Hulptroepen
Buitendijk ging te rade bij Frans Absil, hoogleraar Sensor-, Wapen- en
Commandosystemen aan het KIM. “Eigenlijk doet hij van alles met sensoren, maar
die kerel is gewoon reteslim. Hij zag meteen dat de ronding van mijn kogel (het
ogief) te bol was. Op een servetje heeft hij toen het juiste ogief uitgerekend.”
Om Pieter zo goed mogelijk te helpen, nam de professor hem mee naar het
ballistisch laboratorium van de Koninklijke Militaire School in Brussel. Door de
verbeterde kogel in een wetenschappelijke omgeving te testen, leer je alle
eigenschappen kennen. De exacte baan voorspellen, is dan een koud kunstje.
Absil: “Pieter moet tenslotte voor hij schiet, weten wat de kogel gaat doen.”
Dat iemand naast zijn werk een nieuwe kogel bedenkt, noemt Absil ‘gigantisch
knap’. “Zijn gedrevenheid, professionaliteit en doorzettingsvermogen zijn
fantastisch. Die gedachte van ‘dit gaat mij lukken’. Ik heb hem op weg geholpen
en we hebben mooie dingen ontdekt. Nu gaat Pieter alleen verder.”
Theorie en praktijk bleken overeen te komen. Op de schietbaan in Frankrijk
deden de kogels het beregoed. Glunderend laat Buitendijk een foto zien van 2
gaten in een schietkaart, geschoten op 100 meter. “Overigens, dit zijn niet
twee, maar twintig kogels. Die ene was een afzwaaier!”
Foto: hollow point naast spitse punt: Tijdens de vlucht van een
hollow point verzamelt de wind zich in de punt van de kogel. Als die
met snelheid eruit geduwd wordt, kleeft het als het ware aan de kogel. Hierdoor
blijft de baan stabiel. De scherpe punt van Buitenhuis’ kogel heeft
echter hetzelfde effect met minder luchtweerstand.