07

Dit artikel hoort bij: Alle Hens 06

Walhalla voor de marinier

Tekst TLNT Bianca Brasser
Foto SGTBDAV Sjoerd Hilckmann en Keesnan Dogger

Amfibische krachten gebundeld in 1 oefening

Gefocust kijken 26 jonge mannen voor zich uit. Gezichten groen, hoofden geschoren. Wapens in de aanslag. In rijen van 4 zitten de mariniers in opleiding opgesteld in de donkere ruimte van een LCVP (Landing Craft Vehicle Personnel). Het strand nadert. De stemmen smoren. De klep van het landingsvaartuig klapt open en de jongens springen het licht in. Klaar voor de grootste amfibische oefening in jaren: Amphibious Dagger.

Midden mei werd het strand op Texel omgetoverd tot Walhalla voor de marinier. Verschillende eenheden van het Korps Mariniers met hun vaar- en voertuigen en de mariniers in opleiding oefenden een week lang amfibisch optreden. Op 1 dag kwam alles samen. En daarmee was vrijwel het volledige amfibische vermogen van de Nederlandse krijgsmacht te zien.

De mariniers in opleiding zitten in hun 15e week van de 24 weken-durende opleiding.

Vrijwel het volledige amfibische vermogen van de Nederlandse krijgsmacht was te zien

Spanning voelbaar

Het mag hier dan om een oefening gaan, maar de spanning bij de jonge mariniers in opleiding is voelbaar. “Je weet dat je deel uitmaakt van een veel groter geheel. Nu wil je het goed doen.” Aan het woord is de 18-jarige Mats Dam. Een klein kwartier geleden stond hij nog aan boord van Zr. Ms. Rotterdam. Vanaf dit Landing Platform Dock stapte hij op een LCVP. Beveiligd door 4 snelle boten van het type FRISC voerde dit landingsvaartuig samen met nog een LCVP vol mariniers in wording richting het strand van Texel. En nu ligt de jongen hier plat in het zand. Wapen vooruit. Blik op de duinen.

FRISC-motorboten, LCVP’s en LCU’s, tijdens Amphibious Dagger lagen ze allemaal tegelijk in het water.

In de aanslag

Met een 50-tal mariniers in spe vormt hij een pijlpunt-linie, de zogenoemde arrow head. In het water achter hen klappen nog 2 LCVP’s open. 2 BV’s van het 14e Combat Support Squadron van de 1st Marine Combat Group verschijnen. De rupsvoertuigen bewegen zich moeiteloos door het water en rijden het strand op, de MAG-mitrailleurs op het dak in de aanslag. Dan is het de beurt aan 3 LCU’s (Landing Craft Utility) om de kleppen te laten zakken. 4 Viking-rupsvoertuigen, 2 trucks en een aantal Landrovers, eveneens van het 14e rijden van deze grootste landingsvaartuigen af, plonzen in het water en vervolgen hun weg naar het strand.

Met 100 man begonnen ze aan de mariniersopleiding, nu zijn er nog 52 over.

Complexe taak

De juiste vaartuigen met daarop de juiste voertuigen op het juiste moment op het juiste strand krijgen. Die complexe taak is majoor der mariniers Roel de Jong toebedeeld. Vanuit een boogtent op het strand voert hij onder andere zijn rol als commandant van 2 operationele landingsvaartuigeenheden uit. “Continu moet ik weten waar wat is. Zoveel vaartuigen en voertuigen op hetzelfde moment in 1 oefening, maken dit ingewikkeld.” Op deze grote schaal trainen mag van De Jong dan ook wel vaker gebeuren. “Een amfibische oefening is normaal veel kleiner. Denk aan 1 LCU en een paar voertuigen. Nu heb je te maken met veel verschillende eenheden en hun vaar- en voertuigen. Plannen en coördineren is daardoor een stuk uitdagender.”

Moeiteloos bewegen de Vikings zich door het water. De mariniers in wording liggen klaar om, indien nodig, vuursteun te geven aan de rupsvoertuigen van het 14e Combat Support Squadron.

Beetje geluk

Dat Amphibious Dagger de omvang kreeg vergelijkbaar met die van een internationale oefening had te maken met ‘een beetje geluk’, vertelt De Jong. Voor het 14e stond een oefening gepland om op te werken voor de missie Atalanta. Ook stond er een opleiding voor bootbestuurders in de planning. Daarbij naderde de 15e week van de Eerste Maritiem-militaire Vorming (Mariniers), de week die ook wel Wet Feet wordt genoemd en in het teken staat van amfibische aanvallen op Texel. “Alles viel samen, dus we dachten: laten we hier 1 grote oefening van maken”, zegt De Jong. “Daarbij tuigden we een coördinerend stafelement op en de Rotterdam voegde zich erbij. Amfibisch optreden is de core business van het Korps Mariniers. Zeker op deze schaal zouden we dit vaker moeten oefenen.”

4 FRISC’en geven vuursteun aan een LCVP. Daarachter wachten LCU’s met verschillende voertuigen.

Het echte plaatje

Korporaal van de mariniers Koos Barendse, kaderlid van de mariniersopleiding, is blij met de ‘samenloop van omstandigheden’ waardoor zijn mariniers in opleiding konden ‘aanklikken’ bij het grote geheel. “Dit is het echte plaatje. Een moederschip laten uitvaren voor een opleiding is duur. Daarom doet het slaapgebouw op de kazerne meestal dienst als Landing Platform Dock van waaruit de jongens vertrekken. Nabootsen gaat prima, maar als het kan wil je natuurlijk zo realistisch mogelijk oefenen. Train as you fight. Realistischer dan dit wordt het niet.”

‘Als het kan, wil je zo realistisch mogelijk oefenen; train as you fight’

Waterproof Survisor

Het Mariniers Training Commando (MTC) is een proef gestart om kaderleden van eenheden met voertuigen op te leiden tot Waterproof Supervisor. Voordat een voertuig het water in gaat, moet de chauffeur dit hebben geprepareerd. Dit waterdicht-maken van de voertuigen en achteraf afspoelen met zoet water is nodig om schade te voorkomen. Bij elke landing moet een Waterproof Supervisor aanwezig zijn die controleert of de voertuigen op de juiste manier zijn geprepareerd. Voorheen moest deze opleiding gevolgd worden in Engeland en alleen mariniers met de neventaak rij-instructeur of monteur konden deze cursus volgen. Hierdoor waren Waterproof Supervisors zeer schaars. Tijdens de amfibische week werd het eerste groepje van 14 kaderleden van het 14e Combat Support Squadron en van SATG (Surface Assault and Training Group) opgeleid tot Waterproof Supervisor.