Vliegbasis Eindhoven getransformeerd naar Air Mobility Command
Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto boven: sergeant Aaron Zwaal
Metamorfose achter de schermen
Het voormalige embleem van Vliegbasis Eindhoven draagt nu de letters AMC in plaats van EHV.
Voor wie denkt dat het slechts om een naamsverandering gaat, heeft het mis. Want hoewel de taakstelling van het Air Mobility Command (AMC) hetzelfde is als die van de ‘vroegere’ Vliegbasis Eindhoven, zijn de verantwoordelijkheden groter en is de manier van opereren achter de schermen wel degelijk veranderd. “De kracht zit ’m in de versimpeling; daardoor zijn we nu beter in staat onze beschikbaarheid te waarborgen”, zegt commandant AMC kolonel Jorrit de Gruijter.
Omvormen naar militaire context
Versimpeling, hoe dan? Kortgezegd: de organisatiestructuur omvormen naar militaire context. Dat klinkt direct opmerkelijk: een militair luchttransportbedrijf ómvormen naar wat het logischerwijs al zou moeten zijn. Wat was het dan daarvoor?!
“De inrichting van Vliegbasis Eindhoven leek op die van KLM”, vertelt De Gruijter. “We hadden verschillende zuilen, zoals bedrijfsvoering, onderhoud en operaties. Dat is heel efficiënt als je van tevoren weet wat je gaat doen, maar wij moeten kunnen acteren op een vraag die op korte termijn ontstaat. Dát is die militaire context. We moeten daarvoor getraind en beschikbaar zijn.” Korte lijntjes en verantwoordelijkheden laag in de organisatie beleggen zijn daarvoor de sleutelelementen, volgens de kolonel.
De functie ‘commandant Vliegbasis Eindhoven’ is nu echt verleden tijd. “Ik ben nu commandant AMC met locatie Vliegbasis Eindhoven. Maar wat mij betreft ben ik gewoon Jorrit hoor. Een rang of functiebenaming zegt wat mij betreft vooral iets over je verantwoordelijkheid, niet het niveau van respect”, aldus De Gruijter. Foto’s: sergeant Aaron Zwaal
Gedrevenheid
Toch bleek de vliegbasis ‘vroeger’ ook in staat om binnen enkele uren ingezet te worden. De noodhulp aan de Bovenwindse Eilanden in 2017 is daarvan een goed voorbeeld. De Gruijter was destijds commandant 336 Squadron. “’s Avonds tijdens het Korpsdiner werden we gebeld over orkaan Irma die over de eilanden raasde, de ochtend erop hadden we alles gereed voor inzet en vertrokken we met 2 kisten vol militairen en hulpgoederen.” Waarom ze in die loggere oude situatie toch zo snel konden leveren? “Dat lag in ieder geval niet aan de harkstructuur van de organisatie… het was de gedrevenheid van de mensen en de korte lijntjes die we op dat moment met elkaar legden.”
Direct nadat orkaan Irma over de eilanden in de West raasde, zette Defensie vanaf Eindhoven een C-130 en een KDC-10 in om hulp te bieden in het getroffen gebied. Foto links: Maartje Roos; rechts: sergeant-majoor Gerben van Es
Korter én logischer
De twee grootste veranderingen na de transitie zijn de squadrons die nu rechtstreeks onder de commandant AMC vallen en de A-structuur waaruit de staf is opgebouwd. Dat laatste wordt ook zo binnen de NAVO en tijdens uitzendingen gebruikt. Waarschijnlijk is de nieuwe indeling een verademing voor het personeel op Eindhoven. “Veel militairen vonden het vreemd dat de organisatie tijdens een uitzending efficiënter werkt dan gewoonlijk in Nederland”, weet de commandant.
Kijk en vergelijk hieronder de nieuwe en oude organisatiestructuur.
“Nu, na de reorganisatie, hebben we een plattere organisatie. Er is een managementlaag tussenuit. De verantwoordelijkheden liggen daardoor lager in de organisatie: bij de mensen die er écht inzicht in hebben en erover gaan. Bovendien zijn de afdelingen die dagelijks met elkaar te maken hebben nu ook organiek bij elkaar gezet. De ‘officiële’ lijntjes zijn daarmee een stuk korter én logischer.”
Wat verandert er concreet op de squadrons?
