08

Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 07-08 | 2016

Zinderende woestijntraining in wit kalkzand

x
Tijdens de 'live firing' gingen in 25 minuten zes Patriot-raketten de lucht in.

802 Patriotsquadron op schot in Fort Bliss

Van de Amerikanen moet je het hebben, weet 802 Patriot Squadron van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando als geen ander. Een tijdje terug ontvangt de eenheid een aanlokkelijke uitnodiging van 11th Air Defense Artillery Imperial Brigade. ‘Zin, tijd en geld om met ons in Amerika te komen oefenen?’ In juni melden tien vuurleiders en evenzoveel lanceerders van de Fire Unit 1 zich in Fort Bliss, Texas. Terugblik op een van hitte zinderende training.

'Staatsieportret' van een Patriot-systeem.

De Amerikaanse uitnodiging komt niet als donderslag bij heldere hemel. Al sinds het tijdperk van de Groep Geleide Wapens (GGW) in de jaren 90, onderhoudt 802 Patriot Squadron nauwe banden met zijn Amerikaanse evenknie, een landmachteenheid. Dat blijft zo wanneer de Groep Geleide Wapens in 2012 met het Commando Luchtdoelartillerie van de landmacht opgaat in het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC). Zo wisselen de eenheden onder meer personeel uit.

In gemengde crews trainen en samen tactieken, technieken en procedures vergelijken; dat waren de voornaamste oefendoelen deze dagen.

“Amerikanen zijn meestal voorzichtig om apparatuur uit te lenen”

Tijdens de internationale Patriot-missie in Turkije (in 2013 en 2014) waaraan zowel Nederland als Amerika meedoet, staat de samenwerking op een lager pitje. Te druk. Daarna worden de banden weer aangehaald, wat uitmondt in de uitnodiging voor de oefening. Doel: trainen met gemengde crews, en tactieken, technieken en procedures vergelijken. Met als springplank Fort Bliss bij ‘sun city’ El Paso, één van de modernste bases van de Amerikaanse landmacht. Ter vergelijking met een Nederlandse kazerne: er werken ongeveer 28.000 militairen… Detachementscommandant en tactical control officier eerste luitenant Tommie Couwenberg: “De oefening in de VS was een goede gelegenheid om elkaars procedures te leren kennen en kennis te delen.”

Het gereedmaken van een Patriotsysteem bij 47 graden boven nul in de woestijn is voor een Nederlandse militair bepaald geen alledaags karwei.

Van grote waarde

Amper bekomen van de jetlag, vallen de Nederlanders met hun neus in de boter. Voor het Patriot Modernization Program wonen ze een test bij met een volledig digitale versie van de radar, Modern Man Stations (versie 8 van de software) en het PAC3 Missile Segment Enhancement Launching Station. Dat even voor de fijnproevers. Hard- en software voor de Patriot beproeven is namelijk één van de hoofdtaken van 11th Air Defense Artillery Imperial Brigade. 

Door het Patriot-systeem op zowel de Amerikaanse als Nederlandse manier in te zetten, komen de verschillen in procedures en personele bezetting aan het licht.

“We waren allemaal winnaar”

Vervolgens komen op Biggs Army Airfield, het militaire vliegveld van Fort Bliss, de voorbereiding voor de Amerikaans-Nederlandse oefening letterlijk van de grond. Dat gebeurt met een Emergency Deployment Readiness Exercise (EDRE) waarin de Nederlandse operators instructie krijgen in het beladen van een Boeing C-17 Globemaster. “Deze training kan ook voor air crews van de Europese vloot C-17’s van grote waarde zijn”, concluderen de Nederlanders naderhand.

Boven: een C-17 Globemaster land op White Sands Missile Range. Daaronder: ontplooiing van de Patriotsystemen in het witte kalkzand van de woestijn.

De dag erna wordt een Patriot Minimum Engagement Package in zes vluchten overgebracht naar White Sands Missile Range. Een niet alledaagse ervaring omdat de range – de naam impliceert het al – een zee van wit kalkzand vormt. Alle systemen worden operationeel gemaakt, wat ondanks de verschillen in procedures en een verzengde hitte (40 graden Celsius) binnen de gestelde tijd lukt. Aansluitend volgt een (vermoeiende) verplaatsing van ongeveer honderd mijl (160 km) dwars door de woestijn van New Mexico naar het McGregor Range Complex. Dit oefenterrein, één van de grootste van de VS, is qua omvang vergelijkbaar met de provincie Drenthe en geldt als oefenwalhalla. Er kan met zo ongeveer alle kaliber wapens worden geschoten.

Thuis voelen

De rest van de week is het oefenen geblazen. Door het Patriot-systeem op zowel de Amerikaanse als Nederlandse manier in te zetten, komen de verschillen in procedures en personele bezetting aan het licht. Is een Nederlandse operator ‘los’ op álle apparatuur, een Amerikaan is specialist op alleen zijn eigen, specifieke vakgebied. Dat de Nederlanders materieel van 11th Air Defense Artillery Brigade mogen gebruiken, noemt detco Couwenberg bijzonder. “Amerikanen zijn meestal voorzichtig om apparatuur uit te lenen. Dat ze het toch doen, was om ons in hun detachement te laten thuis voelen.” 

Om kennis te maken met het wapenarsenaal van de Amerikaanse gastheren, schoten de Nederlanders ook met Heckler & Koch M320 A1 granaatwerper en een .50.

“Het was een goede les om in de woestijn te oefenen”

In de oefening zit een competitie ingebouwd om zo te beoordelen wie aan het einde van de oefenweek in het ‘blik’ mag zitten voor het hoogtepunt: de ‘live firing’. Is dat voor het overwegend jonge Amerikaanse personeel tamelijk nieuw, heeft het 802 Squadron wat meer ervaring mee. De eenheid schoot de afgelopen jaren af en toe ‘met scherp’ op de NATO Missile Firing Installation, kortweg NAMFI op Kreta. “Het was wel heel bijzonder om in een gemengde crew te oefenen”, tekent Couwenberg aan.

Voor de ‘life firing’ worden raketten ingezet waarvan de houdbaarheidsdatum bijna is verstreken. Gemengde teams van elk drie bemanningen vuren in 25 minuten tijd zes exemplaren af. Dat loopt gesmeerd en ook de veiligheidsprocedures kloppen. “We waren allemaal winnaar”, weet Couwenberg. 

De militairen van 802 Patriot Squadron en 11th Air Defense Artillery Imperial Brigade ontplooiden de systemen gezamenlijk.

Goede les

802 Squadron kijkt terug op een ‘zeer geslaagd evenement’. “We hebben qua internationale samenwerking en tactiek bijgeleerd maar ook kennis op de Amerikanen kunnen overbrengen”, maakt Couwenberg de balans op. “Zij zijn bijvoorbeeld minder ervaren in de verdediging tegen inkomende vliegtuigen. Dat komt omdat hun prioriteit bij de bescherming tegen tactische ballistische raketten ligt, waar wij overigens ook veel vanaf weten. Het was ook een goede les om in de woestijn te oefenen. In Nederland zijn we dat bepaald niet gewend...” 

Foto’s: sergeant-majoor Gerben van Es

Video en montage: sergeanten Henry Westendorp en Ruud Mol

Tekst: Jack Oosthoek