Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 06 | 2017
Klaar voor de call
Leeuwarden en Volkel leveren airpower aan NAVO-flitsmacht
4 Nederlandse F-16’s, volgehangen met bommen en raketten, binnen 10 dagen startklaar voor take off richting een crisisgebied aan de rand van Europa. De luchtmachttoestellen maken deel uit van de VJTF, de ‘brandweer’ van de NAVO. De laatste 2 weken van juni waren om te testen. Vanaf 1 juli staat het CLSK voor een half jaar paraat.
‘Snelheid is het sleutelwoord’
Een klein stukje naar voren, tikkie omhoog nog en klik. Binnen enkele seconden hangt de 2000-ponder onder de vleugel van de F-16. Het is een nauwkeurig werkje voor load chief sergeant 1 Jan en zijn mannen. “We checken alle safety’s, of de scherpsteltijden kloppen en bekijken de algemene staat van het wapen. Als alles meezit dan hebben we het toestel binnen een uurtje bewapend.”
Snelheid is hier een sleutelwoord en waarom is letterlijk te zien op de groene bom. Daarop staan namelijk de letters VJTF geschreven. Oftewel, deze scherpe bommen zijn bestemd voor de Very High Readiness Joint Task Force: de flitsmacht van de NAVO die binnen enkele dagen in actie moet kunnen komen. Maar in dit geval op Leeuwarden is het een alarmeringsoefening, nog geen echte inzet.
Wat is de VJTF eigenlijk?
De NAVO besluit in 2014 tot de oprichting van deze snelle flitsmacht tijdens de topbijeenkomst in Wales. Na de Russische inlijving van de Krim en de bemoeienissen in de strijd in Oekraïne groeit de onrust bij de oostelijke bondgenoten. Dus moet er een daad worden gesteld: een troepenmacht die binnen enkele dagen in een crisisgebied kan opereren.
De NAVO beschikt al wel over de NATO Response Force (NRF), maar deze is simpel gezegd niet snel genoeg. Daarom wordt besloten de Very High Readiness Joint Task Force toe te voegen. Deze bestaat uit 4.000 militairen, ondersteund door lucht- en maritieme componenten en special forces. De grondeenheden van de VJTF zijn binnen 48 uur klaar voor vertrek en fungeren als speerpunt die de weg vrijmaakt voor extra NAVO-troepen.
F-16’s een half jaar standby
Binnen 10 dagen klaar
Nederland levert van juli tot en met december 4 F-16’s voor de zogeheten Air-component van de ultrasnelle reactiemacht. De vliegtuigen moeten binnen 10 dagen inzetgereed zijn. Vliegbasis Leeuwarden reageert als eerste en Volkel ondersteunt daar waar nodig bij het leveren van airpower. Dat kan bijvoorbeeld gaan om personele ondersteuning maar ook om meer vliegtuigen. Want naast de 1e kwartet kisten, zijn er nóg 4 F-16 beschikbaar met een langere reactietijd. Wanneer de operatie eenmaal aan de gang is, wordt gekeken naar een roulatieschema waarbij de vliegbases elkaar afwisselen.
‘reilen en zeilen van een vliegbasis in crisistijd uit het oog verloren’
Vliegbasis = thuisbasis
Bijzonder is dat de toestellen in een eventuele crisissituatie opereren vanaf de vliegbasis zelf. In Nederland dus, terwijl bij andere missies de ‘thuisbasis’ altijd in het buitenland lag. Denk bijvoorbeeld aan de missies boven Afghanistan en de strijd tegen terreurorganisatie ISIS boven Irak en Syrië.
“Daar kregen we veel hulp van het gastland en konden we ons focussen op de missies en het onderhoud”, vertelt luitenant-kolonel Ronny van der Jagt, Plaatsvervangend Commandant vliegbasis Leeuwarden. “Maar het hele reilen en zeilen van een vliegbasis in crisistijd ‘waren we een beetje uit het oog verloren’. Want het gaat dan niet alleen om de vliegers, hun kisten en de bewapening. Ook de vliegbasis moet voldoende bewakers hebben, net als eten en drinken voor iedereen en bedden om in te slapen. Dat vraagt de inzet van extra personeel op de basis.”
Teamwork
Zo moeten de BBV-beveiligers (Basis Beveiligingsvlucht) hun vlekkenpak aantrekken, portofoons pakken en gewapend met een Colt voertuigen bij de poort inspecteren of patrouilleren op de basis. Het kan dan gaan om de kok of de administratief medewerker die voor deze neventaak zijn opgeleid. “Vroeger hadden we een grote bewakingsorganisatie,” vertelt kapitein Mark, “maar nu hebben we simpelweg minder mensen. Dus is er op Leeuwarden een poule met mensen met bewaking als 2e functie. Zij werken dan samen met de collega’s van DBBO (Defensie Bewakings- en Beveiligingsorganisatie, red.).”
Maar daar stopt het niet. Als de alarmering komt, moeten ook andere eenheden buiten de Friese basis aan de bak. Zoals het Munitiebedrijf Defensie, de gevechtsleiding in Nieuw-Milligen en het Logistiek Centrum Woensdrecht (LCW). “Want als we reserve-onderdelen nodig hebben, moeten we die ook op zaterdagavond via het LCW kunnen regelen”, aldus Van der Jagt. Bij een echte inzet bestaat er immers niet zoiets als kantoortijden.
Ook de video zien van de gereedstellingsoefening? Kijk dan hier.
Extra luchtdoelraketten onder de vleugels
Luchtdreiging
Tijdens de alarmeringsoefening die eind juni plaatsvond, worden de toestellen volgehangen met diverse soorten bewapening. Van Guided Bomb Units (GBU’s) om gronddoelen te bestoken tot Sidewinder-luchtdoelraketten tegen vijanden op korte afstand en AMRAAM’s voor die op lange afstand. Met namen de focus op luchtdoelraketten is opvallend, vergeleken met vorige missies. Boven Irak en Afghanistan was de luchtdreiging vrijwel nihil, dus was het niet echt nodig om veel raketten mee te nemen. Maar aangezien de focus van de VJTF voornamelijk op Oost-Europa ligt en een eventuele dreiging van Rusland, houden de planners rekening met serieuze tegenstand van vijandelijke jagers. Dan is het ‘handig’ om enkele luchtdoelraketten onder de vleugels te hebben hangen.
Goede les
“We hebben aangetoond dat we binnen de gestelde tijd klaar kunnen staan voor inzet”, blikt Van der Jagt een dag na het einde van de oefening terug. Ging het dan allemaal gesmeerd? “Nee, dat niet. Maar het was goed om te zien dat we geen stappen in het proces zijn vergeten. We kwamen geen struikelblokken tegen en dat is positief.”
Tekst: kapitein Arjen de Boer
Foto's: Louis Meulstee
Video: sergeant Ruud Mol
Montage: Werner Prost