Parels van de Nederlandse luchtvaartindustrie

‘Kleine jongen’ sluit grote contracten voor F-35 af

De Nederlandse industrie is al jaren nauw betrokken bij de ontwikkeling en productie van de F-35. Vaak denkt men als eerste aan een bedrijf als Fokker Aerostructures, maar er zijn tal van andere Nederlandse bedrijven die hierin een belangrijke rol spelen. Eén daarvan is KMWE en zijn dochterbedrijf DutchAero. In volgende Vliegende Hollanders zullen een aantal van deze minder bekende bedrijven de revue passeren.

KMWE, dat staat voor Klein Metaal Werkplaats Eindhoven, start in 1955 als draai- en freesbedrijf. Het ontwikkelt zich in de volgende decennia tot een internationaal georiënteerde en gerenommeerde toeleverancier voor de hightech industrie. Eén van de sectoren die zij bedienen is de civiele en militaire luchtvaart. In 2014 vindt en belangrijke overname plaats door DutchAero in te lijven, dat op zijn beurt het vroegere Philips Aerospace is. Hierdoor kan KMWE zijn productportfolio uitbreiden met onderdelen voor vliegtuigmotoren. “Voor ons is deelname aan het F-35 programma interessant voor de groei en continuïteit van KMWE”, geeft Business Manager Aerospace, Grignon van Bakel aan. Hij is verantwoordelijk voor de verkoopstrategie. “Al jaren maken wij onderdelen voor bijvoorbeeld de F-16, maar nu de uitfasering van dit type in beeld komt, is aanhaken bij het F-35 programma van groot belang en dat is gelukt.”

Contracten

Ongeveer vijf jaar geleden ontvangt het bedrijf zijn eerste aan de F-35 gelieerde opdracht van Lockheed Martin. En nu vijf jaar later produceert KMWE onderdelen voor de cockpit, romp en de motoren voor alle drie types van de F-35 familie. Maar ook het coaten van de vanghaak die door Fokker wordt geproduceerd, neemt KMWE voor zijn rekening. Van Bakel: “Het verschil met toen en nu is dat wij zowel bij Lockheed Martin als bij de motorproducent Pratt & Whitney zien dat zij steeds meer focussen op het inperken van het aantal leveranciers en tegelijkertijd hogere betrouwbaarheid van hen steeds belangrijker wordt: 99,9 % is niet voldoende. Dat moet 100 zijn. Daarnaast zie ik dat nieuwe contracten nu voor een langere periode worden afgesloten, van wel 5 à 10 jaar. Eerder golden die vaak voor een jaar.” Recent wist KMWE nog een 10-jarig contract af te sluiten met Pratt & Whitney (P&W) voor de levering van complexe metaal bewerkte (verspaande) onderdelen voor de F135 motor. Omvang: zo’n $20 miljoen. Daarbij verwacht DutchAero binnenkort nog een nieuwe opdracht binnen te halen, ook gerelateerd aan de motor van de F-35.

FIA 2016

Deelname aan beurzen is voor elk bedrijf een manier om contacten met bestaande klanten aan te halen en zich aan mogelijk toekomstige te presenteren. Dat geldt ook voor KMWE. Deze zomer is men met een stand aanwezig op de Farnborough International Airshow, afgekort FIA.

Om krachten te bundelen heeft de Nederlandse luchtvaartindustrie zich grotendeels verenigd in het Netherlands Aerospace Group (NAG). Deze branchorganisatie organiseert ook het NL-plein op FIA 2016; de plek waar Nederlandse bedrijven zich tijdens de beursdagen op Farnborough gezamenlijk kan presenteren. “FIA biedt ons de kans makkelijk contacten te leggen en afspraken te maken met – toekomstige – klanten”, legt Van Bakel uit. “Daarnaast is zo’n beurs interessant om in contact te treden met mogelijke nieuwe leveranciers. Verder geeft het ons een goed inzicht in nieuwe technologische ontwikkelingen, zoals 3D-printing. Wij zijn steeds op zoek naar het efficiënter inrichten van ons productieproces en FIA geeft ons nieuwe inzichten.” Zo is een beurs als FIA met drie tot vier ‘interessante’ afspraken al succesvol voor een bedrijf als KMWE.

Unieke expertise

KMWE-strategie voor de toekomst is erop gericht meer grotere aluminium structuurdelen en samenstellingen te ontwikkelen en te produceren. Daarnaast liggen er groeikansen in het segment van motoronderdelen. “Dat biedt ons nieuwe kansen binnen het JSF-programma”, zegt Van Bakel. “Omdat wij hiervoor unieke expertise in huis hebben, kunnen wij juist hier de komende jaren groeien.”

Nu de ontwikkeling van de F-35 de eindfase bereikt en de productie goed op gang komt, zijn er volop kansen voor de Nederlandse industrie om met hun hoogwaardige technologieën een belangrijk deel van het productieproces voor haar rekening te nemen.

Tekst en foto’s: Frank Visser