Tekst Anne Zweers
Foto sergeant Cinthia Nijssen
Gastcolumn: Maaiveld
Deze week fietste ik er weer langs. Zo af en toe moet ik op de Frederikkazerne in Den Haag zijn en dat doe ik vanuit mijn woonplaats in de provincie dan het liefst met de trein en de OV-fiets. Ik kom dan ook langs het Malieveld. Dan werp ik even een blik opzij naar het grasveld en moet dan altijd even denken aan de landelijke Veteranendag die daar normaalgesproken plaatsvindt. Het gazon lag er weer strak bij.
Dat was een klein jaar geleden wel anders, tenminste als je het nieuws mocht geloven. Verontwaardigde stukken in de krant. Dat Farmers Defence Force wel 600 vierkante meter gras had verwoest. Ook toen fietste ik voorbij, ik moest echt even goed kijken. Ja inderdaad, helemaal achter op het terrein zag ik wat omgewoelde aarde.
Eerlijk gezegd moeten wij van het platteland daar een beetje om lachen, 600 vierkante meter, zeg maar 20 bij 30 meter, daarop houden wij nog geen geit in leven. Trouwens dat ‘enorme’ Malieveld is slechts tien bunder. Een beetje boer heeft dat als achtertuin, laat staan dat ’ie er van kan bestaan, hij mag blij zijn als hij zijn Massey Ferguson er fatsoenlijk op kan keren, geen wonder dat dit wat bandensporen trekt.
Maar in het stadse bestuurlijke Haagse zijn ze niet veel gewend, dat blijkt wel. ‘Oe, een beetje omgewoelde aarde! Gauw gladstrijken. Inzaaien. Keurig netjes, niets meer van te zien.’
‘Dingen meegemaakt, gezien, gedaan die iets omgewoeld hebben’
Als we de verhalen van de veteranen beluisteren, dan merk je dat ze hier vaak ook last van hebben. Ze hebben dingen meegemaakt, gezien, gedaan die iets omgewoeld hebben bij zichzelf en niet zo in het aangeharkte plaatje van ons dagelijkse leven passen. En dat is lastig, het meest voor zichzelf, maar ook voor de mensen met wie ze verbonden zijn.
Het is goed om te zien dat daar steeds meer aandacht voor is. Dat is waardevol. En wat jammer dat er dit jaar zoveel niet door kon gaan. Straks helaas niet onze jaarlijkse Luchtmacht Veteranendag. En natuurlijk al eerder de Idemdag in april, de Invictus Games in mei en de landelijke Veteranendag in juni. Alles afgelast, thank you Corona!
Je merkt aan ieder die zijn of haar schouders onder die dagen zet en aan ieder die zijn best doet voor de veteranenzorg, als professional of als vrijwilliger, dat die er op uit is om het beste te doen.
Om de veteraan de eer mee te geven die hij of zij verdient en waar mogelijk de zorg te geven die hij of zij nodig heeft. Het moet goed zijn wat we hen willen teruggeven! Vandaar dat het Malieveld weer helemaal picobello glad moet zijn voor de Veteranendag. En daar zit in alle eerlijkheid een beetje mijn ongemak. We doen zo ons best om alles goed en keurig en netjes te regelen dat het haast wel lijkt dat we het daarmee ook een beetje inperken, een beetje hanteerbaar willen maken voor onszelf. Misschien zelfs ook, voor onszelf, die ongemakkelijke, omgewoelde dingen een beetje glad willen maken.
‘Je hoeft het er niet over te hebben, terwijl het er wel over gaat’
Natuurlijk, we willen het goed regelen en organiseren voor de veteranen. En het is ontzettend jammer dat al die evenementen en ontmoetingen niet konden en kunnen doorgaan en dan ook nog ‘75 jaar na dato’. Zonde dat het er niet was, het defilé, de muziek, de tenten, de gesprekken, de toespraken, het gekeuvel, de herinneringen, de bijbehorende lol, de trots en vooral de onderlinge herkenning die vaak niet eens woorden nodig heeft: je hoeft het er niet over te hebben, terwijl het er wel over gaat...
Ik denk dat veel veteranen het best hadden kunnen hebben: een wat minder mooi maaiveld. Ze hebben tenslotte wel ergere dingen gezien. En daarom zoeken ze elkaar toch ook graag op? Vanwege wat er onder de oppervlakte leeft!
Hopelijk volgend jaar weer.
Anne Zweers
Geestelijk Verzorger CLSK te Breda