Tekst Leo de Rooij
Foto Mediacentrum Defensie
Hoe beland je van de Scheveningse gevangenis op de voorzittersstoel van het Defensieonderdeel Medezeggenschaps Commissie (DMC) van CZSK? LTZ 2OC John van der Hulst, sinds juni 'de man met de hamer' hoeft er niet lang over na te denken: “Ik heb het altijd belangrijk gevonden om op te komen voor het personele belang”.
Die betrokkenheid kreeg Van der Hulst (33) met de paplepel ingegoten. Zijn vader is voorzitter van de militaire vakbond ACOM en gaf zijn zoon een belangrijke wijsheid mee: ‘Kritiek leveren is één, maar dan moet je er wel wat mee doen’. Dus toen John aan het werk ging als gevangenisbewaarder duurde het niet lang of hij nam plaats in de ondernemingsraad. “Dat bleek ik ook nog eens leuk te vinden, ook al is het niet altijd een dankbare taak”, herinnert hij zich. “Ik ben geen jurist, maar vind het leuk om regels en besluiten na te gaan om te zien of we ook doen wat we met elkaar hebben afgesproken.”
Het gevangeniswezen gaf John toch teveel een 'opgesloten' gevoel, het boeide niet meer. Het avontuur lonkte en in 2009 stapte hij over naar het KIM voor een korte officiersopleiding tot zeeofficier. Daarna volgden varende plaatsingen bij de Mijnendienst, waarbij de medezeggenschap steeds een belangrijke rol bleef spelen.
‘Medezeggenschap zet niet de hakken in het zand; we hebben allemaal het beste voor met onze organisatie’
Constructief overleg
“Binnen CZSK zijn we niet goed in medezeggenschap”, prikkelt John. “We doen er wel aan omdat het Besluit Medezeggenschap Defensie dat voorschrijft, maar het zit nog lang niet bij iedereen voldoende tussen de oren. Niet bij alle beleidsmakers, die ons ondanks de goede intenties nog te vaak aan de achterkant van het besluitvormingsproces zetten of ons zelfs overslaan. En ook niet bij het personeel, dat zich te weinig betrokken voelt of ons slechts ziet als een soort activisten. Tegen beide partijen zou ik willen benadrukken: het is geen ‘wij’ tegen ‘zij’! Medezeggenschap zet niet de hakken in het zand of zorgt voor vertraging. We hebben allemaal het beste voor met onze organisatie en haar personeel. Dat bereiken we alleen door constructief overleg, waarbij de MC het personeel vertegenwoordigt.”
Eerste gesprekspartner voor het DMC is de plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten. “Die relatie is goed. Hij onderkent het belang van de MC en we werken goed met hem samen”, vindt de DMC-voorzitter. “Het is belangrijk dat de stem van het personeel, de stem van de werkvloer doorklinkt naar de marineleiding. Via het DMC praat het marinepersoneel mee over de toekomst van de marine, het beleid en de invulling van reorganisaties. En we weten allemaal hoezeer er binnen de marine gereorganiseerd moest en moet worden.”
‘De laatste jaren is er teveel bezuinigd, wat ten koste ging van het personeel’
Belangrijke stem
Gevraagd naar enkele actuele voorbeelden, die op de DMC-agenda staan, lepelt Van der Hulst er moeiteloos een paar op. “De nota waarin het niet halen van de Defensie Conditie Proef gevolgen krijgt voor je functieplaatsing; daar gaan wij niet mee akkoord. De doorontwikkeling krijgsmacht (DOKM) krijgt veel gevolgen voor de bedrijfsvoering; daarin heeft de medezeggenschap een belangrijke stem. We houden een stevige vinger aan de pols, zodat extra budget (Van der Staaij-geld) ook ten goede komt aan onze mensen. En Veiligheid & Milieu zijn bij ons blijvende items, die steeds weer ter tafel komen.”
Het DMC gaat niet over arbeidsvoorwaarden, benadrukt John, maar: “We constateren wel dat dat een bron van ongenoegen blijft. Men voelt zich niet (voldoende) gewaardeerd en dat horen wij. De laatste jaren is er teveel bezuinigd, wat ten koste ging van het personeel. Personeel is nog altijd het grootste kapitaal in onze organisatie, we moeten daar zuinig mee omgaan. Helaas hebben we dat niet altijd gedaan. De jarenlange bezuinigingen hebben er flink ingehakt. De medezeggenschap gaat weliswaar niet over de vulling van de organisatie, maar wel over het welzijn van de mensen. Het is nu aan mij en de DMC om dat welzijn voorop te stellen bij de nieuwe plannen.”
Hoger niveau
Verder ziet John het als een persoonlijke uitdaging de medezeggenschap meer en beter op de kaart te krijgen. “De voorzitter is weliswaar vrijgesteld van ander werk, maar neem je zitting in de medezeggenschap dan doe je dat naast je gewone baan. En dat vergt tijd en inzet. Mede daardoor is de aanwas van nieuwe leden niet altijd gegarandeerd en ook kwalitatief streven we naar een hoger niveau. Daar werken we aan, met teamtrainingen, cursussen, coaching. Wat je opleiding, schaal, rang of stand ook is, van het werk bij de medezeggenschap steek je enorm veel op. Je bent bezig met andere competenties, doet andere dingen dan in je lijnfunctie en werkt met een leuke club mensen. Daarbij kom je niet alleen op voor een betere eigen toekomst, maar ook die van je collega's. Defensie, en dus ook de marine, gaat er meer geld bij krijgen. Geen krimp, maar groei. Dat gaat nog een hele (en leuke) klus worden. Als medezeggenschap spelen we daarin een belangrijke rol. Dus kom op voor dat personeelsbelang en zorg dat je erbij komt. Bij de marine ben je al. Nu nog bij de medezeggenschap!”
Meer weten?
Vragen of tips? Mail naar Dmc.czsk@mindef.nl of bel met LTZ 2OC John van der Hulst: 06-13349637.