Ver buiten de landsgrenzen, bij een ander krijgsmachtdeel, een overheidsinstelling of in het bedrijfsleven: luchtmachters zetten zich overal in voor Defensie. In deze rubriek vertellen zij over hun bijzondere plaatsing.
Tekst: Jack Oosthoek | Foto’s en video: uit collectie Mark Daniëls
Wie: Adjudant Mark Daniëls
Functie: Vrijwilliger bij Fuel Relief Fund
Plaatsing: Turkije
“We hebben écht het verschil gemaakt en mensen de hulp kunnen bieden die ze keihard nodig hadden. Ik zag veel ellende, maar de dankbaarheid die we overal ontmoetten, doet die grotendeels teniet.” Ruim twee maanden na zijn terugkeer praat loadmaster en hoofdinstructeur bij 300 Squadron adjudant Mark Daniels nog steeds hartstochtelijk over zijn missie in het aardbevingsgebied in Zuid-Turkije.
Niet als militair, maar als vrijwilliger
Gratis brandstof
In het Zuid-Europese land voorziet hij in februari met in totaal vier ‘medestrijders’ de noodlijdende bevolking twee weken lang van de cruciale levensbehoefte brandstof. Niet als militair, maar als vrijwilliger van de Amerikaanse humanitaire hulporganisatie Fuel Relief Fund (FRF). De organisatie, dertien jaar geleden opgericht door weldoener Ted Honcharik, verstrekt wereldwijd gratis brandstof aan personen en instituties die getroffen zijn door een natuurramp. Kolen, benzine, diesel, butaangas, gasflessen: het Fuel Relief Fund regelt het. De afgelopen jaren deed het fonds dat bij zeventien natuurrampen onder meer in Nepal, Haïti, de Filipijnen en Japan.
‘Mensen helpen staat hoog in het vaandel bij de luchtmacht’
Nauwelijks last van hiërarchie
Mark komt in 2019 voor het eerst met de hulporganisatie in contact. Dat was op het vliegveld van Abaco op de Bahama’s waar hij dan als Nederlandse liaison fungeert. Onder meer vanaf daar doet Nederland met Cougars van 300 Squadron mee aan een humanitaire hulpmissie voor de door een orkaan getroffen bevolking. Mark raakt onder de indruk van het werk van de hulporganisatie. “In tegenstelling tot militairen hebben zij nauwelijks last van hiërarchie en religie. Humanitaire hulporganisaties kunnen snel en efficiënt helpen. Ik dacht: ‘dit werk wil ik ook doen’. Ik ben gedreven om mensen te helpen”, vertelt Mark die zich na de Bahama’s opgeeft bij het Fuel Relief Fund. Wanneer hij zijn bijbaan volgens de regels meldt bij zijn commandant, reageert deze positief. ‘Mensen helpen staat hoog in het vaandel bij de luchtmacht’, weet de adjudant.
‘Ik waande me op Ground Zero in New York’
Ground Zero
Op 6 februari van dit jaar trekt het Fuel Relief Fund voor het eerst bij hem aan de bel. Met 9000 euro aan contanten op zak - de pinautomaten in Turkije liggen door de aardbeving plat - vliegt hij naar Turkije. De eerste uren in de plaats Kahramanmaras, op 100 kilometer van de grens met Syrië, maken op hem een onuitwisbare indruk. “Ik waande me op Ground Zero in New York. De infrastructuur lag compleet aan diggelen. Onder het puin van ingestorte gebouwen lagen overal overlevenden en doden. In de vrieskou liepen mensen in pyjama over straat of sliepen daar. Heel bizar allemaal.”
‘Veel mensen huilden uit dankbaarheid’
Geen dubbele agenda
Als eerste stap gaat het team van Mark na welke brandstof nodig is. Kolen staan met stip op 1 genoteerd. Een plaatselijke bankdirecteur brengt Mark in contact met bedrijven buiten het aardbevingsgebied die kunnen leveren. Circa 25 ton kolen in circa 1.000 zakken wordt met vrachtwagens naar de provincies Hatai en Kahramanras gebracht en (beveiligd) opgeslagen. “Nadat ze door kregen dat wij geen dubbele agenda hadden, werkten de bedrijven enorm mee”, vertelt Mark, die met zijn team een uitbundig onthaal krijgt. “Veel mensen huilden uit dankbaarheid. Het was echter zaak om tijdens het distribueren te blijven rijden. Bij een stop had de bevolking ons waarschijnlijk overlopen om zakken met kolen te bemachtigen.”
‘Soms werden we achtervolgd door mensen die kolen wilden pikken’
Nooit onveilig
In twee weken tijd vervoeren de vrijwilligers van het Fuel Relief Fund ongeveer 380 ton kolen naar circa 60.000 mensen in 22 dorpen en steden. “Fantastisch om ze in al die ellende een stukje geluk te brengen. Dáár doe je het voor. We ontmoetten echter ook vijandigheid. Soms werden we achtervolgd door mensen die kolen wilden pikken. Verder dachten bepaalde autoriteiten dat we de Koerden kwamen bevoorraden, iets wat de Turkse overheid niet wil. En militairen en andere overheidsfunctionarissen wilden dat we alles via hen deden, wat we niet toelieten. Zodoende konden wij hulpen bieden aan íedereen die dat nodig had, ongeacht religie, afkomst of politieke voorkeur. Hoewel we constant rekening hielden met een worstcasescenario, voelde ik me nooit onveilig. Als het fout was gelopen, had ik met mijn militaire skills geweten hoe te handelen. Dit is ook de reden waarom het Fuel Relief Fund graag werkt met oud-militairen. Ze weten in noodsituaties wat te doen.”
‘Als het met Mark maar goed gaat met al die aardbevingen…’
Zoveel passie
Mark spreekt van een geslaagde missie. “Als mijn gezin en de luchtmacht het toelaten, doe ik het zó weer. Zonder hun steun kan ik niet weg.” Echtgenote Niroshanie: “Toen hij over Turkije begon, zei ik: ‘ga maar. Ik run de zaak thuis wel. Het is maar voor twee weken’. Wel dacht ik: ‘als het met Mark maar goed gaat met al die aardbevingen…’ Dat we konden bellen nam een deel van mijn zorgen weg.”
‘Het DHC wil dat ik dit in de toekomst blijf doen’
Niroshanie is trots op Mark. “Dat hij er met zoveel passie invliegt… De mensen zijn tegenwoordig zó met zichzelf bezig... Mark wil dat ánderen het ook goed hebben!”
Het Defensie Helikopter Commando liet zijn waardering blijken door het door Mark voor Turkije opgenomen vakantieverlof om te zetten in bijzonder verlof. “Ze willen dat ik dit in de toekomst blijf doen.” Marks koffers staan bij wijze van spreken alweer bij de voordeur.
Meer lezen over de hulporganisatie? Kijk dan op www.fuelrelieffund.org.