334 Squadron
Tot het uitfaseren van de KDC-10 en de Dornier van de Kustwacht in november 2021, neemt het 334 Squadron de technische dienst van de beide toestellen over van het 942 Squadron. Daarna herbergt 334 alleen nog de (nieuwe) Gulfstream. Om efficiëntieredenen maakt het squadron gebruik van de Mission Support-afdeling en de Squadron Coördinatiecel van 336. Qua zelfstandigheid is het daardoor niet te vergelijken met het 336 Squadron. Om het tactisch en VIP-transport duidelijk van elkaar gescheiden te houden, blijven de toestellen opereren vanuit een eigen squadron.
336 Squadron
Het 336 Squadron is het meest veranderd. Iedereen die dagelijks bij de C-130 betrokken is en nodig is voor de (directe) gereedstelling van het toestel, is nu onderdeel van het squadron. Ten opzichte van de oude organisatie is er nu een technische dienst voor de C-130 (afkomstig van 942 Squadron), een commandogroep, Intell en afdeling Operatiën aan toegevoegd. Het squadron is nu zelfstandiger en dus minder afhankelijk van anderen, waardoor het snel kan worden ingezet. Daarmee is het is een zogenoemd robuust squadron.
940 Squadron
Het 940 Squadron richt zich voortaan volledig op logistiek die hoort bij passagiers- en vrachtafhandeling, brandstof en reserveonderdelen van vliegtuigen. Daarom zijn de afdelingen Communicatie- en Informatiesystemen (CIS) en Material Handling overgebracht naar het 942 Squadron.
941 Squadron
Met de brandweer, meteorologische dienst en de luchtverkeersleiding blijft het 941 Squadron zich nagenoeg onveranderd richten op de luchthavendiensten. De luchtverkeersleiding komt in 2023 organiek te vallen onder Luchtverkeersleiding Nederland; daarop bereidt het squadron zich nu voor.
942 Squadron
Primaire taak van het 942 Squadron is de logistieke en technische ondersteuning van de andere squadrons. Daarvoor nam het de afdelingen CIS en Material Handling over van 940 en droeg het de technische dienst van elk vliegtuigtype over aan de betreffende squadrons. Technisch specialisten zoals plaatwerkers, schilders en houtbewerkers blijven bij het squadron.
De context
De vier (toekomstige) commando’s van de luchtmacht (zie kader onderaan artikel) worden volgens dezelfde basisprincipes ingericht. Heel fijn, oordeelt De Gruijter. “Ik zit al 26 jaar bij de KLu en iedere basis was organiek anders ingericht. Dat heb ik altijd heel raar gevonden. Tuurlijk moet je kijken naar de context, maar de lijn-staforganisatie zou overal hetzelfde kunnen en moeten zijn.”
Tussen de hoogste militaire baas en de uitvoerende squadrons zitten na de transitie nog maar twee lagen:
‘Luchtmachtstaf bepaalt het ‘wat’, wij het ‘hoe’’
Meer zeggenschap
Niet alleen de extra managementlaag op de vier commando’s gaat ertussenuit, ook de stafafdeling Luchttransportoperaties van het hoofdkwartier krijgt er minder inhoudelijke bemoeienis. Daardoor neemt de verantwoordelijkheid op het uitvoerende niveau toe. Dit is helemaal in lijn met het gedachtegoed van de 5e Generatie Luchtmacht. “Het hoofdkwartier functioneert straks alleen nog op strategisch niveau. Voor de commando’s bepaalt de luchtmachtstaf dan alleen het ‘wat’ en geeft kaders en randvoorwaarden mee. We beslissen daarmee zelf op operationeel niveau over het ‘hoe’. Zo krijg ik meer zeggenschap over het personeelsbeleid, bijvoorbeeld wie ik welke contractvorm geef. Daar zit dan geen vakoudste van het hoofdkwartier meer tussen. Ook kan ik straks veel directer zaken doen met bijvoorbeeld het Rijksvastgoedbedrijf, het Facilitair Bedrijf Defensie en het Joint IV Commando”, legt de commandant uit.
