt software dat de andere moet hacken. Er is geen school of leraar die ons steeds de ‘laatste trucjes’ leert. We houden onszelf up to date. Kennisopbouw en –behoud is binnen onze tak van sport cruciaal. Wat dat betreft, moet je een hobbymatige interesse hebben voor ICT, een nerd zijn op dat vlak. Anders kun je het werk op dit niveau niet volhouden.”
1 Uit veiligheidsoverwegingen is Walter een fictieve naam.