03

Dit artikel hoort bij: Alle Hens 01

Op scherp voor NATO Response Force

Tekst Arjen de Boer
Foto Mediacentrum Defensie

Complete amfibische taakgroep paraat voor inzet

x
Het feit dat bijna de gehele Koninklijke Marine gereedstaat, is nauwelijks een spelbreker voor andere inzetten en oefeningen. Pas als de NRF wordt ingezet, zijn de gevolgen merkbaar, volgens Kramer. Dan is er weinig tot geen ruimte voor andere bezigheden. “Daarvoor is de marine te klein geworden de afgelopen jaren.”
Commandeur Rob Kramer, commandant Netherlands Maritime Force.

Een primeur in 2016: de Koninklijke Marine levert een amfibische taakgroep aan de snelle reactiemacht van de NAVO. Na een opfriscursus amfibisch opereren, voor zowel de vloot als het Korps Mariniers, is CZSK er helemaal klaar voor, vertelt commandeur Rob Kramer, de commandant van de Netherlands Maritime Force.

Aan iedere steiger in Den Helder ligt wel een schip, de masten en zwarte radars zijn al van ver te zien. Toevallig ligt half januari bijna de hele Nederlandse marine binnen. Wie een lijstje heeft, zou de schepen kunnen afvinken als een toerist op de Afrikaanse savanne zoekend naar wilde dieren. Joint Support Ship? Check. Luchtverdedigings- en Commando Fregat? Check. Landing Platform Dock? Check.

Veel van deze schepen maken dit jaar deel uit van de maritieme component van de NATO Response Force (NRF). Deze snelle reactiemacht is binnen 20 dagen overal ter wereld inzetbaar. De schepen in de haven vormen samen met een Combat Group van het Korps Mariniers grofweg de hele inzet. Uiteraard niet tegelijkertijd, want er is sprake van roulatie (zie infographic onderaan). 

Een bijzonder aspect van de taakgroep is de vorming van een eigen, zeer snelle reactiemacht die zelfs binnen 5 tot 7 dagen inzetbaar is: de Amphibious Task Unit. Deze bestaat uit een LPD, een Raiding Squadron mariniers en een gedeelte van de NLMARFOR- en Marine Combat Group-staf.
Ook het Defensie Helikopter Commando levert een bijdrage aan de taakgroep; het gaat om 2 Cougar helikopters (foto) en een maritieme NH90 helikopter.
De Koninklijke Landmacht levert ook een bijdrage aan de NRF; deze bestaat onder meer uit geneeskundige troepen en een Stingerpeloton voor luchtbescherming.

Volledige taakgroep

De inzet van vlooteenheden voor de parate NAVO-reactiemachten gebeurt al sinds tientalen jaren binnen de Standing NATO Maritime Groups (SNMG). Vanaf het begin van de Koude Oorlog varen onze schepen in internationale NAVO-eskaders die permanent paraat staan voor veiligheid op zee, vertelt commandeur Rob Kramer. “Nieuw is dat we mensen en materieel aanbieden voor veiligheid vanuit zee. We leveren een volledige amfibische taakgroep  en kunnen dus met mariniers, helikopters en landingsvaartuigen opereren in kustgebieden.”

Dat lijkt misschien gesneden koek voor de Nederlandse vloot en mariniers. Maar dat ligt genuanceerder, benadrukt de commandeur. “De inzet van de mariniers in Irak en Afghanistan betrof vooral landoptreden”, schetst Kramer, commandant van de taakgroep. “Het amfibisch opereren moesten we weer opfrissen, met name in groot verband.”

‘Amfibische operaties zijn namelijk complex en vragen flexibiliteit en doorzettingsvermogen’

Tijdens de gehele NRF-gereedstelling staat ook een mijnenjager paraat.
De Defensie Duikgroep levert een Very Shallow Water-team om vlak onder de kust naar obstakels en explosieven te kunnen zoeken.

Complexe operaties

Hoe dat kan? “De rotatiesnelheid van personeel is hoog, dus kennis en kunde kunnen dan enigszins verwateren”, aldus Kramer. De grote oefening Trident Juncture, oktober vorig jaar, was de lakmoesproef voor de skills & drills. “We hebben daar waardevolle lessen geleerd. Amfibische operaties zijn namelijk complex en vragen flexibiliteit en doorzettingsvermogen.”

Als politici van NAVO-lidstaten een potentiële dreiging zien en besluiten de NRF te activeren, dan moet de ATG binnen 20 dagen gereedstaan om uit te varen. Dit vraagt een gedegen voorbereiding. Er moet genoeg eten zijn voor 1.600 man, brandstof voor tientallen voertuigen en munitie, van kogels tot raketten, om 30 dagen te kunnen vechten. “De schepen zijn dan volledig opgetopt”, vertelt Kramer. “Ze moeten immers kunnen opereren en vechten in het hoogste geweldsspectrum zonder logistieke ondersteuning.”

‘We moeten laten zien dat we eensgezind willen en kunnen optreden’

Na de ‘landmissies’ in Irak en Afghanistan kon de kennis over amfibisch opereren wel een opfrisbeurt gebruiken.
Zr. Ms. Johan de Witt tijdens de oefening Bold Alligator in 2014.
Staf van 2 Marine Combat Group tijdens oefening Joint Warrior.

Wereld grimmiger

De NRF is een serieuze zaak. Meer nog dan andere jaren, omdat de 'wereld grimmiger is geworden', aldus de commandeur. Denk aan de toegenomen assertiviteit van Rusland en de instabiele geopolitieke situatie in het Midden-Oosten. “Het zou zomaar kunnen dat de NRF wordt ingezet. Dat beseffen de mannen en vrouwen ook. Er is veel meer focus, merk ik, en men houdt serieus rekening met een eventuele inzet. Met deze bijdrage plus een Special Operations Maritime Task Group laten we als Nederland onze betrokkenheid zien bij het bondgenootschap. Juist nu, met de verslechterde veiligheidssituatie in de wereld, is dat belangrijk”, besluit Kramer. “We moeten laten zien dat we eensgezind willen en kunnen optreden.”

Mariniers hebben zich tijdens diverse oefeningen voorbereid op de gereedstelling. Hier mariniers in actie tijdens oefening Joint Warrior in Schotland.

Belangrijkste operaties van de Amfibische Taakgroep

  • Snelle humanitaire hulp bij rampen, zoals orkanen en tsunami's.
  • Een raid waarbij een troepenmacht een korte operatie uitvoert in vijandelijk gebied en terugkeert naar het schip. Bijvoorbeeld de bevrijding van gijzelaars.
  • Een assault. Mariniers plus ondersteunende eenheden vestigen een bruggenhoofd in vijandelijk gebied (aan de kust of dieper landinwaarts) en maken de weg vrij voor opvolgende eenheden. De fase aan land is langer.