Hoewel De Gruijter pas sinds november 2020 commandant van de vliegbasis en inmiddels het AMC is, was hij grotendeels bij het voortraject van de transitie betrokken. Van januari 2017 tot mei 2020 was hij namelijk commandant 336 Squadron, precies toen de eerste ideeën en plannen gevormd werden. Foto: Mediacentrum Defensie
Keuzes durven maken
Of dat ook een andere manier van werken met zich meebrengt? In zekere zin wel, volgens de kolonel. “Mensen moeten in staat zijn beslissingen te maken, ook op het laagste niveau in de organisatie. Dat is wat we van hen verwachten, want daarmee worden we wendbaarder en dus slagvaardiger. Collega’s krijgen in deze constructie die verantwoordelijkheid, maar ze moeten die ook kunnen en willen nemen. Keuzes maken is ook een kwestie van durven. Niet iedereen is dat nu gewend. Die mindset zal bij een aantal dus moeten veranderen: meer zelf nadenken en beslissen, verantwoordelijkheid nemen en eigenaarschap tonen. En dat vraagt iets van ons allemaal, want dat houdt ook in dat we moeten loslaten.”
Specialisaties om het informatie gestuurd optreden te verbeteren
Met de oprichting van het AMC kreeg de commandant er ook een aantal specialisaties bij die het informatie gestuurd optreden verbeteren. Zo vergaart en analyseert de eigen data analyse cel gegevens die specifiek interessant zijn voor tactisch luchttransport. Daarnaast is de nieuwe cybercapaciteit continu bezig met het onderzoeken van en wapenen tegen de kwetsbaarheden van de toestellen en bedrijfsprocessen van het AMC. “Het is belangrijk om deze specialisaties niet alleen op Defensie- maar ook op onderdeelsniveau te hebben, waarvandaan de operaties plaatsvinden.”
Over zo’n twee tot drie jaar verhuist de Defensieparaschool van Breda naar Vliegbasis Eindhoven. Zowel nationale als internationale eenheden worden er opgeleid. Commandant AMC: “Samen zijn we allemaal gerelateerd aan ‘air mobility’; een goede stap dus om het straks hier op het veld te hebben!” Foto: Louis Meulstee De drie internationale organisaties Multinational MRTT Unit (MMU), European Air Transport Command (EATC) en Movement Coordination Center Europe (MCCE) zijn medegebruikers van Vliegbasis Eindhoven én strategische partners van het AMC. Op de voorgrond van de foto staat een A330 MRTT, het nieuwste vliegtuigtype dat zijn thuisbasis op Eindhoven heeft. Foto: sergeant Cinthia Nijssen
‘Efficiënt in je eigen bubbel, maar hoe goed zijn de koppelvlakken?’
Makelaar
Als commandant AMC heeft De Gruijter ook de opdracht zich binnen het militaire luchttransportdomein te gedragen en profileren als specialist op dat gebied. “Ik zie mezelf en het AMC als soort makelaar tussen alle partijen waarmee we zaken doen. Denk dan aan onze strategische partner 11 Luchtmobiele Brigade, maar ook de DVVO (Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie, red.) die ons ondersteunt met de vrachtafhandeling in het buitenland. We kunnen samen nog beter worden door nog meer kennisdeling. Ook wil ik bekijken of we slimmer kunnen samenwerken met het EATC en MCCE en de MMU. Voorheen was ik vooral gastheer van die duizend man die voor die drie internationale organisaties werken en faciliteerde ik ze met de afhandeling van vluchten, technische ondersteuning en voorzieningen zoals eten en sporten. Dat ging prima, maar wellicht kan het beter. Iedereen werkt misschien wel heel efficiënt in zijn eigen bubbel, maar hoe goed zijn eigenlijk de koppelvlakken onderling? Daar gaan we eens naar kijken.”
Al met al is het vooral een slag naar versimpeling zonder al het goede van het verleden over boord te gooien, volgens de Gruijter. “Weet je, het is allemaal geen rocket science hè”, besluit de kolonel. “Het hoeft allemaal niet zo complex te zijn. Soms maken we dat er vooral zelf van.”
De vier commando’s van het CLSK
Het Commando Luchtstrijdkrachten bestaat op termijn uit:
Defence Helicopter Command (DHC) met (maritieme) gevechts- en transporthelikopters (sinds 2008 operationeel)
Air Mobility Command (AMC) met transportvliegtuigen (sinds maart 2021 operationeel)
Air Combat Command (ACC) met jachtvliegtuigen, luchtgevechtsleiding, onbemande verkenningsvliegtuigen, targeting en Datalink Management (in oprichting)
Air Support Command (ASC) met opleidingen, logistieke ondersteuning, hoger niveau onderhoud en het Centrum voor Mens en Luchtvaart (in aanloopfase naar oprichting)